Zelfgemaakt
Na tien jaar experimenteren maakt Dick Aerts de ultieme stroop
Dick Aerts (27) is de man achter Ernesto portstroop. Tien jaar deed hij over de ontwikkeling van het perfecte recept.
Net zat hij nog aan zijn keukentafel zo’n honderd flessen Ernesto portstroop te stickeren, vertelt Dick Aerts (27). Van het produceren tot het bezorgen van de flessen, bijna alles doet hij zelf.
Portstroop. Wat kun je daar precies mee? Aerts brandt los: “Je kunt het vrij combineren met allerlei kazen. Of met mooie vleeswaren. Eet je weleens paté? O, daar smaakt het echt geweldig bij! Maar je kunt er ook vlees in koken, buikspek bijvoorbeeld. En het leent zich goed voor een saus of als sladressing, met een mooie azijn erdoorheen.”
Hij haalt even adem: “Ja, als ik over eten begin, draaf ik altijd een beetje door”.
Spinaziestroop
Een jaar geleden is hij officieel met zijn eigen merk portstroop begonnen. Ernesto is zijn tweede naam. Vandaar Ernesto portstroop: “Niemand koopt Dicks portstroop, toch?” Hij lacht en is dan gelijk weer serieus. Hij werkt namelijk al zo’n tien jaar aan de ultieme stroop: “Ik heb een tijdje overal stroop van gemaakt. Van triple sec, een sterke likeur, tot rabarber en spinazie.” Met port werd het pas echt lekker.
Dick was twaalf toen hij in het plaatselijke restaurant in zijn dorp in Brabant aan de kok vroeg of hij hem mocht helpen. Dat werd eerst afwassen: “Op zo’n jonge leeftijd in een restaurant werken, dat mocht officieel natuurlijk niet.” Rond zijn zestiende belandde hij eindelijk in de keuken en kreeg de kans de chef te helpen. “Hij is mijn leermeester, hij heeft mij de techniek van het stroop maken geleerd. Thuis ben ik ermee verder gegaan.”
Stroop maken is eigenlijk heel simpel, zegt hij. “Je kunt op YouTube allerlei tutorials vinden. Ik heb door de jaren heen mijn compleet eigen manier gevonden.” Ten eerste gebruikt hij goede port, want: “Als je het niet kunt drinken, kun je het ook niet koken.”
Traag
Het tweede geheim? “Het draait allemaal om tijd. Ik neem de tijd om de kruiden en specerijen in de wijn te laten trekken. Ik laat de wijn tot rust komen voor ik begin met inkoken. Ook het inkoken gebeurt op een traag tempo. Soms ben ik wel twee weken met een partij bezig, als ik niet meteen helemaal tevreden ben.”
Ernesto portstroop ligt in tientallen delicatessenwinkels in Nederland, ook ontvangt hij bestellingen van veel restaurants. Het hoogtepunt van het afgelopen jaar was een culinaire beurs waar hij met zijn specialiteit stond. De andere deelnemers hadden kramen met banners, flyers en stickers. Even schoot zijn vriendin – die was meegekomen om te helpen – in de stress. Aerts had alleen zijn flesjes stroop meegenomen, een inductieplaatje, een pan en ingrediënten om kleine hapjes mee te maken. Na korte tijd hing de geur van zijn zelfgemaakte hapjes door de hele ruimte, beschrijft hij. “Er stond op een gegeven moment zelfs een rij voor onze kraam!”
Dat was toch wel een heel mooi moment, denkt hij terug. Zelfs de directeur van de beurs kwam op hem af om te zeggen: ‘Ik heb het geproefd, het is heerlijk.’ “Ik keek mijn vriendin aan, en zei: ‘Zie je wel, ik ben geen halve gek die stroop in flesjes doet. Het was gewoon echt een goed idee.’”
In de rubriek Zelfgemaakt vertellen mensen hoe ze van hun ambacht hun beroep gemaakt hebben. Lees andere afleveringen op trouw.nl/zelfgemaakt.