2,8 miljoen
Met het onkruidverbrandertje zijn nu alle Drentse Van Goghs in Nederland
Slechts vijf schilderijen bleven bewaard uit de korte periode dat Vincent van Gogh in Drenthe verbleef. Met een gezamenlijke aankoop van het ‘onkruidverbrandertje’ door twee musea is het vijftal nu compleet.
Het Van Gogh Museum in Amsterdam en het Drents Museum in Assen hebben samen een vroeg schilderij van Vincent van Gogh gekocht op een veiling in New York: ‘Onkruid verbrandende boer’ uit 1883. De musea hebben er ruim 2,8 miljoen euro voor betaald. Dat is veel meer dan de 650.000 euro waarop veilinghuis Sotheby's de opbrengst had geschat. De aankoopsom kon volgens de musea worden opgebracht dank zij de 'genereuze’ ondersteuning van onder meer de BankGiro Loterij, het Mondriaan Fonds en de Vereniging Rembrandt.
Het schilderij verbeeldt een eenzame figuur op een verlaten vlakte bij avondschemering, verlicht door een vuurtje. Van Gogh schilderde het in Drenthe, waar hij in het najaar van 1883 verbleef om de sfeer van het herfstige landschap met heide en veengrond vast te leggen. Hij schilderde meerdere landschappen in donkere kleuren, soms met figuren die aan het werk zijn. Uit zijn brieven blijkt dat hij tenminste achttien studies maakte; de meeste zijn verloren gegaan. Voor zover bekend zijn slechts vijf schilderijen uit zijn Drentse periode bewaard gebleven. Met deze aankoop zijn ze nu allemaal (terug) in Nederland. Het Van Gogh Museum had er al drie, het Drents Museum een. ‘Onkruid verbrandende’ boer zal gaan rouleren tussen beide musea.
‘Vuurtje ’t eenige lichtstipje’
Op dit schilderij heeft Van Gogh vooral geprobeerd om het ‘avondeffekt’ vast te leggen, zoals hij zelf schreef in een brief van 22 oktober 1883 aan zijn broer Theo. Daarbij had hij ook een schetsje van dit werk en nog drie schilderijen toegevoegd. ‘Ziehier een paar avond effekten - ik zit nog steeds op dat onkruidverbrandertje, dat ik wat toon aangaat in een geschilderde studie beter heb dan vroeger, zóó dat het meer de grootheid der vlakte en het vallen van den avond geeft en ’t vuurtje ’t eenige lichtstipje is met ietwat rook. Ik ging er telkens ’s avonds voor buiten kijken'.
Het schilderij had diverse eigenaren, onder wie de moeder van Van Gogh en de dichter Herman Gorter, die bevriend was met Jo van Gogh-Bonger, de schoonzus van de schilder. In de jaren dertig werd het gekocht door de Joodse kunsthandelaar Jacques Goudstikker uit Amsterdam. Op de vlucht voor de nazi’s naar het buitenland stierf hij bij een ongeluk, waarna de Duitsers zich over zijn kunstcollectie ‘ontfermden’. Eerder dit jaar dook het schilderij weer op: een anonieme eigenaar gaf het terug aan Goudstikkers schoondochter Marei von Saher, die in Amerika woont. In de loop der jaren heeft ze honderden kunstwerken teruggekregen uit de geroofde collectie van haar schoonvader, ook uit Nederland.
Volgens The Art Newspaper is er lang onderhandeld over de teruggave van het schilderij. Dat het daarna meteen naar de veiling is gebracht, kan erop wijzen dat Von Saher en de vorige eigenaar een afspraak hebben gemaakt over een verdeling van de opbrengst. Op de veiling in New York werd ook nog een ander vroeg schilderij van Van Gogh verkocht. ‘Mensen wandelend in een park in Parijs’ uit 1886, afkomstig uit een Zwitserse kunstcollectie, werd afgehamerd op 8,8 miljoen euro. De koper is niet bekend gemaakt.
Lees ook:
Zonder Jo van Gogh was Vincent nooit zo beroemd geworden
Tien jaar verdiepte Hans Luijten zich in het leven van Jo van Gogh-Bonger. Ten onrechte bleef zij altijd op de achtergrond in boeken die over haar zwager Vincent zijn geschreven. Het verhaal van een buitenbeentje in de door mannen gedomineerde kunsthandel.
De strijd van de erven Goudstikker
Trouw kijkt terug op 2006, met mensen die het nieuws haalden. Vandaag Marei von Saher, die met succes de teruggave van de Goudstikker-collectie opeiste.