Filmrecensie
‘Le Petit Prince’ als redder van bedreigde talen
Het wonder van Le Petit Prince
Regie: Marjoleine Boonstra
★★★★☆
Hoe maak je een film over taal, waarin vertalers en taalkundigen de hoofdrol spelen? Of iets specifieker: hoe maak je het uitsterven van talen zichtbaar en voelbaar? De Nederlandse filmmaakster Marjoleine Boonstra bedacht iets heel origineels. Ze ging te rade bij ‘De Kleine Prins’, na de Bijbel het meest vertaalde boek ter wereld. Van het filosofische sprookje van de Franse schrijver Antoine de Saint-Exupéry, verschenen in 1943, zijn versies in meer dan 375 talen in omloop.
Een van die talen is het Tamazight, een oude Berbertaal. Door met haar camera de Sahara in te trekken, de plek waar ook de kleine, buitenaardse prins landt, kan Boonstra de mensen laten zien en horen die het Tamazight nog machtig zijn. In ‘Het wonder van Le Petit Prince’ zien we schitterende beelden van Berbers die in de Marokkaanse woestijn leven, door Boonstra zelf gefilmd. Een vertaler legt later uit dat hij in het sprookje de oude Tamazightcultuur weerspiegeld ziet, met haar liefde en respect voor anderen. Daarom vindt hij het boek zo goed en zo geschikt om in het Tamazight te vertalen.
Geweldig om van de woestijn in een sneeuwlandschap in het hoge noorden terecht te komen, bij een Sami-vertaalster van ‘De Kleine Prins’. Ook zij is diep ontroerd als ze over het sprookje praat, pinkt zelfs een traantje weg. Het boek waarin de kleine prins vanaf een andere planeet op aarde terecht komt en op zoek gaat naar een vriend, bracht haar troost, zegt ze. “Door het verhaal kreeg ik een diep inzicht in mijn eigen gevoelens.”
En zo laat Boonstra aan de hand van vier verschillende verhalen – we belanden ook bij een Nawat-vertaler in El Salvador en bij een Tibetaanse taalles in Parijs – mensen zien en horen die vechten voor het behoud van hun bedreigde talen. Ze herkennen allemaal iets in ‘De Kleine Prins’ die in de loop van het verhaal leert over vriendschap, liefde en respect. Het gaat om kijken met je hart, om oog hebben voor details, en dat is wat de vertalers stuk voor stuk zelf laten zien. In El Salvador luistert een Nawat-vertaler geduldig naar oude dames die zich woorden en uitdrukkingen herinneren uit de oude indianentaal.