null

InterviewLale Gül

Lale Gül groeide op in een streng-islamitisch gezin. ‘Nee, blijf, anders word je helemaal een hoer’

Beeld Judith Jockel

Lale Gül schreef de roman Ik ga leven, over opgroeien in een streng-islamitisch gezin. Sindsdien is het ruzie bij haar thuis. ‘Ik kan m’n koffers wel pakken, maar dan heb ik geen verandering teweeggebracht.’

Marije van Beek

Ze is de belichaming van haar romantitel. De 23-jarige Lale Gül, die opgroeide in de Amsterdamse Kolenkitbuurt, schreef de autobiografische roman Ik ga leven. Het gaat over de Turks-Nederlandse Büsra, die zich met gevoel voor drama afzet tegen haar streng-islamitische opvoeding. Bijvoorbeeld door tamelijk wilde seks te hebben met een jongeman uit een PVV-gezin.

Leven, dat wil ook de jonge schrijver en neerlandistiekstudent Gül, onbelemmerd door het geloof van haar ouders. Maar dat is er niet makkelijker op geworden door de bedreigingen die ze sinds de publicatie van haar boek op sociale media heeft ontvangen. “Ik ga niet meer alleen naar buiten, sinds ik laatst in mijn buurt op straat herkend werd en gevolgd ben door een Marokkaanse jongen, die keek waar ik naar binnen ging en die niet weg wilde gaan.”

Het boek maakt veel los bij moslims die vinden dat Gül een wel heel onwelgevallig beeld schetst van hun gemeenschap. Ook bij haar thuis is men allesbehalve blij, zegt ze. “Er zijn mensen die vragen: waarom woon je daar nog? Dat is echt een verdomd goeie vraag. Ik weet het ook niet, maar waar moet ik heen dan? Mijn ouders vinden het niet goed als ik uit huis ga, ook omdat ze zich zorgen maken om mijn veiligheid. Of het zou helpen om ergens anders te wonen, kan ik lastig inschatten.”

Om zichzelf verder leed te besparen, heeft ze aangekondigd dat ze stopt met schrijven. Maar of ze dat meent? “Ik snap dat men het niet begrijpt. Eerst schrijf ik een heel controversieel boek, dan zeg ik plots: ik leg mijn pen neer. Maar het punt is, als ik uit huis ga, dan verlies ik mijn familie. Die hoeft mij dan niet meer. Laatst mijn koffers gepakt. Mijn ouders zeggen: nee, blijf, anders word je helemaal een hoer die alles doet wat ze wil. Dan schaad je onze naam alleen maar meer. Nu kunnen we je nog een beetje indammen.”

Ben je ook zo streng gelovig opgevoed als Büsra uit je boek?

“Ik moest van mijn zesde tot mijn zeventiende elke zaterdag en zondag van tien tot drie naar een weekendschool van Milli Görüs. Maar ja, wat is strenggelovig? Bij ons in de buurt waren er kinderen die ook doordeweeks naar zulke lessen moesten. Je leert er over de regels van thuis. Ik moest een hoofddoek op en wijde soepjurken aan. Ik mocht nooit een vriendje hebben en überhaupt geen jongensvrienden hebben. Niet op het strand liggen, niet in de zee zwemmen. Niet uitgaan, niet op vakantie met vrienden. Alle dingen waar ik een beetje levensgeluk uit haal, mogen nog altijd niet. Toen ik broeken aandeed waarin je een beetje de vorm van mijn billen ziet, was dat een schande volgens mijn moeder, en daar hadden we elke dag gezeik over.

“Mijn hoofddoek heb ik twee jaar geleden afgedaan. Mijn vader kon het ergens wel begrijpen, ik had als smoes gebruikt dat ik Nederlands studeerde en anders geen baan kon krijgen. Maar mijn moeder heeft een maand niet tegen me gepraat. Mijn oom zag me in die tijd een keer thuiskomen van mijn bijbaantje als barvrouw in een Grieks restaurant. Ik had een Heinekenpolo aan, grote oorbellen in, lippenstift op en dus geen hoofddoek meer om. Hij kwam ziedend op me af met zijn scooter. “Schaam jij je niet, moet je zien hoe je erbij loopt.” En hij heeft op me gespuugd.

“Mijn moeder zag dat en moedigde het alleen maar aan. Ik denk dat ze dacht: eindelijk wordt ze een keer aangepakt, want die vader van haar is te soft.”

null Beeld Judith Jockel
Beeld Judith Jockel

Hoe begon je te zien dat je het anders wilde?

“Op mijn achttiende werd ik verliefd op een Nederlandse jongen en maandenlang bereidde ik in mijn hoofd een gesprek voor om het aan mijn moeder te vertellen. Het plan was om te liegen en te zeggen dat hij bekeerd was, maar toen bleek dat een bekeerde Nederlander ook niet goed was. Het was: ben je gek of zo, niks ervan, je maakt het gelijk uit, anders ben je m’n dochter niet meer.

“Ik had uitgezocht wat de islam hierover zegt: je moet een bekeerde moslim accepteren. Dat zei ik, maar zij zeiden gewoon ‘nee’. Onder Marokkaanse Nederlanders maken ze niet zo’n probleem van relaties met bekeerlingen. Maar Turken zijn daarin heel racistisch, die zien hun eigen volk als sacraal ofzo.

“Ik kreeg nergens steun, ook niet bij vriendinnen of nichten die hier zijn opgegroeid. Die zeiden: je kunt toch ook gewoon een ruimdenkende Turk nemen? Maar het probleem is: ik val op Nederlandse jongens.”

Je bent niet gelovig meer. Hoe is dat zo gekomen?

“Ik vond het al best raar dat ik geen niet-moslim lief mag hebben en er waren meer van die dingen die aan me knaagden. Een Turkse vriend van mij is homo en ik las wat imams daarover zeggen: dat je dat moet doodzwijgen en moet doen alsof je hetero bent. Onzin, want ik wist dat hij nu eenmaal zo was, het is geen keuze of ziekte. Waarom kan hij niet gewoon gelukkig worden met een vent?

“Mohammed B., de moordenaar van Theo van Gogh, gebruikte teksten uit het geloof om zijn daad te verklaren. Wie de profeet beledigt, moet geëxecuteerd worden, was het idee. Als je imams vraagt waarom ons geloof zulke dingen zegt, dan komen ze met iets als: maar dat geldt alleen in een sharialand en dat is Nederland niet.

“Dan denk ik: ja, alsof dat de zaak in een heel ander licht plaatst. Dus als we wel in een sharialand woonden, dan was het oké?

“Met vrienden van mij die ook moslim zijn, viel er niet over te praten. Die denken: de islam is vrede, punt uit, en zodra je over intolerante teksten begint, vinden ze dat je de islam in een kwaad daglicht zet.

“Op den duur kreeg ik alleen maar meer vragen en steeds kwamen er hele domme antwoorden, waardoor ik wel moest concluderen: misschien geloof ik helemaal niet meer. En voor wat draag ik die hoofddoek nog? Toen ging het best wel rap.”

In een eerder interview zei je dat je door je boek geen familie meer had. Maar je woont toch nog bij je ouders?

“Ik doelde op mijn nichten en neven: die hebben me na een tv-optreden over mijn boek allemaal gebeld en uitgescholden en vinden me nu verschrikkelijk. Behalve één neef, die is een beetje neutraal.

“Dat mijn ouders me niet verstoten hebben, is alleen uit angst dat ik anders helemaal mijn gang zou gaan.

“Kijk, Nederland is een individualistisch land, maar in de rest van de wereld is het vrij normaal dat je je familie wilt behouden. De vraag is: kan ik het wel aan om helemaal in de Nederlandse cultuur op te gaan en te breken met mijn familie? Ik denk niet dat ik daar gelukkig van word. Want die avonden op de bank dat we met z’n allen theedrinken en naar een Turkse soap kijken, dat het even niet over die ideologische verschillen gaat, maar we een gezellige familie met elkaar zijn, die vind ik toch wel weer leuk.

“Mijn neven en nichten zou ik ook niet willen missen in mijn leven. Ik heb een leuke tijd met hen als we samen in Turkije op vakantie zijn, Suikerfeest vieren, of ramadandiners houden. Dan denk ik: moet ik dat allemaal opgeven voor die ene Nederlandse vent die ik leuk vind? En dan heb je straks een bruiloft zonder je familie erbij? En kinderen die geen opa en oma hebben?

“Ik zit te dubben over een compromis, dat ik zo’n vrijdenkende Turk vind waarmee ik nog net kan thuiskomen. Er zijn mensen die het mij kwalijk nemen dat ik deze strijd in mezelf voer. ‘Kies gewoon voor je eigen geluk! Gewoon schijt aan hebben!’ Dat klinkt mooi. Maar ik vind het moeilijk. Mijn geluk neemt aan de ene kant toe en aan de andere kant af.”

Hoe doe je dat nu dan thuis?

“Mijn moeder zegt steeds dat ze zelfmoord gaat plegen door wat ik heb gedaan. En ze praat nu helemaal niet met me. Ik maak mijn eigen eten en ben de hele tijd in mijn eigen kamer. Mijn broertje vroeg mijn moeder waarom ze dat deed. Toen zei ze: “Ik ga niet praten met nestbevuilers, verraders of geloofsvijanden”.

“Mijn vaders collega’s zijn ook vrijwel allemaal moslim, en zij spreken hem aan op mijn boek. Hij vindt dat supervervelend, hij had de hele week trillende handen van de stress. Dat maakt mij kapot, hoe die mensen zo meedogenloos kunnen zijn.

“Kijk, hoe kut het ook is wat ze allemaal tegen me zeggen – “ik schaam me kapot voor jou”, “Je hebt onze levens vernietigd” – ze gaan mij niks aandoen. Vergeleken met wat ik in m’n inbox krijg aan bedreigingen, valt het heel erg mee. Ik heb liever dat ik contact met ze houd en met ze door een deur kan en niet zonder familie eindig.

“Ik heb een klein zusje en een broertje van twintig die me steunt. Mijn ouders zijn op zich aardige mensen, ook al staan we ideologisch mijlenver uit elkaar.”

De bedreigingen had je zien aankomen, zei je. Krijg je ook reacties die je hebben verbaasd?

“De ouders van een meisje dat zich tot de islam heeft bekeerd, mailden me dat ze het zo erg vonden dat zij een hoofddoek wilde dragen. Of ik dat niet uit haar hoofd kon praten. Die heb ik snel afgewimpeld. Nee man, als zij die levensbeschouwing wil kiezen, dan moeten ze haar daar juist vooral vrij in laten. Anders werk ik mee aan hetzelfde probleem dat mijn ouders voor mij veroorzaken.

“Ik krijg berichten van moslims die me steunen, vooral Turkse alevieten. Die hebben een heel andere islambeleving. Er is niet één islam. Sommige mensen mogen alles en die noemen zich ook moslim. Ik zie daar wel de schoonheid van in. Als ik de islam ooit nog een kans zou geven, dan alleen de alevitische kant.

“Er zijn ook heel wat berichten van herkenning van queer moslims en van streng-christelijke mensen die verstoten zijn, omdat ze met een katholiek gingen, of van Hindoestaanse meisjes die lingeriemodel zijn en daarom zijn verstoten.

“Wat me het meeste opviel, is hoeveel lotgenoten ik heb die met precies hetzelfde zitten. Er zijn veel meer ex-moslims dan ik dacht, zowel mannen als vrouwen en van alle afkomsten.

“Om hen is het mij te doen met die strijd thuis. Ik kan wel zeggen: ik pak mijn koffers, maar dan heb ik geen verandering teweeggebracht. Want dan krijgt iedereen die is zoals ik de boodschap: oké, ik moet dus weg. Ik hoop dat ik toch iets kan afdwingen bij mijn familie: moet je eens luisteren, ik word er ongelukkig van om te leven zoals jullie en dat moet je maar tolereren, want jullie hebben me hier in Nederland op de wereld gezet. Als jullie echt van mij houden, dan zou die liefde niet zo voorwaardelijk moeten zijn. Misschien moet ik het net zo lang zeggen tot ze het inzien.”

Een recensie van Ik ga leven staat aanstaande zaterdag in Tijdgeest.

Lale Gül
Ik ga leven
Prometheus;
304 blz. € 19,99

Lees ook:

Ex-moslima Fatima el Mourabit ontvluchtte haar benauwde Veluwse milieu

Een cursus van het Humanistisch Verbond wil afvalligen van islamitische huize uit hun isolement halen. Tijdens die avonden vertelt Fatima el Mourabit over haar verleden. ‘Je hoeft niet te kiezen tussen je ongeloof en je familie.’

De #10yearschallenge in Turkije: jonge vrouwen tonen hun foto’s met en zonder hoofddoek

Op sociale media in Turkije delen jonge vrouwen oude foto’s van zichzelf met hoofddoek, en nieuwe foto’s van zichzelf zonder hoofddoek. Onder anderen Deniz en Elif doen hun verhaal.

Je ongeloof delen is niet zo simpel voor een ex-moslim

Ex-moslims kunnen thuis zelden over hun overtuigingen praten. Ze vinden elkaar in geheime facebookgroepen, voor steun, boekentips en gewoon om te lachen.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden