null Beeld Mart Veldhuis
Beeld Mart Veldhuis

EssayEthiek

Kunstmatige intelligentie is een spiegel van de maatschappij. ‘Je krijgt terug wat je erin stopt’

Wie brengt een systeem met kunstmatige intelligentie normen en waarden bij. De Verenigde Staten, China, of Europa?

Marco Visser

Kunstmatige intelligentie (KI) is net zo revolutionair als mobiele telefoons en internet, schreef Microsoft-oprichter Bill Gates vorige week op zijn blog. ‘Het zal de manier veranderen waarop mensen werken, leren, reizen, gezondheidszorg krijgen en met elkaar communiceren’, schrijft hij. Niet alleen Gates gebruikt deze woorden. Eerder zei Google-baas Sundar Pichai iets vergelijkbaars. Dat Gates zijn blog wijdt aan KI heeft te maken met snelle ontwikkelingen van de laatste maanden. Nog maar net was de spraakmakende chatbot ChatGPT aan het grote publiek geïntroduceerd of er volgt al een nieuwe versie die veel meer kan. Websites, games en apps bouwen bijvoorbeeld, vergaderingen samenvatten, logo’s ontwerpen.

Wat kunnen we verwachten van KI in de komende jaren, nu de ontwikkelingen zo snel gaan? Vooral wetenschappelijke doorbraken, op het gebied van de medische wetenschap, de biotechnologie en nanotechnologie. Maar dat klinkt nog abstract. De gemiddelde persoon zal vooral profijt krijgen van een soort persoonlijke assistent die het leven niet alleen makkelijker maakt, maar ook de maatschappij ten goede komt. Zo kan een persoonlijk assistent helpen bij het schrijven van brieven, rapporten of voorstellen, onderzoeken samenvatten of notulen maken van vergaderingen. Daarvoor is geen cursus nodig, een opdracht als: maak een samenvatting van dit onderzoek of deze rapporten zal meestal volstaan.

Lerarentekort oplossen

In het onderwijs kan een digitale assistent helpen de tekorten aan leraren tegen te gaan. Als elke leerling een assistent krijgt, kan deze helpen bij wiskunde, Engels of biologie. De taalapp Duolingo maakt sinds kort al gebruik van zo’n assistent.

De digitale KI-hulp kan zelfs meer. Op maat gemaakte lesmethodes ontwikkelen, bijvoorbeeld, want iedereen leert op een andere manier. Om in het onderwijs te blijven, docenten klagen over de enorme hoeveelheid formulieren die zij moeten invullen. Opnieuw: een digitale assistent kan deze taken overnemen. Niet alleen van docenten, maar ook van bijvoorbeeld huisartsen en agenten.

Kortom, kunstmatige intelligentie heeft de samenleving veel te bieden, mits het een goede opvoeding krijgt, met geboden, normen en waarden.

Onethisch gebruik van KI

Want hoe mis het kan gaan, bleek al in 2016, toen het Britse bedrijf Cambridge Analytica toegang kreeg tot privacygevoelige informatie van bijna 90 miljoen Amerikaanse Facebookgebruikers. Dat gebeurde zonder toestemming van die gebruikers. Met KI maakte Cambridge Analytica psychologische profielen die hielpen om het gedrag van mensen te voorspellen en om gepersonaliseerde politieke advertenties te sturen.

Ook wist Cambridge Analytica kiezers te lokaliseren met sympathie voor de Republikeinen. Kiezers die wellicht niet naar de stembus zouden gaan, maar dankzij de gepersonaliseerde advertenties nu toch gingen. ‘Hoewel er geen bewijs is dat Cambridge Analytica KI rechtstreeks gebruikte om Donald Trump te helpen de verkiezingen te winnen, speelde hun datagestuurde benadering van politieke campagnes een belangrijke rol in zijn overwinning’, schrijft ChatGPT.

Dichter bij huis is er het toeslagenschandaal. De Belastingdienst gaf een computersysteem de opdracht extra scherp te kijken naar inwoners met een dubbele nationaliteit. Dat is discriminatie, en dus discrimineerde het systeem. “KI is een spiegel voor ons als samenleving”, zegt Rudy van Belkom, directeur van de Stichting Toekomstbeeld der Techniek en onderzoeker van de invloed van technologie op de democratie. “Het probleem dat we in de samenleving hebben door mensen niet gelijkwaardig te behandelen, krijg je via het KI-systeem uitvergroot terug. Zo’n algoritme of kunstmatig intelligentiesysteem is niet kwaadaardig. Maar je moet wel controleren wat je erin stopt.”

KI met Chinese of Europese normen

Er moeten dus normen en waarden worden geformuleerd voor het gebruik van KI. Maar wie gaat dat doen? China houdt er andere normen en waarden op na dan Europa, dat strenge regels zal willen over toepassingen om de vrijheid van de burger te waarborgen. Het eens worden over die regels kost tijd. Maar tijd is er niet, waarschuwen experts. Als Europa zich eerst richt op het maken van de regels en wetgeving, de kaders waarbinnen KI zich mag ontwikkelen, gaan in landen als China de technische ontwikkelingen gewoon door en komen zij op een voorsprong die Europa niet meer kan inhalen.

De strijd om KI-dominantie gaat nu vooral tussen de VS en China en Google en Microsoft. “De logische conclusie is dat ethiek bij deze partijen niet op de eerste plek komt”, zegt Van Belkom. “De algoritmen worden geoptimaliseerd voor commerciële doelen. De gevolgen ondervinden we nu natuurlijk al. De algoritmen van Meta (moederbedrijf van Facebook en Instagram), Twitter, Google, etcetera dragen toch op zijn minst bij aan polarisatie.”

Techno-optimisten- en pessimisten

Nicholas Deruytter is oprichter en directeur van de Belgische KI-onderneming ML6. Hij ziet dat KI de technologievolgers verdeelt in overtuigde techno-optimisten en nerveuze techno-pessimisten. “De optimist is vol vertrouwen, ziet de toekomst rooskleurig en stelt dat de superslimme intelligentie ons bijvoorbeeld geneesmiddelen voor kanker kan bezorgen. Bij negatieve toekomstvoorspellingen reageert de optimist afwijzend en worden de gevaren wat geminimaliseerd.”

De techno-pessimist zegt: laten we even afwachten. Misschien krijgt zo’n KI-systeem wel een eigen motivatie. Dat is gevaarlijk want we begrijpen op dit moment niet hoe zo’n systeem werkt en we kunnen het ook nog niet controleren. Vanuit de pessimistische hoek klinken ook zorgen over gebruik van KI voor kwaadaardige doeleinden, zoals spam verbeteren. Menselijke stemmen klonen begint ook heel goed te werken. Je kunt nu al appjes krijgen van iemand met de stem van je zoon of dochter. In de toekomst worden dat misschien telefoontjes. Dus dat zijn wel belangrijke zaken om rekening mee te houden.”

De techno-pessimist pleit daarom voor terughoudendheid bij de ontwikkeling en gebruik van KI zolang er geen regels zijn over privacy, transparantie en andere ethische standaarden. Die houding is ook terug te vinden bij de Europese Commissie.

Deruytter is bang dat Europa daardoor te traag reageert op nieuwe ontwikkelingen en onvoldoende investeert in KI. “We zijn misschien te braaf in vergelijking met andere werelddelen. Ik stelde op een nieuwjaarsbijeenkomst een vraag over KI aan de voorzitter van de Europese Commissie, Ursula von der Leyen. Ze antwoordde dat de wereld naar de Europese Unie kijkt voor regelgeving, standaarden en de juiste principes voor KI. Dat is natuurlijk heel mooi en correct, want die wetgeving moet er absoluut komen, maar het zorgt ervoor dat we wat achterlopen op het vlak van ontwikkeling en dat we minder snel de technologie toepassen.”

Voldongen feit

Die vertraging kan Europa voor een voldongen feit plaatsen, waarschuwt Deruytter. “Je ziet dat GPT-4 direct wordt geïntegreerd in Microsoft Office, Google doet hetzelfde met hun technologie. KI wordt dus meteen toegepast en daarmee verandert onze wereld. We moeten ons daarom versneld aanpassen en ervoor zorgen dat we concurrerend zijn, om groei te realiseren ten opzichte van andere werelddelen.”

Van Belkom: “Op plekken waar een minder stevige democratie is, kunnen besluiten worden genomen die tegen democratische waarden ingaan. Niemand zal daar iets van zeggen, of machthebbers ter verantwoording roepen. De besluitvorming is daar dus veel efficiënter, maar niet democratisch. Daarom kunnen landen als China zeggen dat ze in 2035 wereldleider worden op het gebied van KI. Vrijwel niemand klaagt er over privacyschendingen. In een democratie gebeurt dat wel, wat de ontwikkelingen vertraagt.”

Of Europa achter loopt of voor ligt, is ook een kwestie van perspectief, zegt Van Belkom. “Als het gaat over ontwikkelingen en investeringen loopt Europa achter. Je kunt ook zeggen dat Europa voor ligt als het gaat om ethisch verantwoordelijke toepassingen. Al is mijn angst dat het perspectief dat we achter liggen het gaat winnen.”

Lees ook:

We moeten af van de term ‘kunstmatige intelligentie’, want een chatbot is zeker niet intelligent

Zelfbewuste AI-programma’s bestaan niet, schrijft columnist Ilyaz Nasrullah.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden