Invloed Van Gogh niet bewezen
Op de omslag van de begeleidende publicatie en ook op de affiche van de expositie 'Gogh Modern' worden details van een schilderij van Van Gogh gecombineerd met een still uit een video van Marina Abramovic. Het beeld laat een krijsende vrouw zien, de angstschreeuw trekt haar mond wijd open onder toegeknepen ogen. Abramovic is een van de kunstenaars die zeggen invloed van Van Gogh te hebben ondergaan, zonder dat dat concreet in haar werk is aan te wijzen.
Wat dat betreft is de still van Abramovic beter in verband te brengen met de Schreeuw van de Noorse schilder Edvard Munch. Het gaat Abramovic ook meer om de mens achter de kunstenaar. In dat geval kan het getourmenteerd bestaan van Van Gogh inspiratie geven.
De video van Marina Abramovic is een van de vele werken die op de tentoonstelling 'Gogh Modern' in het Van Goghmuseum gebruikt wordt om de stelling te onderbouwen dat Van Gogh aan de wieg van de moderne kunst stond. Die stelling klinkt bekend, want al sinds meer dan honderd jaar jaar wordt Van Gogh beschouwd als een wegbereider van de moderne kunst. Het is een rol die hij moet delen met enkele van zijn belangrijkste tijdgenoten als Cézanne en Gauguin. Alle drie zijn zij ijkpunten in de geschiedenis van de moderne kunst: je hebt kunst vóór
Cézanne, Gauguin en Van Gogh en kunst erna. Maar door Van Gogh te isoleren, lijkt het erop dat hij de enige was die de aanzet tot de moderne kunst heeft gegeven. Dat is een misvatting die op de tentoonstelling helaas niet wordt rechtgezet.
Het zijn niet de enige feilen die aan deze door het Van Goghmuseum georganiseerde tentoonstelling kleven. Ze komen voort uit het feit dat het 'bewijsmateriaal' voor de stelling uitsluitend geput kon worden uit één bron. Het Van Goghmuseum heeft de expositie ingericht op basis van een samenwerkingsproject met het naburige Stedelijk Museum. Dat museum bezit weliswaar zelf enkele werken van Van Gogh, maar kan veel beter de context laten zien waarbinnen de moderne kunst zich n Van Gogh heeft ontwikkeld.
Aan dat idee ligt de belangrijkste misvatting ten grondslag. Want het Stedelijk mag dan een indrukwekkende collectie bezitten, zo heel veel heeft die niet met Van Gogh te maken. Je kunt natuurlijk stellen dat Van Gogh voor elke levende kunstenaar een ijkpunt moet zijn. Natuurlijk kan geen enkele schilder om hem heen, zoals ook Rembrandt, Goya,
Giotto of El Greco niet meer zijn weg te denken. Die hebben allemaal een stempel op de kunst van hun tijd gedrukt en daarmee ook op de komende generaties. Als persoonlijkheid hebben ze genoeg stof voor romans, films, toneelstukken, musicals of zelfs opera's geboden, maar juist niet voor schilders. Francis Bacon is een uitzondering. Deze schilder, zelf getekend door een getourmenteerd bestaan, kan enige verwantschap met de persoon Van Gogh hebben gevoeld. Zeker toen hij het motief van De Zaaier koos, dat Van Gogh zelf weer van Millet leende. Maar het Stedelijk heeft uit de beroemdste serie van Bacon geen enkel werk, zodat het belangrijkste bewijsstuk voor de stelling op de tentoonstelling ontbreekt.
Wat dan wel op de expositie te zien is, verdient toch echt niet het predikaat 'beïnvloed door'. Het is best wel een aardig idee om de minimal art sculpturen van Donald Judd van stal te halen, of de daaraan verwante schilderijen van Barnett Newman in een nieuw licht te zetten. Iedereen weet echter dat de bron van de minimal art niet bij Van Gogh maar bij de abstracte, concrete kunst van Mon driaan of Malewitsj (en Kandinsky niet te vergeten) ligt.
Ook dat zijn schilders die minstens even belangrijke ijkpunten in de kunstgeschiedenis waren. Wellicht dat zij ooit ook op Van Gogh teruggrepen, maar tegelijk waren ze in staat nieuwe oplossingen voor aloude schilderkunstige problemen te vinden.
Voor het Van Goghmuseum betekent deze presentatie de afsluiting van het Van Goghjaar, een jubileumtentoonstelling die alleen in de verte met het feit heeft te maken dat Van Gogh 150 jaar geleden, op 15 maart 1853 werd geboren. Die geboortedag is dit jaar trouwens zonder veel geruis herdacht. Ook al omdat de eerste tentoonstelling waarin Van Goghs keuzes en voorkeuren werden getoond, geen hoogtepunt in dit feestjaar werd, kun je zeggen dat het Van Goghjaar weinig spectaculair is verlopen. Het heeft er alle schijn van dat het onderwerp nu van zoveel kanten is besnuffeld en belicht dat er voor jaren geen Van Goghtentoonstelling hoeft te worden gemaakt. Het museum heeft dat zelf ook onderkend. Uit de bekendmaking van het nieuwe tentoonstellingsseizoen blijkt dat er tot het voorjaar van 2005 (!) geen enkele expositie aan Van Gogh wordt gewijd.