In een Rietveld woon je heerlijk, ondanks dat lekkende dak
Een nieuw fotoboek toont de twintig best bewaarde huizen van Nederlands bekendste architect. De bewoners spreken liefdevol over de huizen, al zijn er ook ongemakken.
De makelaar prees het huis in Kinderdijk aan als een ontwerp van ‘ene Rietveld, dat schijnt een bekende architect te zijn’. Veel meer aanmoediging hadden Arie en Ans Koedood niet nodig, toen het kleine witte huis op de oever van de Noord in 1990 te koop kwam. Binnen bleek vrijwel niets veranderd aan de inrichting uit 1949. Om wat van de vraagprijs af te krijgen, wezen ze op de ouderwetse keuken. Dat viel niet goed bij de eigenaresse Annie Smit-van den Bovenkamp (1908-2008). “Het is zo’n fijn en bijzonder huis, ga er eerst maar eens een tijdje wonen, dan wil je er niets meer aan doen.”
Achteraf was het een geluk dat ze bijna al hun geld in de aankoop hadden gestoken, zeggen de Koedoods nu. Anders hadden ze die oude Rietveld-keuken en misschien nog wel veel meer vervangen. Vrijwel alles in de keuken is nog origineel. Zelfs de ijskast doet het nog, destijds een van de eerste in Nederland. Alleen de afzuigkap is nieuw, omdat de oorspronkelijke ventilator met buitenluik en al er was uitgevallen.
‘Huis Smit’, zoals het heet naar scheepsbouwer Leo Smit (1893-1989) die het liet bouwen, is origineler dan het wereldberoemde Rietveld-Schröderhuis (1924) in Utrecht, zegt fotograaf Arjan Bronkhorst. “Zelfs de oorspronkelijke kurken vloertegels in de badkamer liggen er nog.” De fotograaf toerde de afgelopen twee jaar door het land – met ook nog een uitstapje naar Amerika – om alle woonhuizen van Rietveld te fotograferen. Bijna honderd bouwde de architect er. In het fotoboek dat vandaag verschijnt, staan de twintig best bewaarde huizen met hun bewoners, die vertellen hoe het is om in een Rietveld te wonen. Die verhalen passen ook in de lijn van de architect die vond dat een huis ‘slechts een achtergrond voor het leven is’.
Aan de buitenkant vallen ze vaak niet op, uitgezonderd zijn bekendste ontwerpen: het Schröderhuis en het vakantiehuis De Braamakkers bij de Loosdrechtse Plassen. Over het algemeen zijn het in het groen verscholen blokkendoosjes. De kwaliteit zie je niet aan de buitenkant, omdat hij vanuit het interieur werkte, schrijft Rietveld-kenner Ida van Zijl in het boek. Licht en ruimte vond hij het belangrijkste. Allerlei nieuwe elementen introduceerde hij, zoals het doorgeefluik tussen keuken en woonkamer, het boodschappenluikje en de slaapvleugel. Hij was een sobere en bescheiden man die niets gaf om luxe. En zo ontwierp hij zijn huizen ook. Hij kon behoorlijk dwingend zijn. Als mensen een extra deur vroegen, vond hij dat ze dat kleine stukje wel konden omlopen. Hij schreef zelfs voor in welk kastje de snijbonenmolen moest worden opgeborgen.
Gebreken
Met veel liefde wordt er gewoond in een Rietveld, ondanks de gebreken. “Bij hevige regen lekte het platte dak, het huis was niet geïsoleerd, de ramen waren van enkel glas en de stalen kozijnen sloten slecht”, vertelt Reinier Sinaasappel (1948). Hij werd geboren in het huis dat Rietveld in 1936 ontwierp in Blaricum voor de kinderboekenschrijver Hildebrand. Toch woonde de familie Sinaasappel er zestig jaar met veel plezier. Afgaand op de verhalen schijnt wonen in een Rietveld niet te gaan zonder lekkend dak. “Dan zet je er maar een emmer onder”, was steevast de laconieke reactie van de architect. Wat opvalt, is dat de oorspronkelijke opdrachtgevers er vaak heel lang wonen, zoals de weduwe Gerda Slegers (1924) die het met haar man in 1955 liet bouwen.
Ook dit huis in Velp is nog vrijwel onveranderd. Vooral de verhoudingen bevallen haar en het feit dat alles in het huis functioneel is. Inmiddels is ze ermee vergroeid, ook met de ongemakken. Ze weet precies wat klemt en waar de muizen vandaan komen.
De bewoners geven meestal ook niet om uiterlijk vertoon als ‘hoogpolige tapijten en flatscreens’, viel de fotograaf op. “Rietveld had een intellectuele klantenkring, hoogleraren, artsen, kunstenaars. Mensen die hun rijkdom niet per se willen uitstralen. Die soberheid delen ze met de architect.” Nieuwe bewoners die wel hechten aan modern comfort, lossen dat vaak slim op. Om het oude interieur zoveel mogelijk intact te laten, afgezien van een betere isolatie, bouwen ze naast het huis een tuinhuis voor een luxe badkamer. Een optie die Rietveld zelf ook open hield. Zo vonden Sander van der Heijden en Koen Hoogenhout, die bezig zijn met het restaureren van een Rietveldhuis uit 1959 in Ilpendam, schetsen van de architect voor uitbreiding met een tuinhuis met slaapkamer, bad en wc. Zelf omschreef hij het als een berging met washok. De nieuwe bewoners hopen op termijn dit project van Rietveld postuum te realiseren.
De familie Koedood had het geluk dat onder het huis een grote kelder zit. Daar bevindt zich nu een wellnessruimte met bubbelbad, sauna, tv en ligbanken. De badkamer van Rietveld kon daardoor in oorspronkelijke staat blijven inclusief de douchekop van bakeliet en de kurken vloertegels. Precies zoals Annie Smit het had gewild.
Gerrit Rietveld - Weelde van de eenvoud, 528 pg, 59 euro, fotograaf en uitgever Arjan Bronkhorst.
Lees ook:
Spelen op een neogotische Rietveld
Een bijzondere vondst op de zolder van Slot Zuylen zorgt voor een nieuwe kijk op de loopbaan van de Utrechtse meubelmaker en architect Gerrit Rietveld. Die blijkt op het slot te zijn begonnen.