Tv-columnMaaike Bos
Het zijn de details, meer dan de getallen, die de Watersnoodramp doen herleven
Hoe verzin je een programma dat kijkers bij de kladden grijpt zodat eindelijk doordringt dat 1953 wel heel erg was in West-Nederland? Laten we eerlijk zijn: de datum 31 januari heeft landelijk nog nooit zoveel betekent als nu, zeventig jaar later.
Zo informatief en rijk geïllustreerd als het dagelijkse Watersnoodjournaal (NOS) ook werkt met Herman ‘de schermman’ van der Zandt; er was een programma dat daaraan vooraf moest gaan deze week. Eén dat snapt dat we eerst geraakt moeten worden voor we openstaan voor informatie over weersverwachtingen, stormvloed én springtij, uitblijvende maatregelen door bureaucratie, naoorlogse oorzaken van dijkverzwakking en aantallen dode mensen (1836) en dieren (50 duizend). Dat programma was De nacht van ’53 dinsdag bij de EO.
Het zeewater breekt door het glas
Kefah Allush trekt je met zijn bezwerende stem die kolkende zaterdagnacht in. Door het donker loopt hij langs het Keizersbolwerk in Vlissingen, het Katseveer aan de Oosterschelde en de kerktoren van het zwaarstgetroffen dorp Oude-Tonge. Plekken waar gezagsdragers niet of te laat ingrepen of waar de uitgevallen klokken niemand konden waarschuwen. In één nacht opgenomen, meldt de EO.
Hier begint, met indringende visuele technieken, de ervaring van hoe het zeewater door het glas van de voordeur barst. Overlevenden vertellen welk spelletje ze als kind nog doen met vriend(-innet-)jes, en hoe het schuim van de golven buiten, even een lekker pak sneeuw lijkt. Hoe vader ’s nachts de trap af het water in gaat om de radio nog te redden. Hoe gezinnen op zolder elkaars hand vasthouden, terwijl ze de gebinten horen kraken en dakpannen klepperen.
Hoe mensen óp het dak klimmen om niet daaronder vast te raken. Hoe ze buiten de hagel in hun gezichten voelen striemen, in het stormende donker, bij een gevoelstemperatuur van onder nul. Een hak stevig geklemd onder een panlat. Hoe een paard van de buurman levenloos voorbij drijft.
Zoeken naar levenden of lijken
“Jij verdrinkt niet, ik zorg voor jou!”, had broer Bram (16) tegen Ina Mackloet (8) uit Oude-Tonge gezegd; zij stond dinsdag ook in Trouw. Eenmaal op het dak ziet ze haar buurvrouw ‘instorten, met huis en al.’ Een ander dak drijft voorbij. Bram en de buurjongen springen erop en helpen elf mensen overstappen. “Vader sprong als laatste erop. Toen stortten de drie huizen allemaal tegelijk in.”
Ook Ina’s dak ging om. “De buurman nam luid afscheid van zijn gezin, noemde alle namen. En toen gingen we kopje onder.” Ze raakte bekneld onder puin maar Bram vond haar en reanimeerde haar. Geleerd uit de agenda van zijn Technische School.
Het zijn details die je meesleuren. “Getallen zeggen iets, verhalen zeggen alles”, speechte de burgemeester van Schouwen-Duiveland woensdag tekenend in het herdenkingsprogramma 70 jaar na de Watersnoodramp (NOS). “Bij ieder getal hoort een mens. Bij ieder mens een verhaal.”
Het zwijgen is ook zo’n verhaal. De vader van Willy Pilaar (9 destijds) was na de vloed weg met de boot, mensen zoeken. “Hij heeft nooit verteld of hij levenden of lijkjes heeft gevonden. Tien dagen later kwam hij terug. Grijze paardendeken om, een baard, mager, nat. Hij is nooit genoemd, heeft nooit een aai gehad. Die man, de kleine man, dat is een held”, snikt ze.
Daarna word je pas echt nieuwsgierig naar de getallen en rijke archiefbeelden van Herman van der Zandt. Donderdag en vrijdag de laatste afleveringen.
Vijf keer per week schrijven Maaike Bos en Renate van der Bas columns over televisie.