TaalTon den Boon
Het vinkjesjargon zal de komende tijd vast nog verder groeien met woorden als vinkjeslozen
Vorige week ging de taalrubriek over de herkomst van ‘het (groene) vinkje’ ter aanduiding van het V-teken ter goedkeuring, bv. in de corona-app. Deze week stond opnieuw in het teken van vinkjes. Nu had dat te maken met de publicatie ‘De zeven vinkjes’ van Joris Luyendijk. Luyendijk schrijft (dat het eigenlijk oneerlijk is) dat de maatschappelijke kansen van iemand afhankelijk zijn van het aantal ‘vinkjes’ dat hij bij eigenschappen als man, hetero, wit, van goede afkomst, hoogopgeleid kan zetten. Wie zeven van zulke ‘vinkjes’ heeft, heeft volgens Luyendijk de grootste kans op maatschappelijk succes en welstand.
De zevenvinker was vroeger een goudvink
Dat idee leidde deze week niet alleen tot veel commentaar (van critici en sympathisanten), maar ook tot een stortvloed aan nieuwe woorden. Zoals zevenvinkjesman of zevenvinker ter aanduiding van een ‘golden boy’, d.w.z. man met de grootste kans op maatschappelijk succes en welstand. Vroeger noemden we zo iemand weleens een goudvink(je), maar in dat woord verwees vink niet naar het V’tje van Luyendijk, maar naar een vogeltje. De komst van de zevenvinker zorgde er ook voor dat het aloude old boy’s network’ er een splinternieuw synoniem bij kreeg: zevenvinkjesmannenclub. Daarnaast maakten woorden als mindervinker (iemand met een slechtere uitgangspositie voor maatschappelijk succes), twee-, viervinker, veelvinker een dergelijke hun debuut.
Het vinkjesjargon zal de komende tijd vast nog verder groeien met woorden als vinkjeslozen (‘kanslozen’) en vinkjesvoorrecht – tot we uiteindelijk vinkjesmoe zijn. Sommige van die woorden gaan vast wat langer mee of raken misschien zelfs ingeburgerd. In elk geval is het aannemelijk dat uitdrukkingen als ‘een vinkje krijgen/hebben’ er naast de letterlijke betekenis (voldoen aan de voorwaarde(n) om ergens toegelaten te worden) een figuurlijke betekenis (een maatschappelijk privilege krijgen/hebben) bij zullen krijgen.
In de rubriek Taal worden grammaticale geschillen, etymologische enigma’s en andere taaltwijfels voor u opgehelderd door Peter-Arno Coppen en Ton den Boon. Ook een taalvraag? Mail naar peter-arno.coppen@ru.nl of tdb@taalbank.nl.