StreektaalHet Gooi
Het Hulluvusums en de Gooise ‘r’
Iedereen kent dan wel de Gooise ‘r’, maar hét Goois bestaat helemaal niet. Bussum, Hilversum, Blaricum, Laren en Huizen hebben elk hun eigen dialect – hoewel de eerste twee al lang niet meer gesproken worden. Ook verder zijn er niet veel dialectsprekers meer te vinden. In Huizen doet men wel verwoede pogingen het dialect te doen herleven: er is nog toneel in dialect, er bestaat een dialectcafé en er is een dialectwoordenboek.
Dat het dialect hier wat langer stand wist te houden dan in andere dorpen, komt door de geïsoleerde ligging: Huizen was van oudsher een vissersdorp aan de Zuiderzee, en er zijn overeenkomsten tussen het Huizers en de dialecten van Urk en Schokland. In 2019 werd er een dorpslied verkozen, geschreven in dialect: Ik hou van Huizen, mót je bóssen en je hai. Jouw mooie strangden en kasselemai (‘meikever’). Overigens is die kever net zo met uitsterven bedreigd als de dialecten in het Gooi.
P. C. Hooft
In de volkswijken van Hilversum is nog wel een accent hoorbaar. In het ‘Hulluvusums’ zegt men hum in plaats van hem. Toevallig was het P.C. Hooft, vanaf 1609 drost van Muiden en baljuw van het Gooiland, die voorstelde om naast het onderscheid tussen hun en hen ook hum naast hem te gebruiken in het Standaard-Nederlands. Dat voorstel heeft het niet gehaald.
Het is niet toevallig dat in het Hilversums veel Amsterdamse en Utrechtse kenmerken samenkomen. De komst van het spoorwegennet zorgde eind negentiende eeuw voor een toestroom van rijke Amsterdammers naar het Gooi. Ook de omroepen trokken vanaf de jaren zestig nieuwe bewoners.
De welbekende Gooise ‘r’ is niet direct afkomstig uit de dialecten van het Gooi. Deze variant van de ‘r’ – die veel weg heeft van de Amerikaanse ‘r’ – dook op in de Hilversumse studio’s en viel op in de liedjes van ‘Kinderen voor kinderen’. Daarna heeft-ie zich als een gek verspreid over de rest van Nederland. Er bestaan overigens nog veel andere ‘r’en. Maar de Gooise heeft de meeste glamour.