ColumnKelli van der Waals
Het blauwe vinkje zegt nu nog ‘ik ben bijzonder’, straks enkel ‘ik ben bereid te betalen’
Vorige week begon Meta een proef in Australië en Nieuw-Zeeland: Facebook- en Instagramaccounts waarvoor je 11 euro per maand betaalt. Verified, heet deze abonnementsdienst, want je krijgt er zo’n blauw vinkje bij.
Elon Musk had zoiets ook al bedacht. In het najaar maakte hij het bij Twitter mogelijk een vinkje te kopen. Binnen een paar uur waren er ontelbare nepaccounts mét een vinkje, zoals van een ‘geverifieerde’ Jezus en iemand die zich voordeed als officieel Nintendo-account. Bedriegers en grapjassen lieten bedrijven en beroemdheden bizarre uitspraken doen.
Toch een goed idee, vond Meta.
Het blauwe vinkje is begeerlijk. Het zegt dat een gebruiker authentiek is en – belangrijker nog – invloed heeft. Dat er van je gezegd moet worden: ‘Ja, hij/zij is het echt’, is het is het ultieme online statussymbool. Sinds Twitter in 2009 het vinkje introduceerde (de eerste werd toegekend aan een Amerikaanse publieke gezondheidsorganisatie), is de legitimiteit van het ding zelf vaak in twijfel getrokken. Het verificatieproces was namelijk nogal willekeurig en ondoorzichtig, en kwam in 2017 onder vuur te liggen toen een omstreden white supremacist er een kreeg toegekend. Mensen zagen dat als een goedkeuring van Twitter, in plaats van een vignet van authenticiteit.
Musk versus Biden
De vermarkting van het vinkje is een gevaarlijke ondermijning van de personen en instanties voor wie dat vinkje ooit bedoeld was, maar ook een interessant experiment. De magie van dat blauwe tekentje zat hem er juist in dat het zo moeilijk te krijgen was, en straks is het gewoon te koop. Vergelijk het met een Birkin-tas van Hermès: die kost een veelvoud van een modaal salaris, maar er zijn enorme wachtlijsten voor.
Deze gecreëerde schaarste (zo lastig zijn ze ook weer niet te maken) maakt van de tas een statusobject. Dat zou anders zijn als iedereen met genoeg poen er een kon hebben. Op eenzelfde manier zegt zo’n vinkje nu nog ‘ik ben bijzonder’, en straks enkel ‘ik ben bereid te betalen’. Wat is daar de aantrekkingskracht nog van?
Aan de andere kant, misschien weet Musk ook wel wat hij doet, want hij begrijpt als geen ander hoe statusangst werkt. Laatst nog, tijdens de Super Bowl. Toen hij ontdekte dat zijn tweet over de beroemde football-finale minder aandacht kreeg dan die van Joe Biden (over hetzelfde onderwerp, ze waren voor hetzelfde team), vloog hij in zijn privéjet naar het Twitter-hoofdkantoor om zijn medewerkers op hun kop te geven. Een dag later, na een snelle aanpassing van het algoritme, stond ineens ieders tijdlijn tjokvol Elon Musk-berichten.
Meer dan een vinkje
Overigens komt er bij de betaalde ‘abonnementen’ meer kijken dan alleen een blauw vinkje. Bij Meta betekent het dat je in contact kan komen met een klantenservice, bij Twitter dat je hoger in het algoritme verschijnt. De gebruiker betaalt, kortom, om gehoord en gezien te worden. Dat is een natuurlijke behoefte die door deze bedrijven sterk is gecultiveerd de afgelopen jaren.
Ik ben benieuwd wat er nu gaat gebeuren. Vinden we het te gortig om te betalen voor de platforms die ons eigenlijk maar ongelukkig maken, en waar dat ene flintertje waarheidsverificatie gewoon te koop wordt gezet? Of stelt ‘echtheid’ toch al niet zoveel meer voor en trekken we gedwee de portemonnee? Omdat de behoefte gezien te worden te groot is gegroeid, en we niet meer terug kunnen.
Swipen & klikken - Kelli van der Waals bespreekt opvallende trends en discussies in online media. Eerdere columns vind je hier.