Harpist Remy van Kesteren: ‘Je moet een drive voelen, anders ben je een gedresseerd aapje’

Remy van Kesteren met zijn voor hem gemaakte harp. Beeld Patrick Post
Remy van Kesteren met zijn voor hem gemaakte harp.Beeld Patrick Post

Waar was harpist Remy van Kesteren (30) de afgelopen jaren? In ieder geval zo goed als weg van het podium. Van Kesteren zat in zijn tuinhuisje, vaak ‘s nachts, te spelen met elektronica: geluiden ontdekken, nummers componeren. Zonder harp.

Frederike Berntsen

Onlangs lanceerde Van Kesteren zijn nieuwe album ‘Shadows’, in het Utrechtse muziekcentrum Tivoli­Vredenburg. Tussen een synthesizer, twee harpen en luidsprekers die als bezielde wezens licht gaven op een ritmische puls, reeg Van Kesteren quasi-nonchalant het ene nummer na het andere aan elkaar, slenterde hij wat over het podium, en zong hij zelfs. De luisteraar gleed in een tranceachtige wereld, versterkt door lichteffecten op de wand, met de musicus als gids door zijn zelfgecreëerde universum.

“Noem mijn muziek zoals je haar wilt noemen, ik plak er geen sticker op”, zegt Van Kesteren. “Ik voel me niet thuis bij de Einaudi’s van deze tijd. Neoklassieke muziek, ze gruwelt me tegemoet, maar als dat de hoek is waarin mijn muziek geplaatst wordt, dan is dat zo. Voor mij geldt maar één ding: de nummers komen uit mezelf, dit ben ik, hier sta ik achter.”

Nog niet zo lang geleden was Van Kesterens bedje gespreid, althans in de klassieke wereld. Zijn talent op de harp is ongeëvenaard, geen zee gaat hem te hoog. Hij reisde rond met belangrijke orkesten en speelde het grote harprepertoire, op de mooiste podia. “Het concert van Ginastera, prachtig, muziek van Debussy idem, maar Glières harpconcert: een draak. Van veel klassieke muziek werd ik niet gelukkig. Als ik zelf al denk: ik zou nooit naar dit concert gaan, hoe kan ik het dan verkopen? Wat doe je op een podium als je broek niet in de fik staat van waar je mee bezig bent? Je moet een enorme drive voelen, anders ben je slechts een gedresseerd aapje dat een kunstje uitvoert.

Gitaar

“Op een gegeven moment had ik een afspraak met een producer, we zouden iets gaan maken. Ik ging uit van een kennismakingsgesprek, dus ik had geen harp bij me, maar hij wilde direct aan de slag. Ik ging door de grond, zonder harp voelde ik me een nul. Ik dacht: nu val ik ongenadig door de mand. Dat is een trigger geweest: ben ik eigenlijk wel iemand zonder die harp?”

Van Kesteren zette zijn harp aan de kant, ging experimenteren op gitaar en synthesizer en nam zangles. “Een afschuwelijke periode, waar was ik naar op zoek, wat deed ik mezelf aan? Ik kán helemaal geen gitaar spelen, ik kan nooit zo goed worden op dat instrument als op mijn harp. Maar ik werd geraakt door een muzikant als de Britse singer-songwriter Fink, met wie ik samenwerk op mijn nieuwe cd. In de popscene kunnen muzikanten met soms gebrekkige skills iets heel puurs maken. Bob Dylan kan niet zingen naar de maatstaven van de geschoolde musicus, en toch gaat wat hij doet recht je hart in. Klassieke muziek vraagt om totale beheersing van je instrument en dan pas kom je aan de muziek toe. In de popmuziek is drive belangrijk, de drang om iets te doen en te vertellen staat voorop – en vaak komt het verhaal binnen, júíst omdat iets niet perfect is, maar wel heel erg de handtekening van die ene musicus draagt.

“Toen ik na een jaar terugkeerde naar mijn harp, voelde ik me volledig vrij. Ik moest ook keihard werken aan technische zaken, omdat ik dingen had gecomponeerd die helemaal niet logisch waren op het instrument. Ik ontdekte dat mijn harp ook lelijk mocht klinken om te bereiken wat ik wilde. De schaduwkant van het instrument spreekt me erg aan. Rauwheid in het geluid, een schurend randje, dat wilde ik vinden en daarom werd ik zo aangetrokken door al die instrumenten die ik niet kan spelen. Iets wat je niet kan tot kunst verheffen, daarmee het podium op, ik sterf duizend doden. Maar als ik daar nu sta met deze nieuwe muziek, ben ik zo gelukkig als ik niet eerder was.”

Onrust

Nog een koffie, Amsterdam-West, ochtendzon aan de bar. Van Kesteren wikt en weegt zijn woorden, zegt herhaaldelijk dat hij op zoek is. Waartoe, waarom, waarvoor alles, hij weet het ook niet. “Ik heb nu iets gevonden, maar hoe het verhaal verder gaat, geen idee. Van de existentiële onrust die in iedereen huist heb ik ook last. In mijn muziek zit iets melancholisch. Melancholie draag ik van kindsbeen af met me mee. Er sluimert altijd iets, er kan zomaar een deurtje opengaan in mij en dan ben ik weg, ergens anders. Ik word op de meest onverwachte momenten overvallen door een gevoel van droefenis. Ik kan geen vrolijke muziek schrijven. En tegelijk: zodra ik muziek maak ben ik de gelukkigste mens op aarde, en komen er lucht en licht mijn geest binnen. Vroeger was de harp een vlucht, er gebeurde thuis nogal wat om mij heen dat ik met muziek opzij kon schuiven. Muziek kan een redding zijn.

“En dan: schrijven, je eigen nummers maken, vreselijk moeilijk. Al na drie maten sabel ik neer wat ik heb bedacht, altijd als ik iets probeer. Alle bagage die ik meedraag, die goed geconstrueerde klassieke concerten, ze vormen een obstakel. En dat je dan zelf iets schrijft wat op een gemankeerde Chopin lijkt, heel erg. Kom je bij de pop dan kun je ondersteboven zijn van een volkomen clichématig in elkaar gezet nummer. Die lui hebben geen last gehad van de blokkades die ik tegenkom, maar nemen de vrijheid om iets te maken wat ze voelen. Jaloersmakend, zoiets. Ik moest mezelf overwinnen om zover te komen.

“Altijd creëer ik een eigen universum. Als kind tekende ik landkaarten, gaf gefantaseerde zeeën en rivieren een naam en stelde me voor hoe volkeren leefden in die door mij gemaakte wereld. Mijn knuffels vormden een elftal en speelden een voetbalwedstrijd, zo had ik ze opgesteld. Dat eigen universum, die parallelle wereld, heb ik nu opnieuw gemaakt met mijn zelfbedachte muziek. Ik wil zelf de dienst uit kunnen maken, alles kunnen spelen wat ik wil en daarin het publiek meenemen.”

Tournee ‘Shadows’. Zie ook: www.remyvankesteren.com

Lees ook:

Réus: de grootste harp ter wereld

De meeste harpisten dromen van een kleiner en handzamer instrument, maar Remy van Kesteren wilde juist meer snaren, meer power, meer mogelijkheden. Dus bouwde harpbouwer Salvi voor hem de Réus 49. Dit weekend neemt hij haar in gebruik.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden