Vlieland.

InterviewJeroen Hofman

Fotograferend vanuit een wiebelend bakje: op twintig meter hoogte is de lucht net zo belangrijk als de aarde

Vlieland.Beeld Jeroen Hofman

Vanuit een hoogwerker maakte fotograaf Jeroen Hofman zijn foto’s van de Waddeneilanden. ‘De elementen teisterden het bakje waarin ik stond.’

Eline Crijns

De hoogwerker is uitgetrokken tot een hoogte van twintig meter. De wind op de Wadden doet het bakje waarin fotograaf Jeroen Hofman op wankele hoogte staat, soms wel een meter uitslaan. Toch maakt hij geen haast om snel af te drukken. Hij wacht. Hij wacht op het moment dat alles voor zijn lens samenvalt met het beeld dat hij voor ogen heeft: de stand van de wolken tegen de blauwe lucht, de lichtval en de schaduwen op de grond.

Hofman fotografeert vanuit een uniek perspectief. Hij kiest voor zijn camerastandpunt een hoogte onder de vogels, waar je de mensen niet meer kunt verstaan. Zo ontstaat door de lens een venster waarin de horizon het beeld precies halverwege doorsnijdt. “Ik kijk door mijn oogharen naar een landschap om te zien wat de vlakverdeling is; hoe de vormen en de lijnen lopen”, zegt de fotograaf.

Het resultaat is een kijkdooseffect waarbij voor- en achtergrond even ver weg lijken. Zijn foto's – afgedrukt op metersgroot formaat – zijn nu te zien in Fotomuseum Den Haag.

Fotograaf Jeroen Hofman aan het werk in zijn hoogwerker. Beeld Jeroen Hofman
Fotograaf Jeroen Hofman aan het werk in zijn hoogwerker.Beeld Jeroen Hofman

Alle vijf eilanden komen aan bod in Eiland, Hofmans eerste solo-expositie: in pasteltinten het wad, het strand, de lucht en de zee, de frisgroene weilanden en dijken met schapen ertegen, maar ook de donkerte van het bos. Weinig mensen. En altijd die kaarsrechte horizon, halverwege het beeld. Gebruikelijker is het om de horizon op tweederde te houden, maar Hofman vindt de lucht net zo belangrijk als de aarde.

“Wat je niet aan de beelden afziet, is de weg ernaar toe”, zegt de fotograaf. Met een gehuurd Boels-oranje wagentje met daarop een hoogwerker, toog hij een paar jaar geleden op de boot naar Texel. “Ik ging er in eerste instantie heen om foto’s te maken voor een vriendin die er door haar ziekte niet meer heen kon. Ze wilde het eiland van haar jeugd nog eens zien.”

Hofman was al snel getroffen door het landschap van de Wadden: “Het is hard en onverbiddelijk. Ruig. Ik ga graag ergens helemaal in op en hou ervan terug te keren om te kijken hoe het licht of het seizoen een omgeving heeft veranderd. In landschappen kun je meerdere keren verdwijnen. Ik vergat op de eilanden de tijd helemaal. Ongemerkt stond ik eens viereneenhalf uur in dat bakje.”

Vast in het slik

Voordat de fotograaf ergens zijn wagentje opstelt, gaat hij op onderzoek uit. Kijken of de hoogwerker op een stabiele ondergrond kan staan. Modder en grind zijn levensgevaarlijk. Op Vlieland moest hij ontzet worden door een fourwheeldrive toen zijn wagentje vastzat in het slik.

Ook heeft de accu het weleens begeven waardoor het bakje niet meer omlaag kon. Toch ervaart Hofman controle in zijn manier van werken. “Met een drone zou ik dat minder hebben. Het idee dat je peperdure camera wegvliegt. Bovendien kan een drone niet het beeld maken zoals ik het maak.”

“Als ik beneden sta, weet ik exact wat ik boven aantref. Dat is een kwestie van intuïtie, maar ook van voorbereiding. Ik bekijk landkaarten en Google Earth. Ik bepaal op welk uur van de dag ik ga en schat in hoe het licht zal zijn. Vroeger moest ik de helft van de tijd mijn opstelling aanpassen, nu gaat het nog maar een op de negen keer mis.” Je moet geen hoogtevrees hebben, beaamt Hofman en het weerbericht is belangrijk. “Ik sta de hele dag op en neer te wiegen; wind is er altijd.”

Werken vanuit de hoogwerker vergt geduld. En concentratie. De motor die het gevaarte in de lucht houdt, blijft continu draaien, maar op het moment van afdrukken moet die uit, om te voorkomen dat trillingen het beeld verstoren. Hij controleert het resultaat meteen. “Soms sta ik te joelen van vreugde in mijn bakje.”

‘In dat bakje let niemand op mij’

Exposeren in Fotomuseum Den Haag was voor Hofman een stip op de horizon. “Met mijn studiegenoten van de fotoacademie in Den Haag (KABK) was ik twintig jaar geleden bij de opening van het museum en toen zei ik al dat ik hier ooit wilde hangen. Het voelt nu alsof ik op de top sta.”

“Mijn ouders waren er niet zo heel happig op het feit dat ik naar de fotoacademie ging. Wel gaven ze mij mijn eerste camera, een Hasselblad. Er gaat bij wijze van spreken geen dag voorbij waarop mijn moeder vraagt of ik nog voldoende opdrachten heb. Inmiddels kan ik leven van de print verkoop van mijn werk, maar dat heeft lang geduurd”, vertelt hij.

Feedback op zijn werk heeft een belangrijke rol gespeeld in zijn ontwikkeling als fotograaf. “Soms moet ik even kauwen op kritiek, maar mijn werk wordt er wel beter van.”

Toen hij hoorde dat zijn foto’s van oefenterreinen van het leger en de brandweer gelaagdheid misten, fotografeerde hij die plekken opnieuw. Eerst vanaf een ladder, maar al snel vanuit een hoogwerker, zodat je kon zien waar die terreinen liggen in het landschap. Het resultaat was de goed ontvangen serie Playground waarvoor hij in 2009 een Zilveren Camera kreeg.

Hofman vervolgde zijn werkwijze vanuit de hoogwerker met een serie over stadsparken. In Park (2018) wordt zichtbaar hoe de publieke ruimte gebruikt wordt. Anders dan in de Waddenserie wemelt het in de parkfoto’s van de mensen. Hofman: “Ze letten helemaal niet op mij. Ik heb in de hoogwerker een oranje hesje aan en een helm op, waardoor ze denken dat ik van de gemeente ben.”

Wel stond er zo nu en dan een BOA onder aan zijn hoogwerker. “Ik kondigde nooit aan dat ik met mijn hoogwerker een park in ging. Vragen om vergiffenis is makkelijker dan vragen om een vergunning”, stelt Hofman. “Op een gegeven moment wilde ik weg uit dat gedoe. De eilanden waren een verademing.”

Expositie ‘Eiland’ van Jeroen Hofman in Fotomuseum Den Haag t/m 19 juni. Fotoboek Eiland van Jeroen Hofman, 200 blz, Hannibal Books.

Lees ook:

De meest iconische foto’s van Nederland: een veelzijdige selectie maar waar zijn de rafelranden?

Eregalerij van de Nederlandse fotografie Nederlands Fotomuseum in Rotterdam

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden