Klassiek & Zo
Eerherstel voor 'mindere' Mozart
Eerherstel. Niets minder dan eerherstel. Voor een schitterende opera van Mozart die jarenlang gold als een 'moetje'. Een opera waaruit de recitatieven werden weggesneden of zelfs opnieuw gecomponeerd omdat die volgens 'kenners' niet voldeden.
Een ouderwets vehikel, in 1791 in haast geschreven voor de kroning van keizer Leopold II in Praag als koning van Bohemen. Een werk waarover diens Spaanse echtgenote, mevrouw de keizerin, na afloop meende te moeten zeggen dat Mozart una porcheria tedesca (Duitse zwijnerij) had geschreven.
Maar dat alles is 'La clemenza di Tito' dus niet. Zoveel werd maar weer eens duidelijk in de superieure uitvoering van het Orkest van de Achttiende Eeuw onder leiding van Kenneth Montgomery. Het magnifieke van de muziek sloop achter iedere maat tevoorschijn. Ik hoorde de uitvoering woensdag in De Doelen in Rotterdam. Het was de vierde in een reeks voorstellingen, die hierna nog te zien zal zijn in Den Haag, Utrecht, Zwolle en Amsterdam - dus spoedt u zich erheen als u van Mozart houdt. Zangers en orkest waren na de vorige uitvoeringen optimaal op elkaar ingespeeld met iedereen lekker in zijn vel en stembanden.
De opera wordt in semi-geënsceneerde vorm gebracht (regie Jeroen Lopes Cardozo), dus mét opkomsten en afgangen, echte interactie tussen de personages, lichte kostumering en een spectaculair einde van de eerste akte waarin de uitstekende zangers van Cappella Amsterdam in paniek door De Doelen rennen als tegenstanders van keizer Tito het Capitool in brand gestoken hebben. De opera speelt in het Rome van het jaar 79. En ineens kun je je goed voorstellen dat die rand met marmeren blokken in De Doelen, rondom het orkest, zomaar een locatie in het oude Rome zou kunnen zijn.
Grootsheid
Dat einde van die eerste akte is, zelfs in Mozarts geniale oeuvre, van een meesterlijke grootsheid. In die zin zelfs te vergelijken met het befaamde slot van de tweede akte van 'Le nozze di Figaro'. De opbouw is ook nog eens hetzelfde. Eerst een kort spetterend terzet, daarna een kort recitatief en dan de lange finale. Montgomery zette de boel hier in lichterlaaie. Zijn doordachte en subtiele directie joeg de actie onafwendbaar voorwaarts.
Dat terzet alleen al! De 'Sesto'-uitroepen van Deirde Angenent (Vitellia) golfden grandioos-wanhopig door De Doelen, waar de nagalm (de zaal zat lang niet vol) opvallend lang was. Angenents stem kreeg hier de ruimte die zij nodig heeft en ze zette haar rol met keizerlijke allure neer. Haar stem klonk van laag tot hoog uitermate indrukwekkend. Met een beetje geluk gaat Angenent met díe uitstraling een fraaie carrière tegemoet. Naast haar was de grote ster van de avond de Ierse mezzosopraan Paula Murrihy (Sesto) die in haar beide grote aria's verbluffend gaaf, krachtig en sonoor zong. Een geluid om meteen verliefd op te worden.
De enige andere vocale buitenlander was Anders Dahlin als een lichte en aangenaam klinkende Tito. Maar verder had Angenent louter Nederlandse collega's. Rosanne van Sandwijk bijvoorbeeld die een pareltje maakte van de rol van Annio. Het duetje dat zij met Laetitia Gerards (Servilia) zong was van een betoverende en pure schoonheid. En dan was er nog Henk Neven (Publio) die eigenlijk altijd overtuigt.
Ik neem mijn hoed met diep respect af voor Kenneth Montgomery, die hier schier onopvallend de ware hoofdrol voor zich opeiste.