Een bijzonder Feyenoordboek: ‘Raar, het gaat niet over lijden maar over winnen’

Met het naderen van het kampioenschap is een aardige stroom boeken over Feyenoord op komst. Adri Vermaat publiceerde al Onderweg naar Feyenoord, de komende weken verschijnen ook de titels Voor altijd de eerste (van het AD) en Wij gáán winnen (Bart Vlietstra en Willem Vissers). Verder komen Michel van Egmond en Martijn Krabbendam met een vervolg op het succesboek Lourdes aan de Maas. En op maandag 15 mei ligt 101 dingen die je weten moet over Feyenoord van Iwan van Duren in de winkel.

Allemaal snel werk om financieel een graantje mee te pikken? “In mijn geval echt niet”, zegt Van Duren. Hij vertelt dat zoontje Pax van (toen) acht zich op een dag afvroeg waarom papa en hij toch voor Feyenoord waren. Destijds, twee jaar terug, werd de club vijfde op 29 punten afstand van Ajax. “Ik wilde via een boek aan Pax uitleggen waarom het toch de mooiste club is. Maar toen ik met schrijven begon, wist ik niet dat Arne Slot met zijn toverstaf langs zou komen. We zijn daar compleet door overvallen. Het is nu een heel raar Feyenoordboek. Het gaat niet over lijden maar over winnen.”

Welke 101 verhalen moeten we weten? Van Duren vertelt er één. In 1977 dachten de fans dat Feyenoord de grote George Best had gekocht. Dat was op de radio geweest. “Eindelijk zouden wij ook eens een wereldster krijgen.” Toen de nieuwe spits er eenmaal was, zagen de fans een grote, te zware man uit Bermuda die er niks van kon. Het bleek Clyde Best.

Lees ook:

Drugsgeld hield de altijd borrelende vulkaan Feyenoord overeind

Recensie ‘Lourdes aan de Maas’