Theater
DeLaMar theater brengt musical naar Amsterdam-West
In de nieuwe locatie van het DeLaMar Theater is vooral ruimte voor experiment en musical.
Het lijkt alsof het DeLaMar Theater vuurvaste voeten heeft en dus geen last van de hete grond waarop de theaterwereld door de coronacrisis is terechtgekomen. Het Amsterdamse theater opent een tweede locatie in de Kolenkitbuurt in Amsterdam-West. Het moet een broedplaats worden voor podiumkunsten, met de nadruk op talentontwikkeling en veel extra aandacht voor musical.
DeLaMar West, zoals het theater gaat heten, biedt plaats aan zo’n tweehonderd bezoekers (zonder coronamaatregelen) en beschikt over een zogeheten vlakkevloerzaal, waarbij de eerste rij met publiek op gelijke hoogte zit met het podium en de rest van de stoelen erop neerkijkt.
DeLaMar-directeur Andreas Fleischmann wil met de nieuwe locatie in Bos en Lommer een ‘professionele en betaalbare plek creëren voor samenwerkingspartners en nieuwe makers’. “Dat wil zeggen dat we het bij de kern willen aanpakken met een andersoortig aanbod. Nieuwe producties en verhalen die leven in onze multiculturele maatschappij. We moeten onze horizon verbreden. En, gezien de recente ontwikkelingen, geloof ik dat deze tijd daarom vraagt.”
Weinig hippe koffiebarretjes in West
Stadsvernieuwing heeft de bevolking in dat deel van Amsterdam-West weliswaar diverser gemaakt, maar het aantal hippe koffiebarretjes is er nog relatief beperkt, aldus Fleischmann, die zegt een zwak te hebben voor de wijk omdat hij er zelf jarenlang heeft gewoond en ook directeur was van De Meervaart, iets verderop. “Bos en Lommer is gewoon een woonwijk. Het is mooi opgeknapt, maar het is niet zoals in de Amsterdamse buurt De Pijp.” Nog altijd is er op cultureel vlak relatief weinig te beleven. “En hoe tof is het als mensen in hun eigen buurt naar theater kunnen?”
Fleischmann wil nieuwe makers in DeLaMar West een plek geven waar ze kunnen experimenteren om door te groeien naar de grotere zalen van het DeLaMar in het centrum. Vanaf september hoopt Fleischmann de deuren te kunnen open. “Uiteraard wel geheel volgens de coronaregels.”
Commotie in musicalland
Onder de culturele organisaties die een vaste plek in het DeLaMar West krijgen is het nieuwe Amsterdamse ontwikkelinstelling MusicalMakers, niet te verwarren met het Nijmeegse semiprofessionele gezelschap MusicalMakers. Christan Leenders, secretaris van het Nijmeegse gezelschap, was ‘stomverbaasd’ toen hij werd gefeliciteerd met zijn plek in de nieuwe locatie van het DeLaMar. “Daar klopt dus niets van. We zijn met het Amsterdamse gezelschap in overleg over de naam.”
De Amsterdamse MusicalMakers is een samenwerking tussen DeLaMar en Rosestories en bestaat sinds januari. Drie weken geleden werd bekend dat de Raad voor Cultuur adviseert deze club op te nemen in de culturele basisinfrastructuur (Bis) en jaarlijks 7,5 ton rijkssubsidie te geven. Het advies van de Raad zorgde voor commotie in musicalland omdat het bestaande M-lab uit Amsterdam-Noord dezelfde doelstelling heeft en nu buiten de boot dreigt te vallen.
Daarnaast heeft de VandenEnde Foundation zich voor eenzelfde bedrag gecommitteerd aan het initiatief. Rosestories, dat al eerder theater over Marokkaanse vrouwen maakte, heeft als doel multiculturele verhalen te vertellen in verschillende vormen: theater, boeken, film. “Wij streven naar echte inclusiviteit en diversiteit. En niet als nevenactiviteit, maar vanuit de basis”, zegt Saskia Selen die betrokken is bij MusicalMakers en Rosestories.
Of ook M-lab uit Noord ook een plek krijg op de nieuwe locatie van het DeLaMar kan directeur Andreas Fleischmann nog niet zeggen, “Maar dat gesprek gaan we zeker voeren.”
Lees ook:
De Raad voor Cultuur spaart de grote jongens niet: geen geld voor Scapino en huiswerk voor De Nationale Opera
Het Scapino Ballet krijgt geen subsidie meer en De Nationale Opera moet zijn huiswerk overdoen, zo adviseert de Raad voor Cultuur.