BoekrecensieRoman
De tijd is een sluwe vos in de monoloog van meesterverteller Mysliwski
In de nieuwe, sprankelende roman van Wieslaw Mysliwski kijkt de oude man naar de jonge, en de jonge man naar de oude.
Als je eenmaal een roman van Wieslaw Mysliwski hebt uitgelezen, ben je voorgoed verknocht aan zijn wereld van Piotrs, Szymeks, en vele andere, vaak naamloze vertellers die met meanderende monologen afdalen in hun geheugen. Ze voeren ons mee naar de Poolse bossen, dorpen en keukens waaruit de oorlog nooit is verdwenen. Met Het oog van de naald heeft Mysliwski een nieuwe roman aan zijn universum toegevoegd. Waar hij eerder zijn vertellingen begon aan de keukentafel (Over het doppen van bonen), of met het openslaan van een adresboek (De laatste hand), laat hij nu al op de eerste bladzijde een jonge man zijn oudere ik tegenkomen op een smalle trap die afdaalt naar een ‘vroegere wilde, groene vallei’. ‘Ik had niet gedacht hem daar te ontmoeten en toch was hij daar ineens’, zegt de jongere ik tegen zichzelf en tegen ons, de lezer, die meteen in verwarring wordt gebracht. In welk verhaal bevinden we ons? Waar? Wanneer? En wie is de man die deze monoloog tegen ons af begint te steken en blijkbaar verwacht dat we meer dan 400 bladzijden naar hem blijven luisteren?
Wieslaw Mysliwski werd in 1932 geboren in het Poolse Dwikozy, een dorpje in de buurt van Sandomierz, waar Het oog van de naald zich afspeelt. In 1967 debuteerde hij met de roman Nagi sad (De naakte boomgaard, nog niet in het Nederlands vertaald), een liefdevol portret van een zoon over zijn vader. Daarna volgden met tussenpozen van gemiddeld zo’n acht jaar gestaag zijn volgende romans, die in Polen iedere keer een literaire sensatie waren. Tweemaal ontving Mysliwski de Nike, de belangrijkste Poolse literaire prijs. In Nederland brak hij pas door in 2009, dankzij Karol Lesman die zijn epische roman Over het doppen van bonen vertaalde. Het boek werd in Nederland een groot succes: het beleefde acht herdrukken en er werden meer dan 15.000 exemplaren van verkocht. In één klap wist Mysliwski zo ook in Nederland een groot lezerspubliek aan zich te binden en vertalingen van zijn andere romans volgden: Steen op steen (2012), De laatste hand (2015), De horizon (2017), en dan nu: Het oog van de naald.
Jeugd in de ouderdom
Het Oog van de Naald is de naam van een poortje in de oude verdedigingsmuren van Sandomierz, dat via een smalle trap vanuit de stad toegang geeft tot de ‘vroegere’ vallei. Eigenlijk speelt het hele boek zich hier af. Alle gedachten, herinneringen en dromen leiden naar de trap die in het geheugen van de ‘ik’ steeds meer treden krijgt en lijkt te groeien als een boom of misschien wel als onze herinneringen die in volume toenemen naarmate we ouder worden. Hier, bij het Oog van de Naald, begint de ik-figuur te spreken. Wat volgt is een typische Mysliwskiaanse monoloog waarin de ik-figuur zijn eigen herinneringen vervlecht met de verhalen en vaak nogal particuliere levenswijsheden van personages van allerlei allooi die hij in zijn leven heeft ontmoet.
Die ik-figuur is voor de oorlog geboren, heeft de oorlog meegemaakt en is getuige geweest van de Jodenvervolging in zijn dorp, leeft in het communistische Polen waar hij een karig loon verdient als arbeider bij een drogerij, wordt eindelijk toegelaten tot de universiteit waar hij geschiedenis studeert (en is zo arm dat hij met nog twee andere studenten in één bed slaapt), wordt assistent-conservator in een paleis, promoveert op de middeleeuwen, neemt deel aan drinkgelagen waarbij glazen wodka in kelen worden gekieperd, en struikelt uiteindelijk, vlak nadat hij zijn jongere ik bij het Oog van de Naald is tegengekomen, als gepensioneerd geschiedenisprofessor over zijn wandelstok. De jonge man kijkt naar de oude, de oude naar de jonge: ‘Hij wist niet dat zijn toekomst en ook zijn kindertijd, zijn jeugd in mijn ouderdom lagen, dat ik die al had beleefd, me soms zorgen makend om hem, mijn hele leven tobbend met zowel zijn toekomst als mijn verleden.’
Chronologie heeft in dat leven geen betekenis. ‘Eerlijk gezegd is elk leven een herhaling van iemand anders zijn leven. Het verleden loopt op ons vooruit, moet u weten, wij sloffen er maar wat achteraan. Want wie zou zijn leven kunnen bijhouden?’, zegt de ‘ik’ ergens, en: ‘De tijd houdt ervan soms met een andere te wisselen. De tijd is een sluwe vos en soms ook een gemene. Hij kan in deze, dan weer in tegenovergestelde richting stromen. En alleen wij denken dat hij samen met ons verstrijkt en dat ons leven hem zijn grenzen stelt. Niets is bedrieglijker. Hij trekt ons mee waarheen hij wil.’
‘Pratend’ schrijven, als families vertellend aan de keukentafel
Gelukkig geeft Mysliwski ons in de van de hak op de tak springende monoloog enkele ankers waardoor we weten dat we ons nog steeds in hetzelfde verhaal bevinden: de Zigeunerin die de toekomst voorspelt, de moeder die ‘drenkelingen’ bakt alsof ze daarmee de hele wereld kan troosten, en het meisje op wie een leven lang wordt gewacht – drie vrouwen die de herinneringen van de hoofdpersoon met elkaar verbinden. Daaroverheen zweeft de schaduw van de oorlog en die van het getto van Sandomierz.
Mysliwski schrijft, zoals hij zelf zegt, zijn boeken niet, maar hij praat ze. Hij praat ze zoals families elkaar verhalen vertellen aan de keukentafel, zonder kop of staart. ‘De spraak is een vrije taal’, zegt Mysliwski over zijn manier van schrijven. ‘De spraak onthult de mogelijkheden van de taal, brengt ons veel dichterbij de waarheid die zich in de mens verbergt dan de taal die aan regels en standaards gebonden is. Niemand spreekt thematisch, lineair. Ieder spreekt alsof hij alles wat hem in zijn hoofd komt, tegelijk wil vertellen.’ Mysliwski schrijft in die mensentaal. Zijn vertelplezier – in een sprankelende vertaling van Karol Lesman – spat van de bladzijden.
Het oog van de naald is een aangrijpende roman over de jeugd, de ouderdom, en het verstrijken van de tijd. Maar vooral is het een vertelling over de onbetrouwbaarheid van de herinnering, beeldschoon opgetekend door een schrijver die wil dat verhalen het einde van de wereld vertragen.
Wieslaw Mysliwski
Het oog van de naald
Vert. Karol Lesman
Querido; 448 blz. € 25,99