Review

De 'Malevitsjen' zijn van de Malevitsjen

De omzwervingen van een kist met werken van Kazimir Malevitsj, in 1958 op dubieuze wijze door het Stedelijk Museum aangekocht, vormen de rode draad in 'De verdwaalde collectie' van NRC-journaliste Lien Heyting. Het is niet alleen een complexe speurtocht, maar ook een biografie van het door stalinistische repressie geteisterde leven van de schilder.

Louise de Haan

De Russische kunstenaar Kazimir Malevitsj (1879 - 1935) had al verschillende stromingen doorlopen toen hij in 1915 zijn eigen stroming, het 'suprematisme', bedacht. Het was een Russische

variant op de toen heersende, abstracte kunst.

Zijn beroemde schilderij van een zwart vierkant op een wit vlak, noemde hij een icoon van onze tijd. Hij liet er verschillende betekenissen en theorieën op los, van zuiverheid , bevrijding, tot en met het aangezicht van God. Maar religieuze of politieke ideologieën waren in zijn kunst taboe.

Helaas werd zijn utopie ingehaald door de communistische dictatuur. Rond 1926 was het afgelopen voor het suprematisme, dat 'bourgeois' zou zijn. Malevitsj werd ontslagen als docent en zijn kunstinstituut werd gesloten.

Vanaf 1934 was het socialistisch realisme, pure propagandakunst, de enig toegestane kunstvorm. Malevitsj lijdt honger en zijn vrouw sterft aan tbc.

In 1927 wordt hem een lichtpuntje gegund: hij krijgt een visum voor drie maanden om naar Warschau en Berlijn te reizen. En nu komt de kist met zo'n zeventig kunstwerken in beeld, die Malevitsj meezeult om te kunnen exposeren. Hij legt op zijn reis contacten, bezoekt het Bauhaus, exposeert en maakt plannen.

Omdat een langer verblijf in het Westen problemen zou kunnen opleveren voor zijn naasten, keert hij met tegenzin huiswaarts. De kist blijft in Berlijn; Malevitsj verkeert in de veronderstelling dat hij daar spoedig weer zal terugkeren.

Terug in de Sovjet Unie gaat het steeds slechter. Zijn laatste solotentoonstelling is in 1929. Een jaar later wordt hij enkele maanden gevangen gezet en ondervraagd. Hij krijgt geen toestemming meer om het land te verlaten.

Desondanks blijft Malevitsj doorwerken, nu in een minder aanstootgevende, figuratieve stijl. Hij lijkt geestelijk niet gebroken maar lichamelijk wel. In 1935 overlijdt hij, na twee jaar ziek geweest te zijn.

Zijn kist met kunst bevindt zich intussen nog steeds in Duitsland. Vanuit Berlijn belandt deze in Hannover waar museumdirecteur Alex Dorner er werken uithaalt om in zijn museum te exposeren.

Dorner bewaart de kist tot 1936. Dan vlucht hij voor de nazi's naar Amerika en brengt de kist onder bij architect Hugo Hüring in Duitsland. Er zijn dan al 21 kunstwerken uit de kist in bruikleen gegeven aan het Museum Of Modern Art (MOMA) in New York .

In 1963 vermeldt het MOMA de werken als eigen bezit. Toen was Dorner, die zich steeds als beheerder had opgesteld, al zes jaar dood.

In 1951 komt de directeur van het Stedelijk Museum in Amsterdam, Willem Sandberg, de kist in Duitsland op het spoor. Hij wil graag de overgebleven kunstwerken in bruikleen. Van kopen kan geen sprake zijn, omdat Hüring niet de eigenaar is.

Maar in 1955 verandert dat ineens. Hüring wil de werken uitlenen voor een fors bedrag, en aankopen mag ook, voor 120 duizend mark.

Sandberg vertrouwt het niet. Maar Hüring komt met een notariële akte, die stelt dat Malevitsj in 1928 zijn werk aan hem heeft toevertrouwd en hem, Hüring, tot eigenaar uitroept als Malevitsj niets meer van zich zou laten horen.

Sandbergs juridisch adviseur Piet Sanders vond de akte in orde. Via Russische musea probeert Sandberg nog te achterhalen of er claims van de familie zijn. Tevergeefs. In 1958 koopt de gemeente Amsterdam de collectie.

Pas in 1975 komt de familie erachter dat de inhoud van de kist naar Amsterdam is gegaan. Er worden wat vruchteloze pogingen ondernomen om de kunstwerken terug te krijgen. Nog in 1988 worden de brieven van de dochter van Malevitsj niet beantwoord door Wim Beeren, de toenmalige directeur van het Stedelijk.

Beeren organiseerde in dat jaar het grote Malevitsj-overzicht in Leningrad, dat later doorreisde naar Nederland. De familie werd niet uitgenodigd voor de opening.

Tot op de dag van vandaag richt het beleid van het Stedelijk Museum zich erop om de ware toedracht van de aankoop te verbergen.

Sinds 1996 hebben de erven Malevitsj serieus werk gemaakt van hun aanspraken. Dat resulteerde in een schikking met het MOMA, waarbij het museum achttien werken kon behouden na betaling van miljoenen dollars. De rechtszaak tegen het Stedelijk Museum loopt nog steeds, na tien jaar procederen. Beschamend en geldverslindend.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden