Tentoonstelling

De kleuren van dochter Semna staan in een mooi contrast met het in­getogen werk van Corrie de Boer

‘Regels’ uit 1977, garen op doek, 21 delen. Beeld Corrie de Boer
‘Regels’ uit 1977, garen op doek, 21 delen.Beeld Corrie de Boer

De kunst van Corrie de Boer (1932) is ongrijpbaar. Nu is er een boek over haar leven en werk, plus een tentoonstelling met ook werk van haar dochter: kunstenaar Semna van Ooij.

Joke de Wolf

Het ‘anonieme groene oortjesproject’ van Corrie de Boer was zo absurdistisch als het klinkt. In 1996 maakte De Boer duizend groene mensenoren van gips, op ware grootte. Ze verspreidde ze anoniem, op plaatsen waar veel mensen komen.

In Berlijn, New York en Venetië, ze lagen op straat in Amsterdam, en ze kwamen vier keer in de brievenbus van Han Reiziger, presen­tator van het televisieprogramma Reiziger in Muziek. Oplettende ­kijkers zagen steeds meer groene oren verstopt in het decor van het programma.

Het project was een reactie op de groeiende rijen voor musea. Niet als lolletje over het afgesneden oor van Van Gogh, maar omdat ‘het oor soms verder reikt dan het oog’: ook andere zintuigen dan het zicht kunnen helpen je beter te laten zien. En niet alleen ín het museum, zo bevestigt Getting nowhere and that’s a pleasure – het nieuwe, ruim opgezette boek over haar werk – met foto’s van de groene oren in hun nieuwe omgeving.

‘Schilderen is ­alleen maar schilderen’

Corrie de Boer kwam in 1957 van de kunstacademie, afdeling textiele vormgeving – ze begon met grote wandtapijten. Schilderen deed ze nooit; ‘schilderen is ­alleen maar schilderen’.

Haar werk is moeilijk te reproduceren. De duizenden rechtopstaande borduursteken vallen als een horizontale streep weg tegen de witlinnen achtergrond. Haar ‘cirkels’ lijken simpele getekende rondjes, totdat je ziet dat ze bestaan uit tientallen stroken dun ­papier, als een waaier zorgvuldig in een cirkel gedrapeerd.

Het is vanzelfsprekend dat haar werk in Deventer in hetzelfde ­gebouw als dat van de Nul-kunstenaars is te zien. Haar ‘witjes’ uit de jaren zeventig bestaan uit wit kerklinnen – witte stof dus – waarin ze met wit garen horizontaal en/of verticaal smalle plooien legde. Ze zouden fier overeind blijven naast het werk van Jan Schoon­hoven, de Nul-kunstenaar die in de jaren zestig witte reliëfs maakte in wit papier.

Corrie de Boer, Last Horizon, 1978. Beeld Corrie de Boer
Corrie de Boer, Last Horizon, 1978.Beeld Corrie de Boer

De Boer gaf ook les aan verschillende kunstacademies, en samen met haar tweede echtgenoot ­Albert Waalkens, herenboer en ­galeriehouder, bepaalde ze de koers van de galerie in Finsterwolde.

De koetekendagen in 1997, waarbij dertig aan de galerie gelieerde kunstenaars een week lang koeien van dichtbij bestudeerden en verwerkten in hun kunst, trok veel aandacht in de media – de deelnemerslijst leest als een dwarsdoorsnede van de Nederlandse kunst.

EICAS: nieuw kunstmuseum in Deventer

‘Waarom is er hier geen mu­seum voor moderne kunst?’ Die vraag stelde Koos Hoogland (1947), van huis uit jurist, zich in 2011 tijdens een fietstocht langs de IJssel. De vraag liet hem als levenslang kunstliefhebber niet meer los. ‘Vanaf nul beginnen’ was het idee, zonder gebouw, zonder geld, zonder kunst.

De Nul-beweging, internationaal bekend als Zero, paste niet alleen goed vanwege de naam. De kunstbeweging ­begon in Duitsland in 1958. Kunstenaars wilden af van het persoonlijke, richtten zich op de essentie, natuur, het nulpunt.

In Nederland had en heeft de Nul-beweging vertegenwoor­digers als Jan Schoonhoven, Herman de Vries, Henk Peeters en Armando. Maar sinds de brand in het Amersfoortse ­Armandomuseum in 2007 is er geen museum meer aan een Nul-kunstenaar gewijd.

Dat museum komt er nu, het European Institute for Contemporary Art and Science, kortweg EICAS. Vorig jaar augustus opende het museum in een tijdelijke locatie in de Deventer binnenstad – open zodra dat weer mag.

Daarin een vaste expositie met kunst (bruiklenen en schenkingen) van de bekende Nul-kunstenaars, en daarnaast wisselende duo-exposities met non-figuratieve hedendaagse kunstenaars. Tegelijk wordt een oud schoolgebouw aan de Nieuwe Markt verbouwd tot museum met ­appartementen erboven – dat laatste dekt de kosten.

De aanpassingen zijn een ontwerp van Hans van Heeswijk-architecten, ook verantwoordelijk voor museum More in Gorssel en de nieuwe entree van het Mauritshuis en het Van Gogh Museum. Halverwege 2022 is de verbouwing hopelijk klaar en heeft Deventer eindelijk een eigen museum voor moderne kunst.

Color Construction van Semna van Ooij, dochter van Corrie de Boer, naar Stanley Kubricks Barry Lyndon, 2020. Beeld Semna van Ooij
Color Construction van Semna van Ooij, dochter van Corrie de Boer, naar Stanley Kubricks Barry Lyndon, 2020.Beeld Semna van Ooij

Een van de deelnemers was Semna van Ooij, dochter van De Boer. In Deventer is ook van háár werk te zien. Net als haar moeder vermijdt Van Ooij het figuratieve, concentreert ze zich op de chaos die ze ontdekt in een gewone ­keukenstoel of in het dak van de koepelgevangenis.

Van Ooij schildert soms wél, en gebruikt fel rood, blauw, en geel – een mooi contrast met het in­getogen kleurgebruik van De Boer, dat doet verlangen naar meer.

Het boek Getting nowhere and that’s a pleasure kost 39,50 euro en is te krijgen via eicas.nl. De tentoonstelling ‘Tegendraads’ is, zodra de musea weer open zijn, verlengd tot half juni.

Lees ook:

Hij creëerde alsof de dood hem op de hielen zat

Schilder, beeldhouwer, dichter, schrijver, violist, acteur, journalist, film-, televisie- en theatermaker: Armando was het allemaal. Maar het meest zal hij herinnerd worden als beeldend kunstenaar en schrijver.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden