Review
De Kameleon is helemaal Paars
AMSTERDAM - Vergeleken met Hotze de Roos waren Shakespeare, Proust en Dickens maar knoeiers. Die indruk ontstaat na lezing van Paul Steenhuis' boek 'Helden zonder zee', over Nederland's populairste jeugdboekenserie 'De Kameleon'. De kunstredacteur van NRC Handelsblad laat er geen twijfel over bestaan dat er in de boeken van Kameleon-auteur De Roos veel meer zit dan de meeste mensen zouden verwachten. “De Roos is een belangrijk schrijver en zijn werk behoort absoluut tot het Nederlandse cultuurgoed. Voor de leesbevordering in ons land is hij erg belangrijk geweest.”
Steenhuis' prachtige, meeslepende boek over de Kameleon kan het best omschreven worden als een bloedserieuze grap. Door het psychologische, sociologische en historische belang van De Roos' werk gigantisch aan te dikken, wil hij de lezer doen inzien hoe waardevol de Kameleon-reeks wel is geweest. Op die manier hoopt Steenhuis de altijd onderschatte en door critici weggehoonde timmerman-schrijver uit Krommenie zijn verdiende plaats in de literatuurgeschiedenis te geven.
Steenhuis: “Wat er in mijn boek staat is misschien sterk aangedikt, maar niks van wat ik zeg is onwaar.”
Door op een serieuze manier onzin te verkopen, kom je vaak dichter bij de waarheid dan via dorre, rationele feiten, moet Steenhuis gedacht hebben toen hij zijn boek schreef. De in 1991 overleden Hotze de Roos zou het waarschijnlijk prachtig hebben gevonden. Niet voor niets was 'De lof der zotheid' van Erasmus een van de zijn favoriete boeken. De Roos was er volgens Steenhuis 'verzot' op. Erasmiaanse waarheden als 'wat geleerd lijkt, is dom' en 'alles kan steeds in zijn tegendeel verkeren' stonden in hoog aanzien bij De Roos. Hielke en Sietse lijken kwajongens maar overtreffen bij hulpacties volwassen kerels. En wat goed lijkt kan slecht zijn. “Dat is eigenlijk het wezen van de Kameleon-reeks”, aldus Steenhuis.
De titel Kameleon, wijst er ook al op dat de boekenreeks niet voor één uitleg vatbaar is. Alles in de verhalen is zo veranderlijk als de kleur van het schip van Hielke en Sietse. Steenhuis: “De verf waarmee Hielke en Sietse hun boot, de Kameleon, hadden geschilderd, verkleurt constant, net als de huid van een echte kameleon. In het Friese Terherne, waar ze het Kameleondorp hebben nagebouwd, is geprobeerd dezelfde soort verf te vinden maar dat is niet gelukt. Er is zelfs bij Sikkens geïnformeerd, maar daar werd gezegd dat zulke verf niet bestaat.”
Sprookje
“De Kameleon is eigenlijk een sprookje. Het werk van De Roos scheert steeds langs de magie. Het is Nederlandse mythologie. Hielke en Sietse Klinkhamer zijn sprookjesfiguren. Twee jongens in een bootje van niks die toch zeer sterk zijn en de wereld aankunnen. Het is een droom van Hollandse kwajongens en staatslieden. De liberale politicus Thorbecke schreef in 1847 dat kleine staten er zijn om andere, grotere krachten te ontvouwen dan zij als delen van een groot rijk zouden kunnen. Nederland is maar een klein landje maar we kunnen heel veel. Dat spreekt er heel sterk uit.”
“Het werk van De Roos past in de traditie van de Noord-Nederlandse volkssprookjes. Hij was meer een volksverteller dan een literator. De Roos had een poëtische, romantische schrijversgeest. Zijn sprookjes zijn realistischer dan Zuid-Nederlandse sprookjes maar er zitten onder het oppervlak magische elementen.”
Volgens Steenhuis zijn de Kameleon-boeken een archetypische plattegrond van de Nederlandse oerziel. Gevraagd of we Hotze De Roos dan moeten zien als de aartsvader van de Nederlandse natie, antwoordt Steenhuis ontkennend. “Nee, hij was niet de schepper van de Nederlandse natie. Maar wel een herschepper. In het werk van De Roos zitten zowel universele als tijdgebonden waarden.”
“Het Platonische idee van een ideale samenleving zit er duidelijk in. Ook in de Kameleon-boeken wordt een ideale samenleving beschreven, maar zeker niet alles is rozengeur en maneschijn in het dorp. De Roos loopt niet te koop met zijn idealisme. Het is idealisme met beide voeten op de grond. De verhalen zijn teruggekoppeld op zijn eigen ervaringen uit de crisisjaren toen hij en zijn broer werkloos werden en zijn ouders bijna geen inkomsten meer hadden.”
Ook de idealen van de Franse revolutie en van de Franse filosoof Jean-Jacques Rousseau komen sterk tot uitdrukking in de Kameleon-reeks. Het gaat steeds om een Nederlands kwajongensparadijs waarin vrijheid, gelijkheid en broederschap centraal staan. Vooral vrijheid op het water is erg belangrijk in de boeken van De Roos.''
“Dat vrijheidsideaal op het water is niet nieuw. De Roos stond eigenlijk aan het einde van een lange traditie van kinderboekenauteurs die schreven over zeehelden. Beroemde zeehelden als Michiel de Ruyter speelden daarin vaak de hoofdrol. Later werden de beroemdheden vervangen door gewone jongens, zoals in 'De scheepsjongens van Bontekoe'. De 'zeehelden' werden steeds gewoner, socialer en zelfstandiger. In de Kameleon-reeks worden bijvoorbeeld geen kokosnoten meer gestolen van arme zwartjes zoals bij Bontekoe. De zee is verdwenen maar de traditie is gebleven. Daarom heet mijn boek ook 'Helden zonder zee'.”
“Tegenwoordig gaan kinderboeken amper meer over zeehelden. De oude Nederlandse zeemanstraditie is er nu bijna niet meer. Het is een opgedroogde boel geworden. In Nederland zijn er nu kinderen voor wie de mythologie van de woestijn belangrijker is dan de mythologie van de zee.”
Volgens Steenhuis zijn er weinig naoorlogse kinderboekenschrijvers die in de schaduw van De Roos kunnen staan als het aankomt op het stimuleren van leesplezier bij kinderen. “Hij heeft meer betekend voor de bevordering van van de leescultuur dan alle naoorlogse critici van jeugdboeken bij elkaar” schrijft hij in zijn boek. Steenhuis, die beweert met zijn boek de Kamelon-reeks 'voor domkoppen te verklaren' voegt er aan toe: “Wat zo knap is aan De Roos, is dat hij de geschiedenis van een klein, Fries dorp voelbaar maakt voor de lezers. De verhalen zijn klein en dorps maar ook groots en toegankelijk. De Roos beschrijft de Nederlandse waarden en normen op micro-niveau: de polder als bron van de Nederlandse democratie. Sterk en sociaal is eigenlijk zijn motto. Het is helemaal 'Paars'.
Zo beschouwd was De Roos een soort Hendrik Conscience, de Vlaamse auteur die gezien wordt als de man die zijn volk leerde lezen. In zijn boek stelt Steenhuis dan ook provocerend vast dat zij die geen serieboeken lezen als kind - noodzakelijk voor het verwerven van inzicht in tekststructuren en -strategieën -, later van Goethe maar bitter weinig zullen begrijpen. “Collega's van mij bij NRC-Handelsblad lezen nu Nietzsche, Shakespeare en Schopenhauer, maar ze zijn begonnen met de Kameleon.”