Review
De Hollanders verdreven de Caiquetíos van Curaçao
De roman 'Curaçao, mijn hart - Corazón Curaçao' is geen zoetsappige lofzang op een geïdealiseerd eiland, maar bevat het historische verhaal over rovers, moordenaars en verkrachters die volkeren uitroeiden, het landschap onherkenbaar veranderden en zo een Nieuwe Wereld maakten met nieuwe rassen, talen en culturen. Dit jaar is het voor Curaçao vijfhonderd jaar geleden dat deze omwenteling begon met de komst van de Spanjaarden. De auteur Peter Dicker maakte deze gebeurtenis tot centraal punt in zijn roman. Van hieruit waaiert het verhaal enerzijds uit tot ver in de prehistorie en anderzijds tot na de komst van de Hollanders in 1634. Toch is de roman meer dan een historische vertelling door zijn creatie van de Indiaanse zieneres Paraná. Zij is de belichaming van het collectieve bewustzijn van de Curaçaose Indianen, de Caiquetíos. Hun leven werd ruw verstoord door de de Spanjaarden. De Nederlanders verdreven daarna de Caiquetíos van Curaçao.
De visie van Dicker ligt in het verhaal over Paraná. Zij gaat eerst een verhouding aan met de Spaanse priester Don Rodriguez en later met de Nederlandse halfbloed Jan Jansz Otzen. Beiden zijn bezeten van haar, van beiden raakt ze zwanger, maar beide keren drijft ze de vrucht af. Dicker drukt hiermee niet alleen uit dat het populaire beeld van de ontdekkingsreizigers, die nieuwe werelden exploreerden moet worden bijgesteld, omdat ze die werelden vernietigden. Hij geeft ook de mogelijkheid aan van de vermenging van de westerse en de Indiaanse cultuur. Dickers visie staat daarmee haaks op de heersende opvattingen, die bijvoorbeeld in Debrots novelle 'De vervolgenden' werden uitgebeeld. Liet Debrot met hetzelfde historische materiaal zien dat de Spaanse en de Indiaanse cultuur allerlei fusies en osmosen aangingen, Dicker wijst op de totale vernietiging van de Caiquetíos en hij maakt duidelijk dat dit een verarming van de wereld is.