De grote finale van het Eurovisiesongfestival

Dress Rehearsal for the Eurovision Song Contest Grand Final in Liverpool.Featuring: Mimicat, Portugal EntryWhere: Liverpool, United KingdomWhen: 12 May 2023Credit: Graham Finney/Cover Images Beeld Brunopress
Dress Rehearsal for the Eurovision Song Contest Grand Final in Liverpool.Featuring: Mimicat, Portugal EntryWhere: Liverpool, United KingdomWhen: 12 May 2023Credit: Graham Finney/Cover ImagesBeeld Brunopress

Gaat Zweden er vanavond voor de zevende keer met de winst vandoor of kan Finland het buurland nog aftroeven? De vakjury’s doen voor de finale weer mee en telen voor de helft mee in het totaal. Nieuw is dat er vanuit elk land ter wereld per telefoon gestemd kan worden, behalve vanuit Wit-Rusland en Rusland. Dit is de running order van de landen die in de finale gaan strijden.

Nienke SchipperHarmen van Dijk en Peter van der Lint

1. Oostenrijk – Teya & Salena – Who the Hell is Edgar?

De meiden Teya (Teodora Spiric) en Salena (Selina-Maria Edbauer) hebben iets met het Songfestival. Los van elkaar kwamen ze in nationale voorrondes (in Oostenrijk én Servië) al heel ver, maar als duo schoten ze dit jaar in de roos. Ze schreven samen het originele en catchy liedje Who the Hell is Edgar?, dat gaat over Edgar Allan Poe, die als een geest in hersenen en lichaam van de zangeressen huist, en daar fantastische teksten produceert. Een groot deel van het liedje bestaat uit het lekker ritmisch herhalen van Edgar Allans achternaam. Aanstekelijk en geestig: ‘Oh mio padre, oh, oh, oh, oh // There’s a ghost in my body, Poe, Poe, Poe, Poe’. Staat in de top 10. Geheel terecht.

2. Portugal – Mimicat – Ai Coração

Voor ons hangt veel af van hoe Portugal het doet. Volgens de bookmakers eindigt het land nu net boven ons in de eerste halve finale, op de tiende plek. En die tiende plek is heel belangrijk – alles eronder haalt de finale namelijk niet. De blonde Marisa Mena (hier onder haar artiestennaam Mimicat) zingt in haar vuurrode outfit een opzwepend liedje waaraan ze zelf enthousiast heeft meegeschreven – tekst en muziek. In Ai Coração, dat lijkt te beginnen als een heuse fado, vraagt Mimicat zich af of haar hart nog wel aan haar toebehoort, omdat het totaal op hol geslagen is. De keuze is dus tussen Portugal opzwepend in het rood, en Nederland ingetogen in het zwart? Hmm.

3. Zwitserland – Remo Forrer – Watergun

Een anti-oorlogballade is natuurlijk helemaal op zijn plaats op dit festival, dat vanwege de oorlog in Oekraïne niet in Kiev, maar in Liverpool gehouden wordt. Remo Forrer en zijn liedje Watergun stralen aan alle kanten oprechtheid en goede bedoelingen uit – maar bezwijken daar helaas een beetje onder. Teksten als ‘ik wil geen soldaat zijn, ik wil niet met echt bloed spelen’ en ‘we zijn lijkzakken geworden’ maken het nummer loodzwaar. Het begint nog veelbelovend subtiel met een stemmige pianomelodie, maar eindigt in diepe duisternis.

4. Polen – Blanka – Solo

Een niets-om-het-lijf-liedje gezongen door een even zo schaars geklede dame. Met wiegende heupen kijkt ze zwoel in de camera en zingt dat ze als single beter af is. Het kan niet veel meer genderbevestigend. Dat onder begeleiding van een zonnig italohouse-beatje. Prima voor als je in een zuidelijke supermarkt de boodschappen doet, maar het Songfestival win je er niet mee.

5. Servië – Luke Black – Samo mi se spava

Ik wil alleen maar slapen, zingt Luke Black, omdat dromen lekkerder is. De wereld staat immers in brand. In een mix van Servisch en Engels brengt Black een techno-song, een stijl waar hij in zijn thuisland heel succesvol mee is. Ook in Berlijn trouwens, waar hij al optrad in Berghain, ’s werelds bekendste nachtclub voor technomuziek. In China toerde hij zelfs twaalf maanden lang in uitverkochte zalen met een heuse techno-opera. Hij begint zijn song liggend in iets dat het midden houdt tussen een bloemkelk en een schelp. Vier dansers met zuurstofmaskers, die met slangen aan de schep vastzitten, worden op het eind door Luke losgekoppeld. Waarom blijft wat onduidelijk, maar het lied slaat goed aan bij de fans.

6. Frankrijk – La Zarra – Évidemment

Op het eerste gezicht heeft de Franse act veel weg van het bijna-winnende liedje van twee jaar geleden. Een prachtige diva eenzaam uitgelicht op het podium, en een in het Frans gezongen tekst die je al na één refrein kunt meezingen. Maar op het tweede gezicht kan het verschil niet groter zijn. Evidemment van La Zarra is een catchy discoplaatje en heeft dus niets te maken met de ingetogen chanson van Barbara Pravi. Pas in de finale zullen we zien of de four-on-the-floorbeat in combinatie met Franse klasse een kans maakt.

7. Cyprus – Andrew Lambrou – Break a Broken Heart

Een Australiër die Cyprus vertegenwoordigt. Eurovisie is duidelijk een rekbaar begrip. Maar who cares, want deze gespierde Aussie-hunk zal menig meisjes- of jongenshart sneller doen kloppen. Andrew Lambrou zingt over zijn eigen hart, en dat een gebroken hart (het zijne) niet meer te breken is. Een waarheid als een koe. Hij komt uit voor Cyprus omdat zijn ouders daar vandaankomen. Vorig jaar zat hij nog in de Australische voorronde, waar hij nipt verloor van Voyager. Zingen kan hij in ieder geval goed. Zwemmen ook, zoals uit de videoclip van het liedje blijkt. Dat zwemmen en douchen is natuurlijk vooral opdat wij zijn torso kunnen aanschouwen. Maar wees gerust: de spieren in zijn strot (de stembandjes) zijn net zo ontwikkeld als die van zijn armen.

8. Spanje – Blanca Paloma – Eaea

Drama! Laat dat maar aan de Spanjaarden over. In het lied Eaea gaat Blanca Paloma terug naar haar Iberische roots. Dat betekent: rauwe stem, quasi geïmproviseerde slierten zang, ritmisch handgeklap, getrappel van hakken, sierlijk draaiende handen, schurende meerstemmigheid. Flamenco dus, maar vermengd met elektronische bliepjes en syncopische pop-beats. Want Blanca Paloma houdt ervan om genres te mixen. Dat zou haar in Liverpool aardig wat punten kunnen opleveren, omdat het resultaat spannend, nieuw en overtuigend is. In Eaea zingt ze haar kind toe. Ze hoopt dat als ze sterft, dat ze haar dan begraven in de maan, zodat het kind haar elke nacht kan zien. Drama!

9. Zweden – Loreen – Tattoo

Gaat Loreen Songfestival-legende Johnny Logan achterna? Logan won voor Ierland meermaals, drie keer om precies te zijn. Tot nu toe een unicum. Loreen komt voor de tweede keer uit voor Zweden en haar kansen worden hoog ingeschat. Overigens is Loreen nu al een Songfestival-legende. Het lied waarmee ze in 2012 won, Euphoria, staat te boek als een van de grootste hits die het festival opleverde en die voor een ommekeer zorgde: een modern, serieus en sterk nummer dat aansloeg bij een jong publiek. Het verloste het festival van het oubollige, carnavaleske imago. Met het nummer Tattoo neemt Loreen dit jaar geen risico’s: het is net zo’n opzwepend nummer als Euphoria en de act, waarbij ze bekneld lijkt te zitten onder een betonnen plaat, is net als destijds goed doordacht. Alleen die nagels van een centimetertje of tien schrikken de kijkers wellicht af.

10. Albanië – Albina & Familja Kelmendi – Duje

“Hou ervan, zoals je ervan hield”, zingt Albina vol dramatische passie. Haar liedje gaat over hoe door slechts één verkeerd woord een gelukkige familie ruzie krijgt en uit elkaar valt. In Albanië zijn familiewaarden nog altijd zeer belangrijk en er bestaat bijvoorbeeld nog altijd bloedwraak, waarbij rivaliserende families elkaar uitmoorden. Een beetje vrede binnen het eigen gezin is dus wel wenselijk. Het liedje is door de oosterse invloeden en diepe drums makkelijk herkenbaar, maar niet heel toegankelijk. En van al dat familiedrama word je ook niet erg vrolijk.

11. Italië – Marco Mengoni – Due vite

Net als Loreen deed Marco Mangoni al eens eerder mee. In 2013 in Malmö, het jaar na Loreens knallende overwinning. Hij scoorde niet slecht, een zevende plek. Twee treden hoger dan onze eigen Anouk. In dat jaar won hij het Festival di San Remo, en tien jaar later deed hij dat dus weer. Op naar Liverpool dus. In de clip van zijn live optreden in San Remo gooit Mengoni zich met huid en haar in zijn lied Due vite. Een liefdesdrama – uiteraard! – waarin hij zich afvraagt hoe twee levens (‘due vite’) zo om elkaar heen hebben kunnen draaien. En hij weet zeker dat zijn ex-geliefde absoluut nooit meer kan slapen – ‘Che tu non dormi, dormi, dormi, dormi, dormi, mai’. En dat met lekker veel nadruk gezongen. Goed nummer trouwens.

12. Estland – Alika – Bridges

Estland komt met de keurige ballad Bridges, gezongen door de keurige Alika. Piano en strijkers bouwen doelgericht op naar een krachtige finale. Het ‘oehoe, ahaa’ dat Alika en het achtergrondkoortje bij herhaling zingen, doet in de verte denken aan het ‘oehoe, ahaa’ van S10, onze inzending van vorig jaar. Dit nummer schreef ze met Wouter Hardy, die medeverantwoordelijk was voor Arcade, het nummer waarmee Duncan Laurence het Songfestival won. Bridges is ongetwijfeld een welkom en smaakvol interval in het Eurovisiegeweld, maar geen winnaar in de dop.

13. Finland – Käärjä – Cha Cha Cha

Ja ja ja. Wat is dit een lekker nummer zeg. Al is de titel behoorlijk misleidend. Wie een lied in het wat oubollige chachacha-ritme van de vroegere stijldansschool verwacht, zit direct verbaasd en verdwaasd te stuiteren. Käärjä gaat er beukend, stampend en rappend in, en het grappige is dat het stereotiepe chachacha-ritme eigenlijk geen enkel moment te horen is. In een gifgroene creatie die slechts zijn armen, nek en schouders bedekt, zweept Käärjä vier dansers met roze leidsels op alsof hij paarden ment. Het nummer heeft een verrassende twist in het midden als het keiharde gebeuk omslaat in een mierzoet Songfestivalliedje. In Liverpool gaan ze vast helemaal los.

14. Tsjechië – Vesna – My Sister’s Crown

Een meidengroep met een boodschap: wij zijn niet je poppetjes. Vesna’s My Sister’s Crown gaat over gendergelijkheid en sisterhood; vrouwen moeten elkaar steunen. Het is een catchy nummer met duidelijke Balkan-invloeden, opzwepend naar het einde. Met zijn zessen vormen ze een kleurrijke act, als een soort duistere versie van de Spice Girls. En daarmee vallen ze op tussen de andere liedjes dit jaar. Goede kans dat ze de eerste halve finale overleven.

15. Australië – Voyager – Promise

De Australische progressieve metalband Voyager probeerde al twee keer eerder naar het Songfestival te komen, maar kwamen de publieksselectierondes niet door. Dit jaar was er een interne procedure en nu is het wel gelukt. Op het nummer Promise kun je lekker uit je dak gaan. De elektronische synths, analoge drums en scheurende gitaren geven het nummer een solide basis. Ondanks de bridge met de gruntende gitarist blijft het nummer toegankelijk voor het grote publiek. En gezien het succes van rockmuziek de laatste jaren kunnen ze best eens verrassend uit de hoek komen. Volgens de bookies een tweede plek in de tweede halve finale.

16. België – Gustaph – Because of You

Met het nummer van België is weinig mis; een dansnummer dat de jaren negentig doet herleven – en laat dat tijdsgewricht nu net helemaal in de revival zitten. Ook met zanger Gustaph is weinig mis, hij zingt enthousiast, ondersteund door een paar fenomenale zangeressen. Het gevaar zit in Gustaphs outfit. In de voorronde en bij de repetities zag hij eruit alsof hij de kledingkast van zijn excentrieke buurvrouw had geplunderd.

17. Armenië – Brunette – Future Lover

De Armeense Brunette lijkt een breekbaar poppetje dat een liedje zingt voor haar Future Lover, haar toekomstige liefde. Een porseleinen huidje, met een even kwetsbaar stemmetje. Maar plotseling slaat haar zoetgevooisde zangpartij om in een pittige rap over pijn en paniekaanvallen. Ze brengt het nummer verrassend sterk en wordt daarom ingeschat op een finaleplaats.

18. Moldavië – Pasha Parfeni – Soarele si Luna

Die truc met het fluitje en die opzwepende beats, waar kennen we dat ook al weer van? Inderdaad Shum, het nummer van de Oekraïense band Go_A, twee jaar geleden. En vorig jaar had Kalush Orchestra ook een fluitje als centrepiece. Maar hoewel Pasha Parfeni zich vast heeft laten inspireren door het succes van het buurland, is het nummer Soarele si Luna toch anders. Het ligt lekker in het oor, niet te moeilijk, beetje tribal, housebeats, en een lekkere ‘drop’. Je benen gaan automatisch mee, maar of het onderscheidend genoeg is, moet blijken.

19. Oekraïne – Tvorchi – Heart of Steel

De Oekraïense inzending is dit jaar een dikke middelvinger naar Poetin. Letterlijk: al in het eerste couplet zingt Tvorchi ‘dat je moet weten wanneer je je middelvinger moet opsteken’. De act is verder redelijk ingetogen. Twee mannen, donkere pakken, donker podium en een meeslepende soulplaat met zuigende bassen. Ze schreven het strijdlied Heart of Steel nadat ze zagen hoe het Oekraïense leger de Azovstalfabriek verdedigde. “Na de Tweede Wereldoorlog is Eurovision bedacht om Europa te verenigen, maar sommige landen dreigen nu met nucleaire wapens en onze mannen, met harten van staal, verdedigen Europa.” Als winnaar van vorig jaar mogen ze dit jaar direct door naar de finale.

20. Noorwegen – Alessandra – Queen of Kings

De Noorse Alessandra laat zien dat je een feministische boodschap prima kunt brengen in een strak korset en netkousen – een goede traditie in de popmuziek natuurlijk. Ze zingt in een stampend ritme en met volle overtuiging het strijdlied over de Queen of Kings die de wereld verovert. Zij en haar danseressen ogen als stoere amazones die zo lijken weggelopen uit de serie Game of Thrones. Als ze de ultra-hoge uithaal op het eind van het nummer zuiver uit haar strot krijgt, gaat haar dat ongetwijfeld veel punten opleveren.

21. Duitsland – Lord of the Lost – Blood & Glitter

Herinnert u zich Lordi nog? De als monsters verklede Finnen die met het Hard Rock Hallelujah het Songfestival van 2006 wonnen? Duitsland lijkt nu dezelfde groep gestuurd te hebben, maar dan zonder maskers op. Niet per se een vooruitgang. Het is metal van de meest theatrale soort, met woedende grunts en scheurende gitaren. In een muziekgenre dat immer moeiteloos de top zoekt en er overheen gaat, weten de mannen van Lord of the Lost er nog een flinke schep bovenop te doen – zeker zanger Chris Harms met zijn lange blonde paardenstaart en nauwsluitende, bloedrode latex outfit. Maar vergis je niet, het is een populair genre, dus Duitsland gaat voor het eerst sinds jaren weer eens wat puntjes scoren.

22. Litouwen – Monika Lykite – Stay

De titel van het liedje van Litouwen is in het Engels, maar Monika Lykite zingt het refrein – ‘Ciuto tuto’ (zoiets als ‘tralala’) – in het Litouws. Precies omgekeerd dus als bij de inzending van Letland. In de bookmakers-subcategorie ‘Baltische staten’ staat Litouwen fier bovenaan. Monika, die al een mooi Songfestivalverleden heeft, kan goed zingen, en haar achtergrondzangeressen ook. Dat is niet onbelangrijk. Het lied zelf gaat over het verleden van een vrouw van wie je niet makkelijk kon houden. Maar nu klopt haar hart eindelijk zoals het hoort, en ze vraagt haar lover om alsjeblieft bij haar te blijven – Stay! Een sympathiek, finale-waardig liedje is het.

23. Israël – Noa Kirel – Unicorn

Israël komt met een eigentijdse dancetrack, gezongen door Noa Kirel die in haar eigen land een behoorlijke beroemdheid is. Ze zingt niet alleen, ze danst, acteert, presenteert en is jurylid in talentenshows. Net als Noa is het nummer Unicorn ook heel veel tegelijk. Het wisselt voortdurend van tempo en sfeer en Noa zingt, praat, rapt en giechelt het aan elkaar. Ook wel weer een voordeel, het is geen moment saai en stil blijven zitten is nauwelijks mogelijk. Het liedje gaat over de kracht van een eenhoorn en het herschrijven van de geschiedenis – maar vergeet dat maar snel weer.

24. Slovenië – Joker Out – Carpe Diem

Dansen, liefhebben en spelen alsof er geen morgen is, zingen de vijf jongens van de Sloveense boyband Joker Out. Pluk de dag dus. Joker Out maakt zogeheten softboi-pop en is op de Balkan enorm populair. Zelf betitelen ze hun unieke sound als ‘shagadelic rock ’n’ roll’ wat zoveel betekent als ‘sexy op een uitzinnige retro manier’. Juist. Bij de bookmakers kun je trouwens ook wedden op subcategorieën. Eentje daarvan is: wie van de Balkanlanden gaat er winnen? Daarin staat Slovenië op de tweede plaats, net onder Servië en voor Kroatië. Maar ja, ook de landen uit de subcategorieën ‘Nordic’ en ‘Baltic’ stemmen mee, dus...

25. Kroatië – Let 3 – ŠČ!

De ouwemannenband Let 3 komt uit Rijeka, de geboorteplaats van de Kroatische punkscene. In hun muziek mixen ze kunst, maatschappijkritiek, provocatie en over the top theatraliteit. Ze traden al meerdere malen in hun blootje op. De regels van het Songfestival laten dat laatste niet toe, en dus ontkleden de heren zich in Liverpool tot op hun witte lubberondergoed. Een tegendraadse, opvallende act met een bijpassend liedje waarin verteld wordt dat mammie een tractor heeft gekocht – ŠČ! In het tweede couplet heeft mammie ineens een idioot gekust – ŠČ! Enfin, u begrijpt het: ŠČ! staat voor ‘Nee!’ Maar de oude mannen met snorren in witte onderbroeken slaan volgens de bookmakers allerminst een modderfiguur – ŠČ!

26. Verenigd Koninkrijk – Mae Muller – I Wrote A Song

Na jaren van onderpresteren lijkt het Verenigd Koninkrijk eindelijk zijn draai weer te hebben gevonden op het Songfestival. Vorig jaar werd Sam Ryder met een sterk nummer tweede achter de onvermijdelijke winnaar Oekraïne. Dit jaar is het de beurt aan Mae Muller, die de brute breuk met haar vriendje verwerkt tot een opgewekt liedje. Het couplet zing je meteen mee: ‘Ik had je kunnen uitschelden of je auto kunnen vernielen maar: in plaats daarvan schreef ik een liedje’. Een catchy nummer met een gevatte tekst en pittig gebracht. Waarschijnlijk geen winnaar, maar een fijne inzending met hitpotentie.

Lees ook:

Wie gaat er naar het Songfestival? Zweden is het hele jaar bezig met de voorrondes

De Nederlandse selectieprocedure voor het Songfestival wordt afgedaan als corrupt. Dan Zweden: daar lijkt de hele populatie zich een jaar lang te buigen over de beste kandidaat.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden