In memoriamChick Corea
Chick Corea was vóór alles muzikant, chronisch nieuwsgierig en technisch verbluffend
Een recente compilatie van Chick Corea’s stukken heet simpelweg The Musician. Vóór alles was de op donderdag 11 februari overleden Amerikaanse pianist Armando Anthony ‘Chick’ Corea dat: een muzikant. Ook als hij componeerde of de rol van dirigent op zich nam, bleef hij in de eerste plaats een musicus, een speler, iemand die in muziek vooral mogelijkheden zag en geen beperkingen.
Schrijver dezes herinnert zich levendig hoe Corea eens een compleet orkest moest zien mee te krijgen met een variatie in zijn eigen Tweede pianoconcert, die hij ter plaatse op het podium had bedacht. De gespannen, bijna angstige uitdrukking van de orkestleden die geen idee hadden wat hen te wachten stond – en in groot contrast daarmee de breeduit lachende Corea die dat evenmin wist, maar precies van die onvoorspelbaarheid geweldig genoot.
Nooit liet hij zich op een bepaald genre vastpinnen
Corea paarde die chronische nieuwsgierigheid aan een verbluffende techniek. Het zorgde ervoor dat hij al op jonge leeftijd naam maakte en een van de invloedrijkste jazzpianisten werd. Corea speelde een grote rol in de wording van de zogeheten jazzrock of fusion. Eerst als een van de toetsenisten in de baanbrekende bands die trompettist Miles Davis aan het einde van de jaren zestig leidde. Daarna in de groep Return To Forever, met onder meer bassist Stanley Clarke. Hoe succesvol hij ook met meerdere projecten was, nooit liet Corea zich op een bepaald genre vastpinnen.
Begin jaren zeventig verraste hij met de groep Circle die heel vrije, avant-gardistische jazz speelde. Terwijl hij met Return To Forever alle aandacht trok, bracht hij ook gerust een weerbarstige plaat als Inner Space uit waarop hij nietsontziende post-bop speelde, maar bijvoorbeeld ook een trio voor fluit, fagot en piano opnam. Na een plaat met pittige elektrische jazz kon gerust een soloalbum volgen met kalme kinderliedjes. Corea beperkte zich bovendien niet tot jazz, hij componeerde meermaals klassieke werken en wijdde zich op zijn albums geregeld aan latin en aan Spaanse muziek.
Boegbeeld van een generatie zeer avontuurlijke pianisten
Met die grote muzikale honger en flexibiliteit oogstte Corea overigens ook dikwijls kritiek. In technisch opzicht was hij een alleskunner, maar de virtuositeit van zijn spel kon op minder geïnspireerde momenten wel verwateren tot spielerei, knappe maar nogal spanningsloze muziek. Niettemin zal Corea tezamen met Keith Jarrett en Herbie Hancock het boegbeeld blijven van een generatie zeer avontuurlijke pianisten. Zijn discografie bevat meerdere platen die de tand des tijds met groot gemak doorstaan.
Toen het nieuws van zijn overlijden bekend werd, plaatsten vele musici op Facebook een eerbetoon aan hem en de albums waarmee hij hun leven veranderde. Veelgenoemd zijn twee onomstreden meesterwerken: de trioplaat Now He Sings, Now He Sobs uit 1968 en Three Quartets uit 1981. Op beide albums zijn zowel Corea als zijn bands in bloedvorm. Daar hoor je de muzikant pur sang. De manier waarop Corea wending na wending in de muziek vindt alsof die niet geïmproviseerd wordt, maar al gecomponeerd is, en de manier waarop hij de mooiste melodieën schijnbaar uit de lucht plukt, dat is hoe hij zal worden herinnerd en gemist.