ZomercolumnThijs Kettenis

Voor het sporten eerst een stempel halen

null Beeld thijs Kettenis
Beeld thijs Kettenis

“Heeft u een verklaring van een cardioloog?” vraagt de vrouw bij de balie als ik me wil inschrijven bij de sportschool. “Wij moeten er zeker van zijn dat u fit genoeg bent om te sporten”, verklaart ze met uitgestreken gezicht.

Thijs Kettenis

Ah, dat is me eerder overkomen. Ooit wilde ik een paar baantjes trekken in een openbaar zwembad. Daarvoor moest ik eerst een gezondheidsverklaring van een cardioloog en een dermatoloog overleggen. Als je wilt sporten, ben je in Griekenland in de eerste plaats een gevaar voor jezelf en je medemens.

In staatsziekenhuizen zijn de checks gratis. Die verkeren, zeker sinds de bezuinigingen van de afgelopen jaren, in zo’n erbarmelijke staat, dat ik ze voor alle urgente medische zaken koste wat kost mijd. Als je daar wordt opgenomen, moet je je eigen beddengoed en verpleegkundige meenemen. Maar voor iets onschuldigs als dit, durf ik het wel aan. Ik maak een afspraak.

Na een paar dagen lig ik al op de hartpoli met klemmen om mijn enkels en zuignappen op mijn borst. “Ah, meneer Kettenis! Een Griekse naam, maar u ziet er helemaal niet Grieks uit!” zegt de vrouw terwijl ze het cardiogram uitdraait. Dat hoor ik wel vaker – de naam Kettenis komt op Cyprus voor. Maar ik ben toch 100 procent Nederlands, zeg ik terwijl ik mijn T-shirt weer aantrek. “Niks daarvan. Met zo’n naam bent u gewoon Grieks. Gaat u maar naar de dokter aan het eind van de gang.”

“Uit Nederland! Ik haat Nederland”, verwelkomt de dokter me. “Hoe heet die minister van jullie ook alweer? Dijsselbloem, ja. Is hij blij nu wij ons land kapot hebben bezuinigd?”, vraagt hij terwijl hij de as van zijn sigaret aftikt. Dan volgt een vriendelijk gesprek over mijn werk, voetbal en het verschil tussen Nederlandse en Griekse vrouwen. De dokter wil graag Nederland eens bezoeken. Dan kijkt hij naar mijn cardiogram. “Kun je twee trappen oplopen zonder uitgeput te raken?” vraagt hij. “Ja hoor”, antwoord ik. “Goed. Dan moet je nu een stempel halen bij dokter Hatzis, op de klinische afdeling.”

Verlossing

Ik beland in een bloedhete hal met deuren naar opnamekamers. Die zitten kennelijk vol, want overal in de hal staan bedden met versufte patiënten. Ik weet niet goed waar ik kijken moet en klamp een verpleegster aan. “Ik ben op zoek naar dokter Hatzis”, zeg ik. “Waar is het voor?” vraagt ze gehaast. “Een stempel voor de sportschool”, stamel ik. “Hij is bezig met een patiënt, maar ik haal hem wel even”, zegt ze. Het is niet dringend, wil ik nog zeggen, maar ze is al vertrokken. Ze komt naar buiten met dokter Hatzis. “Waar is mijn stempel?” vraagt die aan collega’s. Iemand komt met een doosje en stempelkussen aangelopen. Dokter Hatzis kijkt niet naar mij en ook niet echt naar mijn formulier, zet een stempel onderaan en gaat weer de kamer binnen. “Nu moet je nog een stempel bij de patiëntenbalie halen”, zegt de verpleegster. Ik draaf weer terug naar het beginpunt. Daar staan zich tientallen mensen te verdringen. Iemand van de beveiliging geeft me de verlossende stempel.

Officieel goedgekeurd om te sporten, overleg ik het formulier aan de vrouw bij de sportschool. Ze schrijft me in en geeft me het formulier terug. “Dit papier is een jaar geldig. Volgend jaar moet je weer.”

Thijs Kettenis is correspondent van Trouw in Griekenland. Trouw-correspondenten vervangen deze weken Rob Schouten en Wim Boevink. Meer van deze columns leest u op trouw.nl/dossier/zomercolumns

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden