Rechtszaak
Systematische foltering in Syrië voor het eerst bestempeld als misdaad tegen de menselijkheid
Een Duitse rechter heeft een voormalige Syrische inlichtingenofficier celstraf opgelegd vanwege misdaden tegen de menselijkheid. Het vonnis kan een precedent vormen voor andere zaken.
Eyad al-G. wist dat de tientallen mensen die hij arresteerde na een protest in een buitenstad van Damascus in 2011, gemarteld zouden worden in de Syrische gevangenis waar hij hen afleverde. Het regionale gerechtshof van de Duitse stad Koblenz legde de 44-jarige voormalige inlichtingenofficier daarvoor woensdag een celstraf op van 4,5 jaar voor medeplichtigheid aan dertig gevallen van foltering, als misdaden tegen de menselijkheid.
Al-G. deserteerde aan het begin van 2012 en vluchtte een jaar later uit Syrië. Dat hij zich toen afkeerde van het regime, was een van de redenen dat het hof niet de 5,5 jaar oplegde die de aanklager geëist had. Het merendeel van het vonnis betrof de systematische foltering in de gevangenis van afdeling 251 van de inlichtingendienst waar Al-G. voor werkte. Het hof beschreef de ‘catastrofale’ levensomstandigheden in overbevolkte cellen, de martelingen, en hoe de dode lichamen werden gefotografeerd voordat ze verdwenen in een massagraf.
Internationale misdrijven
Het is voor het eerst dat een gerechtshof de systematische foltering in Syrië als misdaad tegen de menselijkheid bestempeld. Dankzij het beginsel van ‘universele rechtsmacht’, dat stelt dat internationale misdrijven als genocide, oorlogsmisdrijven en misdaden tegen de menselijkheid ook vervolgd kunnen worden als die in het buitenland werden gepleegd, kan een Duitse rechter volgens de Duitse wet rechtspreken, ook als er geen Duitser betrokken is bij de misdaden. Het vonnis kan een precedent vormen voor andere zaken die lopen in Duitsland, Zweden, Noorwegen, Frankrijk, Oostenrijk en Zwitserland. Een tweede zaak in Koblenz, tegen Anwar R., het hoofd van afdeling 251, loopt nog.
“Ik ben gelukkig. Deze uitspraak legt uit wat er gebeurt in Syrië, en dat er op een systematische manier misdaden worden begaan. De bevelen komen van de top van het systeem”, zegt Anwar al-Bunni, een Syrische advocaat en sleutelgetuige in het proces. Het vonnis refereerde meerdere malen aan de persoonlijke rol van president Bashar al-Assad.
‘Een belangrijke dag’
Slachtoffers van Assads gevangenissen stonden voor dag en dauw in de rij om een plekje in de rechtszaal te bemachtigen. “Het is een belangrijke dag”, aldus Wassim Mukdad, die gemarteld werd bij afdeling 251 en een getuige was in de zaak. Eyad al-G. is volgens hem slechts een klein radartje in het Syrische staatsapparaat, maar hij ziet de uitspraak als ‘een eerste stap op de lange weg naar gerechtigheid voor Syrische overlevenden’. Ondertussen, waarschuwt hij, zitten er nog steeds mensen vast die worden gemarteld.
Een daarvan is de vader van de 18-jarige Sedra al-Shehabi, die in 2012 werd opgepakt. Sindsdien heeft de familie niets meer van hem vernomen. “Het maakt niet uit hoe lang Al-G. de gevangenis in gaat, hij krijgt een eerlijk proces en zit vast in een gevangenis hier in Duitsland”, zegt zij. “Terwijl mijn vader zonder proces wordt vastgehouden in een van de ergste gevangenissen in de wereld. Dat blijft oneerlijk.”
Lees ook:
Vonnis medewerker martelgevangenis nadert, maar Syriërs hebben wat anders aan hun hoofd
Woensdag is de uitspraak in de rechtszaak tegen Eyad A., die in Duitsland terechtstaat voor medeplichtigheid aan martelpraktijken in de Syrische gevangenis ‘Afdeling 251’. Maar in Syrië zelf zijn maar weinig mensen op de hoogte van dit proces.