Verenigde Staten
‘Strateeg’ McCarthy niet opgewassen tegen verdeeldheid Republikeinse fractie
Voor de zesde keer behaalde de Republikeinse fractievoorzitter Kevin McCarthy niet de benodigde 218 stemmen voor het voorzitterschap van het Huis van Afgevaardigden. De stemming wordt donderdag hervat.
Ze noemden zichzelf de ‘Young Guns’. In een boek dat ze in 2010 samen schreven, presenteerden drie Republikeinse leden van het Huis van Afgevaardigden zich als de veelbelovende nieuwe lichting. Ze hadden de taken al verdeeld: Eric Cantor (1963) was de ‘leider’, Paul Ryan (1970) de ‘denker’ en Kevin McCarthy (1965) de ‘strateeg’.
Een politieke generatie later zijn Cantor en Ryan van het politieke toneel verdwenen.
Eric Cantor kwam nooit aan leiden toe. Hij klom op tot tweede man van zijn fractie, maar in 2014 werd hij totaal onverwacht tijdens voorverkiezingen verslagen door een vertegenwoordiger van de Tea Party, destijds de opstandige rechtervleugel van de partij.
Paul Ryan kwam ruimschoots aan denken toe, vooral over het belastingstelsel van de VS, en was dat het liefst blijven doen. Maar in 2015 vertrok de Republikeinse voorzitter van het Huis van Afgevaardigden, John Boehner, onder de dreiging van een opstand van de rechtervleugel van zijn fractie. Gedoodverfd opvolger Cantor was net weg. Met tegenzin begon Ryan aan de klus, maar ook hij kreeg een deel van zijn fractie tegen zich, in dit geval aanhangers van president Donald Trump. Doodmoe van het verplichte verdedigen van diens vele uitglijders vertrok hij in 2019 uit het Congres.
McCarthy bleek niet zo'n geweldige strateeg
En Kevin McCarthy? Hij bleek niet zo’n geweldige strateeg. Eigenlijk had hij na het vertrek van John Boehner voorzitter van het Huis moeten worden. Maar door één interview op de rechtse tv-zender Fox News maakte hij zich bij een groot deel van de fractie onmogelijk. Hij zei daarin zonder omhaal dat een jarenlang onderzoek dat de Republikeinen in het Huis hadden gedaan naar de dood van de Amerikaanse ambassadeur in Benghazi, in Libië, bedoeld was geweest om Hillary Clinton electoraal in de wielen te rijden. Dat was zo, maar dat openlijk toegeven was niet slim, vond zijn fractie.
McCarthy ging echter niet weg. In de jaren daarna deed hij als lid van het fractiebestuur zijn best om bij zijn collega’s zo populair te worden dat die nederlaag hem de volgende keer niet zou overkomen. Hij was joviaal, speelde een belangrijke rol bij het werven van fondsen voor verkiezingen en het rekruteren van veelbelovende kandidaten voor districten waar iemand vertrok of een Democraat zou kunnen worden verslagen. En als fractieleider, wat hij in 2019 wel werd, lette hij goed op uit welke hoek de politieke wind waaide.
Nooit werd dat laatste duidelijker dan nadat een menigte Trump-aanhangers op 6 januari 2021, na diens verlies bij de presidentsverkiezingen, het Capitool bestormde. McCarthy sprak er schande van en noemde Trump mede-verantwoordelijk. Maar toen hij merkte dat de achterban van Trump in de ex-president bleef geloven, en zijn fractie Trump om die reden ook niet afviel, ging hij naar Mar-a-Lago in Florida om zoete broodjes te bakken met de man die nog steeds de echte partijleider bleek te zijn.
Te veel compromissen met de Democraten
Trump beloonde McCarthy met zijn steun, eerst opnieuw als fractievoorzitter, een verkiezing die hij binnen de fractie gemakkelijk won, en daarna met een aanbeveling als voorzitter van het Huis, een verkiezing die hij afgelopen dinsdag drie keer achter elkaar verloor, en woensdag opnieuw een keer, omdat een kleine groep extreem-conservatieve fractieleden hem niet steunt.
De opstandelingen verwijten McCarthy dat hij de afgelopen jaren te veel compromissen heeft gesloten met de Democraten. Zijn concessies om toch hun stem te winnen – mooie posten in commissies, onderzoeken naar het vermeende inzetten van de FBI voor politieke doeleinden – waren niet genoeg.
Er moet met zijn strategie iets mis zijn geweest. Of misschien is de Republikeinse Partij, dertien jaar na het verschijnen van ‘Young Guns’, intern zo gepolariseerd geraakt dat leiders noch denkers noch strategen in staat zijn om een kleine maar echte meerderheid in het Huis van Afgevaardigden te verzilveren.
Honderd jaar geleden was het de linkervleugel die zijn kans greep
McCarthy heeft na zes stemronden nog altijd geen meerderheid weten te halen, maar dit is nog geen record. De laatste keer dat het Huis van Afgevaardigden moeite had om aan de slag te gaan bij gebrek aan een gekozen voorzitter was in 1923. De negen stemmingen die er toen nodig waren, vonden plaats verdeeld over drie dagen in december.
Politiek gesproken zijn de VS sindsdien onherkenbaar veranderd. Destijds waren de Democraten de rechtse partij en de Republikeinen meer progressief. En het tempo van de politiek lag een stuk lager: na de verkiezingen van november 1922 kwam het Congres pas in nieuwe samenstelling bijeen in december 1923.
De Republikeinen keken toen tegen een fors geslonken meerderheid aan, ze hadden 18 zetels meer dan de Democraten, in plaats van 171. Net als dit jaar gaf dat een kleine maar vastbesloten groep de macht om elke beoogde voorzitter van de eigen partij te blokkeren.
Destijds was het juist de progressieve vleugel die dat deed. Die hief de blokkade pas op na forse politieke concessies van de partijleiding.
Lees ook:
Republikeinen te verdeeld om voorzitter Huis van Afgevaardigden te kiezen
Na twee stemmingen was er dinsdag nog geen nieuwe voorzitter van het Huis van Afgevaardigden door intern verzet bij de Republikeinen.