ReportageOp weg naar Idlib
Russisch veto in VN-veiligheidsraad bedreigt noodhulp aan Syrië. ‘Er staat veel op het spel’
Alleen via grensovergang Bab al-Hawa kan noodhulp vanuit Turkije de opstandige Syrische provincie Idlib bereiken. Maar de levenslijn voor miljoenen Syriërs dreigt donderdag het slachtoffer worden van een Russisch veto in de VN-veiligheidsraad.
Niet ver van de grens tussen Turkije en Syrië draaien tientallen vrachtwagens het nietszeggende VN-terrein op. Meer dan een parkeerterrein en wat simpele kantoren is het niet. Toch is deze plek voor miljoenen mensen van levensbelang: vanuit hier worden elke maand zo’n 800 trucks vol hulpgoederen naar Idlib gestuurd, de provincie in het noordwesten van Syrië die nog in handen is van rebellen.
De humanitaire situatie van de vier miljoen mensen in Idlib is dramatisch, vertelt Mark Cutts, de VN-coördinator voor humanitaire hulp in deze regio. “Ook nu al is er een enorme voedselcrisis. Zo’n één op de drie kinderen in Noordwest-Syrië heeft te maken met ondervoeding.” En voedsel is niet het enige probleem: “Er is een watercrisis, economische crisis, gezondheidscrisis en als deze hulpoperatie moet stoppen, komt er nog een veel grotere crisis bij”, waarschuwt hij.
Naast Cutts heeft een heel peloton VN-medewerkers zich bij het logistieke centrum in de Turkse grensplaats Reyhanli verzameld. Alsof ze op een schoolreisje zijn dragen ze allemaal hesjes met de afkortingen van verschillende VN-organisaties: WFP voor wie voor het Wereldvoedselprogramma werkt, WHO voor het Wereldgezondheidsorganisatie en zo nog een aantal.
Overladen in Syrische trucks
Voordat de hulp van de verschillende organisaties de grens overgaat, moeten de goederen worden overgeladen van Turkse naar Syrische vrachtwagens. Syrische medewerkers sjouwen honderden zakken met 15 kilo bloem van de ene naar de andere bloedhete laadruimte. Meel stuift in het rond, het zweet staat op het voorhoofd van de sjouwers.
Ondertussen zoeken de Turkse chauffeurs beschutting onder hun trucks. Zodra één van hen hoort dat er een Nederlandse journalist aanwezig is veert hij op, steekt zijn hand uit en roept in accentloos Nederlands: “Aangenaam!” Na zeventien jaar in Deventer te hebben gewoond, is hij weer terug in zijn geboorteprovincie. Veel tijd om Nederlands te spreken is er niet, want de inhoud van de wagens moet geïnspecteerd worden.
De meeste vrachtwagens zitten vol met grote witte zakken bloem, maar er zijn ook pakketten met tenten, dekens en kooksetjes. Andere trucks vervoeren medicijnen en hygiënische producten en ook Unicef heeft een volledige truck volgeladen.
Catastrofe dreigt
Volgens Cutts wordt het een catastrofe als deze hulp niet meer geleverd kan worden: “Het is een kwestie van leven of dood voor veel mensen in Noordwest-Syrië. Veel van de mensen die daar wonen zijn volledig afhankelijk van humanitaire hulp.”
De tijd dringt, want komende zondag loopt het mandaat voor deze humanitaire operatie af. En naar verwachting wordt er donderdag over gestemd in de Veiligheidsraad. De vrees is dat Rusland, een bondgenoot van de Syrische president Bashar al-Assad, er met zijn veto voor zal zorgen dat de operatie stopt. “Zonder deze Veiligheidsraad-resolutie zullen veel mensen sterven.”
Die optie is mogelijk, maar onwaarschijnlijk, denkt Syrië-kenner Aron Lund. Dat zou namelijk voor een enorme humanitaire crisis zorgen, terwijl Rusland de handen vol heeft aan de oorlog in Oekraïne. “Het waarschijnlijkste scenario is dat er onderhandelingen komen, waarbij een aangepaste resolutie geaccepteerd wordt en de Russen weer een stukje van het programma af schrapen. Dat is wat we de afgelopen jaren steeds hebben gezien.”
Rusland eist elk jaar concessies
Het is namelijk niet de eerste keer dat dit humanitaire hulpprogramma aan een zijden draadje hangt. Volgens Assad en bondgenoot Rusland is deze hulp in strijd met de soevereiniteit van Syrië en het kost elk jaar de grootste diplomatieke inspanning om de operatie te verlengen.
Lund verwacht dat Rusland zal eisen dat er meer hulpkonvooien vanuit Damascus naar oppositiegebied gaan. Zogenaamde cross-line-hulp, over de frontlijn, in plaats van over de grens vanuit Turkije. “Dat geeft Assad en zijn regering controle over de konvooien. Ze hebben dan meer macht om te onderhandelen”, vertelt hij over de telefoon vanuit Zweden. Het is dan ook zeer realistisch dat oppositiegebied dan minder toegang krijgt tot hulp.
Het is Rusland er om te doen een alternatief voor de cross-border-hulp op te zetten, aldus Lund: “Zodra er een functionerende cross-line-operatie is, zullen ze zeggen: we hebben geen cross-border-hulp meer nodig en kunnen deze resolutie dus wegstemmen.” Maar volgens Lund is er op dit moment nog geen alternatief voor de VN-hulp: “Zelfs als alle andere ngo’s die actief zijn in dat gebied hun hulp maximaal opschalen kunnen ze niet hetzelfde aantal mensen bereiken als de VN.”
Dit jaar spannender
Daarom zijn ze er in Reyhanli niet gerust op: “Er staat dit jaar meer op het spel dan eerdere jaren. Met het conflict in Oekraïne en de spanningen in de Veiligheidsraad is het moeilijk om te voorspellen wat er gaat gebeuren”, zegt Cutts, terwijl de vrachtwagens nu nog koers zetten richting de grens. “We hopen dat de Veiligheidsraad de belangen van de burgers vooropzet.”
Lees ook:
Syrische president voor het eerst sinds 2011 in Arabisch land: VS vrezen legitimatie regime-Assad
De Syrische president Assad heeft in Dubai een ontmoeting gehad met de heerser in de Verenigde Arabische Emiraten, sjeik Mohammed bin Rashid al-Maktoum. Het was Assads eerste bezoek aan een Arabische staat sinds het begin van de Syrische oorlog in 2011.
Hulpgeld komt in Syrië vaak in verkeerde handen terecht
Hulpmiljarden komen steeds vaker terecht bij het regime. Vooral met de ‘wederopbouw’ van het land valt veel geld te verdienen.