Terugtrekking
Russen vertrekken uit Kazachstan, maar de invloed blijft
Met gepast ceremonieel is de voornamelijk Russische troepenmacht in Kazachstan begonnen met de terugtrekking. Missie volbracht?
“Eén les uit de recente geschiedenis is dat het soms heel moeilijk is om Russische soldaten weer te laten vertrekken als ze eenmaal in je huis zitten”, zei de Amerikaanse minister van buitenlandse zaken Antony Blinken vrijdag.
Die sneer had volgens het Kremlin een hoog pot-verwijt-de-ketel-gehalte. En het sloeg nergens op, kan Rusland nu zeggen. Op het vliegveld van de Kazachse stad Almaty registreerden gisteren camera’s het vertrek. Een blaaskapel speelde een hymne, onderscheidingen werden opgespeld, dat was dat.
De rust in Kazachstan, waar begin deze maand een opstand uitbrak, is weergekeerd. De troepen van de CSTO - het door Rusland gedomineerde militaire verbond van zes voormalige Sovjetrepublieken - hebben hun missie volbracht, zegt ook president Kassim-Zjomart Tokajev. Over een week hebben alle troepen Kazachstan verlaten, zegt de Russische minister van defensie Sergej Sjojgoe.
Inmenging
Verrassend snel was de troepenmacht samengesteld en ter plekke, en net zo snel zouden ze nu dus weer vertrokken zijn. Of dat waar is, valt niet na te gaan. Officieel moesten de ruim tweeduizend manschappen volgens Tokajev optreden tegen 20.000 door het ‘buitenland’ aangestuurde ‘terroristen’ en ‘bandieten’.
De bewijsvoering voor die buitenlandse inmenging was mager. De Kazachse staatstelevisie toonde een gearresteerde, zichtbaar afgetuigde Kirgiziër, die ‘bekende’ dat hij was betaald om te rellen. In eigen land werd hij herkend als jazzpianist Vikram Roezachoenov.
De formulering ‘buitenlandse inmenging’ doet er wel toe. De CSTO kan formeel alleen optreden tegen buitenlandse inmenging in de lidstaten. Daarvan is in de ogen van Moskou al gauw sprake. Poetins regime schakelt onwelgevallige Russische organisaties juridisch uit met het stempel ‘buitenlands agent’. Ook de fameuze ‘kleurenrevoluties’ in Georgië (2003) en Oekraïne (2004) waren in de ogen van het Kremlin van buitenlandse makelij. Volgens Russische media ontrolde zich eenzelfde scenario in Kazachstan.
In werkelijkheid zijn de troebelen in Kazachstan hoogstwaarschijnlijk begonnen als een spontane opstand tegen het corrupte politieke systeem. Die ontaardde in een strijd tussen de kliek van de zittende president tegen de kliek van zijn voorganger, Noersoeltan Nazarbajev.
‘Singapore van Centraal-Azië'
Begin deze eeuw had het grondstoffenrijke Kazachstan de ambitie het ‘Singapore van Centraal-Azië’ te worden: een internationaal georiënteerd financieel en economisch centrum. Daarin paste een politiek van vriendelijke betrekkingen met beide elkaar beconcurrerende buurlanden: Rusland en China.
Het land heeft zich wel krachtig economisch ontwikkeld, maar zonder het beleden transparante economische systeem. Kazachse en Russische olie- en gasbedrijven pompen gas en olie heen en weer, op grond van schimmige deals waarvan vooral oligarchen profiteerden. Een van de bestemmingen van de Russische ‘vredesmacht’ was Kazatomprom. Dit Kazachse staatsbedrijf is goed voor 40 procent van de wereldproductie uranium - van groot strategisch belang voor de Russische ambities op het gebied van kernenergie.
Niet alleen heeft Rusland belangen in Kazachstan, Tokajev heeft nu ook alle belang bij een pro-Russische koers. Hij heeft laten schieten op demonstranten en 12.000 personen laten arresteren. Zijn positie is verre van stabiel. Als de CSTO-soldaten vertrekken, weet hij dat hij bij een volgende gelegenheid op ze kan rekenen. En hij weet ook dat hij bij Moskou in het krijt staat.
Lees ook:
Kazachse president Tokajev leek een ‘tussenpaus’, maar heeft duidelijk andere plannen
Tegen de achtergrond van de straatprotesten in Kazachstan voltrekt zich een strijd om de macht binnen de politieke elite.