ReportageAardbevingsgebied Iskenderun
Rotterdamse vrijwilligers in een Turks veldhospitaal: ‘Wie om hulp vraagt heeft de hoop nog niet verloren’
De inwoners van de Turkse stad Iskenderun voelen zich in de steek gelaten. Na de tweede golf zware aardbevingen van maandagavond is er nauwelijks hulp. Een Rotterdams echtpaar doet er vrijwilligerswerk in een veldhospitaal. Dat betekent: praten, en nog eens praten.
Een versleten grijze auto rijdt door de poort van een veldhospitaal in Iskenderun en stopt. Door het open raam is te zien dat een oudere man hevig hyperventileert. Zijn grote buik raakt bijna het dashboardkastje, de grijze snor op zijn gezicht gaat alle kanten op. Zijn familie stapt uit en roept om hulp. Die komt er. De man moet eigenlijk eerst door triage, maar het zorgpersoneel ziet hoe slecht hij eraan toe is. Drie mensen snellen toe. De man moet nu kalmeren.
In de Turkse kustplaats Iskenderun heerst nog altijd paniek. De stad met 160.000 inwoners is maandagavond getroffen door twee nieuwe aardbevingen. Duizenden mensen leefden nog in de overblijfselen van hun huizen, tot de plafonds het voorgoed begraven. Honderden mensen raakten gewond. De Turkse autoriteiten waarschuwen ondertussen voor een tsunami in de stad. Angst breekt de mensen.
Praten tot ze geen stem meer heeft
In het veldhospitaal, opgezet door een Spaans medisch team, komen stedelingen met aanvallen binnen. Emre Kayabasi (30) en Aygyul Mehmed (25), een echtpaar uit Rotterdam, zijn naar Turkije afgereisd en bieden psychologische hulp, hoewel ze beiden geen psycholoog zijn. Ze moeten zoveel praten dat Mehmed haar stem verloren is. In raspend Turks spreekt ze patiënten toe.
“Maandagavond was het zwaarst”, zegt Mehmed. Tot diep in de nacht luisterde ze na de beving naar getraumatiseerden in het hospitaal. “Een meisje sprak vier uur lang niet, al haar spieren waren verstijfd”, zegt Mehmed. “In shock geraakt door het geschreeuw van de buren.”
Het lukte Mehmed het meisje te kalmeren, haar man Kayabasi moest in de drukte kiezen tussen andere patiënten. Voor een klein jongetje zet hij maar een filmpje aan op zijn telefoon. Het koppel is vrijwilliger bij Together International, een stichting gericht op psychologische hulp. “Daar hebben Turken normaal weinig aandacht voor”, zegt Kayabasi. Nu wordt hij constant aangesproken om iets tegen de angsten te doen. “Dan weet je hoe erg het is. Ze vragen niet zomaar om hulp”
Hij legt uit dat het nog te vroeg is voor traumaverwerking. Het gevaar is nog niet voorbij, mensen zijn bang voor een nieuwe beving of een tsunami. Inwoners zijn aan het overleven. “Je kunt alleen naar ze luisteren, de mensen recht in de ogen aankijken en kalmerend toespreken”, voegt Mehmed toe. “Dat helpt voldoende.”
Naschok op naschok
Het veldhospitaal, waar de twee werken, ligt naast een hagelnieuwe concertlocatie aan de rand van Iskenderun. De verf op het beton is nog vers, de parkjes eromheen zijn keurig aangeharkt. Bij het grote plein voor optredens staan koffiezaken en restaurant leeg, de verwarming en stroom werken nog wel. Honderden Turken brengen er daarom de dag door, ze zitten aan tafels te kaarten en drinken thee. In de keukens van de restaurants maken vrouwen zoete hapjes en avondeten. Mannen bidden op verzamelde stukken karton in de gangen. ’s Nachts slapen de mensen op dekens op de grond.
Ze moeten wel, want de binnenstad van Iskenderun bestaat niet meer. Drie dagen na de tweede ramp liggen er ontzagwekkende hopen beton langs de weg. Het ijzer ertussenin verloor zijn kracht en lijkt wel spaghetti. Verderop zijn huizen heel gebleven, maar ook daar kun je niet wonen. Iedere naschok kan het einde betekenen. De bewoners leven op straat, of slapen in hun auto. Sommigen gaan kort naar binnen om te douchen, al is dat levensgevaarlijk.
De Turkse crisisdienst Afad is nauwelijks aanwezig in de stad. Slechts op een aantal tenten staat hun logo. In de eerste dagen na de eerste beving kreeg Iskenderun geen hulp. De stad is van oudsher liberaal, hier wonen minder conservatieve gelovigen en president Erdogan is niet erg populair. Misschien is het toeval dat de Afad Iskenderun oversloeg, misschien was hulp elders belangrijker. Dat laatste geloven de mensen in de verlaten restaurants niet. Je kan ze nog meer wijsmaken: ze zijn in de steek gelaten.
Schreeuwend wakker geworden
De oudere man met snor is net in een tent verdwenen als Mehmed terugrent naar het veldhospitaal. Ze wilde even rusten, maar er is een spoedgeval: een vrouw wordt door haar familie binnengebracht, ze verkeert in een waan. Zes dagen lang heeft ze niet gesproken, vertellen haar naasten. Maar vannacht is ze schreeuwend wakker geworden.
Als Mehmed een uur naast haar zit, hervindt de vrouw zich. Ze begint ze te vertellen wat haar is overkomen en stopt niet meer. Mehmed luistert en luistert tot de vrouw langzaam kalmeert. Het zorgpersoneel is haar dankbaar. Ze complimenteren Kayabasi dat hij zo’n vrouw wist te trouwen.
De hulpdiensten in Iskenderun zien de noodzaak van psychologische hulp. Ze vragen de stichting om ook op andere locaties te werken. Daarvoor zijn meer vrijwilligers nodig, maar die heeft de stichting nog niet.
Mehmed en Kayabasi moeten binnenkort naar huis, ze hebben een Turkse psychologe gevonden die hun werk voorzet. “Het bestaan van deze plek gaat als een lopend vuurtje door de stad”, zegt Mehmed. “En wie om hulp vraagt heeft de hoop nog niet verloren.”
Lees ook:
Nieuwe aardbeving is niet onverwacht, maar een volgende schok voorspellen is nog niet mogelijk
Na de twee zware bevingen in Turkije en Syrië twee weken geleden, is het verklaarbaar dat de grond 150 kilometer verderop de afgelopen week opnieuw is gaan schokken.