InterviewBrexit-onderhandelaar
Oud-brexit-onderhandelaar: ‘Nederland speelde een belangrijke rol bij het bewaren van de eenheid’
Mark Rutte speelde op de achtergrond een belangrijke rol in de brexit-onderhandelingen. Dat blijkt uit het boek Inside the deal van Stefaan de Rynck, die deel uitmaakte van het onderhandelingsteam van de EU.
Niemand had dat ooit eerder gedaan. Niemand wist hoe het moest. Maar nadat 52 procent van de Britten in een referendum in 2016 voor brexit stemde, moest het ook daadwerkelijk gebeuren. In Brussel werd een onderhandelingsteam gevormd rond Michel Barnier, gemiddeld zo’n vijftig man groot. Daar zat ook Stefaan de Rynck tussen.
Al meteen dobberde het grootste probleem naar de oppervlakte: in Brussel wist niemand wat ‘leave’ moest inhouden, maar evenmin was dat bekend in het VK.
De Rynck: “Er is in het Verenigd Koninkrijk eigenlijk nooit een grondig debat geweest over de vraag wat het betekende, brexit. Dat is toch wel heel opmerkelijk voor zo’n fundamentele keuze. Voor de Britse kant van de onderhandelingen leidde dat tot een moeilijke situatie, omdat het niet duidelijk was wat ‘leave’ precies betekent: hoe ga je eruit, en welke nieuwe relatie wil je? Al snel bleek dat moeilijk te managen.”
De Vlaamse politicoloog Stefaan De Rynck is sinds 2001 ambtenaar bij de Europese Unie. Op dit moment staat hij aan het hoofd van bureau van de Europese Commissie in België. Daarvoor was hij senior adviseur bij het EU-onderhandelingsteam over brexit. Eerder in zijn carrière had hij verschillende functies, waaronder hoofd van de eenheid die over vrij verkeer van kapitaal gaat. Hij geeft ook les in Europese politiek aan de KU Leuven.
Niet speculeren
Stefaan De Rynck zit in een comfortabele stoel in zijn werkkamer in één van de gebouwen van de Europese Commissie in Brussel. Momenteel heeft hij daar een andere functie. Het is niet de bedoeling om daarover te praten. Evenmin kan hij speculeren over de gesprekken die momenteel gaande zijn tussen de EU en het VK, over Noord-Ierland. Hij is daar niet meer bij. Of er inderdaad een nieuw akkoord bereikt is over Noord-Ierland, zoals de laatste tijd soms in Britse media te horen is, weet hij evenmin als ieder ander.
Het is per slot van rekening al heel wat dat hij, als ambtenaar, mag vertellen hoe hij vanaf de kant van de Europese Unie de onderhandelingen over brexit tot eind 2020 beleefde. Destijds was hij er wel bij, en hoe. De Rynck maakte deel uit van het soms wat kleinere, dan weer grotere team van hoofdonderhandelaar Michel Barnier, vanaf het begin tot aan het nieuwe handels- en samenwerkingsakkoord dat Barnier op een inderhaast bijeengeroepen vergadering, op 25 december 2020, aan 27 ambassadeurs uitlegde.
Hij heeft ter illustratie foto’s opgenomen in zijn boek Inside the deal van het onderhandelingsteam. Bleke gezichten met sporen van uitputting, pizzadozen, hier en daar een blik van ontzetting op momenten dat er in Londen weer iets gebeurde dat de zaken op scherp zette, zoals de zenuwslopende stemmingen in het Britse Lagerhuis over het onderhandelingsresultaat van Theresa May, goedgekeurd door 27 nationale regeringen. Foto’s die een politiek journalist met grote interesse bekijkt, omdat ze een blik achter de schermen gunnen die zelden voorkomt.
Volstrekte openheid
“Het is heel mooi dat ik hier een boek over kon schrijven”, zegt De Rynck. “Ik ben heel dankbaar dat de Commissie mij daarvoor toestemming heeft gegeven.”
Dat hij er een boek over kon schrijven, hoort een beetje bij de strategie die de EU in het dossier gekozen had. Dat was er één van volstrekte openheid. “In Brussel”, zegt De Rynck, “heb je onvermijdelijk lekken naar de media. Dat is niet altijd productief voor interne discussies in Brussel. Als je alles in alle openheid doet, iedereen meteen op de hoogte brengt, voorkom je ook dat de eerste minister van een lidstaat uit de pers moet vernemen wie wat wanneer denkt over een bepaald iets.”
Zo is nu ook beschreven hoe het binnen de kamers was in het Brusselse onderhandelingsteam: hoe de ambtenaren concerten misten omdat deadlines verschoven en toen wéér verschoven, hoe kerstdiners moesten worden afgezegd en hoe de plaatselijke pizzabakker steeds opnieuw bergen pizza’s naar de kantoren van de Europese Commissie moest brengen.
“Het was voor de Britse premier Theresa May duidelijk ingewikkeld. Zelf was ze geen voorstander van brexit geweest, maar ze was wel de premier die, zoals dat heette, ‘brexit ging afleveren’. Dat was in eerste instantie al niet gemakkelijk.”
Binnen haar eigen partij, de Conservatieve Partij, was er ook geen eenduidigheid: een deel wilde helemaal geen brexit, een ander deel wilde het liefst zonder handelsakkoord met de EU verder gaan. Na verloop van tijd werd het nog ingewikkelder: na tussentijdse verkiezingen in 2017 had May niet eens meer de meerderheid in het parlement. Op die manier was het voor haar moeilijk om een duidelijke lijn in de Britse onderhandelingspositie te krijgen.”
Proberen een lijn te ontdekken
In zijn boek beschrijft De Rynck hoe het onderhandelingsteam in Brussel probeerde een lijn te ontdekken in de Britse positie. Dat team had zich voorbereid op vele mogelijke scenario’s, maar wist lang niet hoe de discussie in het VK zou aflopen. Hij beschrijft bijvoorbeeld hoe onder Theresa May, in een periode van anderhalve maand, vijf verschillende ministers in openbare toespraken vijf verschillende visies op de toekomstige relatie van het VK met de EU ten beste gaven.
Dat was heel anders in Brussel, waar de 27 lidstaten van het begin af aan duidelijk waren: het onderhandelingsteam van Barnier sprak namens hen allemaal. Geen land liet zich tegen een ander uitspelen, ook al probeerden Britse diplomaten regelmatig of ze dat voor elkaar konden krijgen.
Volgens De Rynck was die eenheid de grote troef van de EU en ook de grote verrassing. “De Europese Unie kwam uit een hele moeilijke periode in 2016. Er was net een crisis geweest, rond Griekenland, waarin de lidstaten sterk verdeeld waren geweest. Toen de Britten voor het verlaten van de EU stemden, hadden de regeringsleiders het gevoel: we moeten toch vermijden dat dit een existentiële crisis wordt.”
“Ik ben altijd sterk onder de indruk geweest van de standvastigheid van de lidstaten. Sommige hadden echt grote belangen in het Verenigd Koninkrijk. Maar de regeringsleiders zeiden: ‘wij gaan dat niet op het eerste plan zetten, voor ons is de eenheid belangrijker’.”
Eén van de EU-landen die grote Britse belangen had, was Nederland. “Nederland heeft samen met Frankrijk en Duitsland echt een belangrijke rol gespeeld bij het bewaren van de eenheid. Ze hebben daarover ook regelmatig signalen uitgestuurd naar Londen, ook al werden die niet altijd opgepikt.”
De Nederlandse premier Mark Rutte, zo is te lezen in het boek, stelde zich binnenskamers regelmatig op als hardliner. Hij drong aan op sancties waarmee het VK gestraft zou kunnen worden als het nog tijdens de onderhandelingen de concurrentieverhoudingen uit balans zou brengen.
De Rynck: “In één van de eerste gesprekken die Michel Barnier voerde met Rutte, maar ook met andere regeringsleiders, werd duidelijk hoe Rutte het zag. Hij en zijn collega’s zeiden: ‘het is een grote economie, dicht bij huis, dus we moeten ervoor zorgen dat er een gelijk speelveld blijft met de EU. Dat we niet geconfronteerd worden met subsidies die concurrentievervalsend werken of met normen, bijvoorbeeld op sociaal gebied, die de productiekosten in het Verenigd Koninkrijk doen dalen.”
In het boek beschrijft hij ook hoe Rutte soms premier Theresa May apart nam om op haar in te praten, of hoe hij met haar telefoneerde om op haar in te praten. Het was Rutte die met een vriendelijke hand op haar schouder, een glimlach om de mond, haar vertelde dat ze niet te ver kon gaan en dat de EU niet van plan was om zich van zijn principes af te laten brengen.
‘Steeds wilden de Britten ons mandaat veranderen’
“De regering van Rutte keek vooruit. Ze vond indertijd de interne markt op middellange en de lange termijn veel belangrijker, dan toe te geven op het correct functioneren van die markt om de kosten van brexit op korte termijn te drukken.”
“Nederland heeft ook geld uitgegeven om klaar te zijn voor de brexit, om zichzelf en het bedrijfsleven erop voor te bereiden. De Rotterdamse havens en douanediensten moesten erop worden voorbereid, maar nooit werden die kosten in twijfel getrokken. Men wou de Europese interne markt op de langere termijn zeker stellen. Dat was iets waar iedere regeringsleider het over eens was, maar waar de Britten wel steeds druk op bleven uitoefenen.”
Ook dat laatste verbaasde hem. “Wat mij toch heel sterk opviel”, zegt De Rynck, “was dat wij gewend zijn om te onderhandelen binnen het mandaat dat de andere partij heeft. De Britten wilden ons mandaat steeds veranderen.”
Onbehoorlijk, vindt hij. “Ik vind: zo onderhandel je niet. Je onderhandelt met respect voor het mandaat van de andere partij. Daarmee ben je het natuurlijk niet eens, want anders hoeft er niet onderhandeld te worden. Maar zij wilden steeds aan ons vertellen wat we eigenlijk moesten vinden, wat in ons belang zou zijn.”
Uiteindelijk lukte het de EU om een akkoord te sluiten met May, maar de volgende premier gooide dat meteen in de prullenbak. Boris Johnson, Mays opvolger, was een nog moeilijker onderhandelaar. ‘Een bulldozer’, meldt het boek.
Die tweede onderhandelingsperiode was beduidend korter. “Eerst hebben we een maand of zeven in elkaars ogen gekeken, zonder eigenlijk te praten over de inhoud inzake visserij en eerlijke concurrentie. Johnson uitte regelmatig een dreigement van ‘no deal’, maar na de tweede keer was het effect weg. Toen was ons wel duidelijk dat hij zijn dreigement niet ging uitvoeren.”
Toch beet ook Boris Johnson uiteindelijk zijn tanden stuk op de EU. “Johnson heeft heel wat moeten veranderen van waar hij in eerste instantie voor stond”, zegt De Rynck. “Dat kwam voor een deel doordat de EU gewoon beter wist wat ze wou en hoe ze moest onderhandelen, al aarzel ik een beetje om het daar helemaal aan toe te schrijven.” Een ander deel van de verklaring is, zegt De Rynck, dat er in Londen ook toen nog altijd geen vastomlijnd idee bestond van wat ‘brexit’ inhield.
Geen van die brexit-beloften is waargemaakt
“De bevolking heeft gestemd voor slogans als ‘take back control’, kreeg te horen dat er minder migranten zouden komen en meer geld voor de nationale gezondheidszorg. Vandaag de dag zijn veel mensen daarover ontgoocheld. Geen van die brexit-beloften is waargemaakt.”
Ook met Johnson kwam op het laatste moment een akkoord. Het was, zegt De Rynck, al met al een ‘trieste bladzijde in de geschiedenis van de Europese Unie’, maar hij is trots op wat is bereikt. “We hebben het op de best mogelijke manier voor ons aangepakt, denk ik. De schulden aan de EU worden betaald, de burgerrechten zijn verzekerd. Er zijn wel nog problemen bij de uitvoering van het Noord-Ierse protocol, waar momenteel over gesproken wordt. We hebben een nieuw handelsakkoord dat de interne markt respecteert. Het was in de zomer van 2016 zeker geen gegeven dat het zo zou eindigen.”
Hij kan het nog helemaal terughalen: hoe hij met zijn collega’s in die eerste weken alle mogelijke scenario’s ging uitwerken. Hoe zou het zijn als de Britten zonder bericht zouden ophouden met het betalen van hun bijdrage aan de EU? Wat moest er gebeuren als ze stoppen met het toepassen van EU-regels, terwijl ze nog wel deel uitmaken van de Unie? “Over die vragen dachten we in de eerste weken na.”
Het is een uniek verhaal geworden, zegt hij zelf. Over een uniek moment in de EU-geschiedenis, maar ook over de kracht die de Europese Commissie hebben kan. “Als je de expertise van verschillende departementen in een taskforce zet, met duidelijk politieke leiderschap, dan kan de Europese Commissie veel bereiken.”
Stefaan De Rynck: Inside the Deal. How the EU got brexit done. Agenda Publishing, €33,99
Lees ook:
Het ‘geheime’ dagboek van brexit-onderhandelaar Barnier: Klein aantal Tories frustreerde brexitproces
De langverwachte memoires van EU-hoofdonderhandelaar ademen vooral frustraties en onbegrip over de Britse posities.