ReportageEnerhodar
Oekraïners vrezen dat de Russen ‘iets ergs’ doen met de kerncentrale in Zaporizja
De Russen evacueren het bezette stadje Enerhodar, naast de Zaporizja-kerncentrale. Om de burgers te beschermen tegen het verwachte lente-offensief, zeggen ze. Maar de burgemeester en een medewerker van de centrale vrezen ‘nucleaire chantage’.
De situatie rond de Zaporizja-kerncentrale wordt ‘steeds onvoorspelbaarder en potentieel gevaarlijk’. Met die waarschuwing kwam het Internationaal Atoomenergieagentschap (IAEA) afgelopen week. Aanleiding: de Russen, die sinds eind februari vorig jaar de grootste nucleaire installatie van Europa bezetten, evacueren Enerhodar. Alarmerend, want het personeel van de centrale woont in dat eveneens bezette stadje, ten zuiden van de stad Zaporizja waaraan de centrale zijn naam dankt.
Energoatom, het bestuur van het energiebedrijf, vreest dat de evacuatie kan leiden tot een ‘catastrofaal gebrek aan gekwalificeerd personeel’.
“Momenteel is de centrale veilig. Maar wat er gaat gebeuren weten we niet, dat hangt van de Russen af”, zegt Dmytro Gortenko, die officieel nog in dienst is van de kerncentrale. Hij werkte eerst als ploegleider in een turbine-afdeling en vervolgens als chef personeelszaken van een technisch departement. Een jaar geleden vluchtte hij naar Zaporizja, de hoofdstad van de gelijknamige regio. Rusland heeft die regio deels bezet, maar de opmars van de Russen werd pal onder de hoofdstad gestuit.
“We weten wat er gaande is”, zegt Gortenko, want de telefoonverbinding met zijn collega’s die achterbleven in Enerhodar werkt nog. Maar omdat de Russen kunnen meeluisteren is bij contact met collega’s grote voorzichtigheid geboden. “Ze kunnen in een kelder verdwijnen en daar gemarteld worden.” Volgens zijn inlichtingen zijn de nucleaire faciliteiten van de centrale in orde. De Russische specialisten die op het terrein werken zijn nog present.
‘Tegenoffensief kan elk moment beginnen’
Maar Enerhodar en nog zeventien plaatsen in de regio die Rusland heeft bezet, moeten geëvacueerd worden, zo kondigde de door Rusland geïnstalleerde gouverneur afgelopen week aan. “Het offensief van de Oekraïners kan in de komende dagen of zelfs uren beginnen”, waarschuwde hij. De Russische bezetters hechten kennelijk geen waarde aan wat de Oekraïense president Zelensky donderdag zei, dat Oekraïne ‘wat meer tijd nodig heeft’ voor de tegenaanval.
Militaire experts verwachten dat Oekraïne vanaf Zaporizja wil optrekken tot aan de Zee van Azov, om zo het door Rusland bezette gebied in tweeën te klieven.
Rond de kerncentrale wordt al een jaar lang gevochten. Hoewel de zes reactoren stil liggen, heeft de centrale elektriciteit nodig, en gekwalificeerd personeel, om cruciale koelsystemen en andere veiligheidsvoorzieningen te bedienen.
Van dat personeel krijgt een deel het op de heupen, denkt Dmytro Gortenko. De meeste van de grofweg 2500 Oekraïense werknemers tekenden onder dwang een arbeidscontract met de Russen. Onder degenen die nu vertrekken zouden vooral ‘collaborateurs’ zijn; de mensen die een Russisch paspoort aanvroegen of pro-Oekraïense medewerkers verraadden. “Zij zijn bang dat ze voor hun wandaden worden gestraft.”
Het vertrek van de bewoners van Enerhodar zou vrijwillig zijn. De ouders van Gortenko, die ook in de kerncentrale hebben gewerkt en nog in Enerhodar wonen, peinzen er niet over te vertrekken. “Ze hebben denk ik niet genoeg kracht om weg te gaan.” Zijn ouders meldden dat ze geen voedseltekort hebben, maar wel kampen met hoge prijzen en een gebrek aan medicijnen. “Het leven valt ze zwaar.”
Tien bussen vertrokken
Ook de burgemeester in ballingschap van Enerhodar, Dmitry Orlov, maakt zich zorgen. “De situatie is al ruim een jaar gespannen”, vertelt hij in zijn kantoor in Zaporizja. “Maar de afgelopen week is er echt iets veranderd”.
Volgens Orlov zijn er tien bussen met evacués vertrokken: werknemers van de kerncentrale, “mensen die getuige zijn van de oorlogsmisdaden van de Russen”, maar ook zieken en ouderen, “mensen die geen keus hebben”. Ook zouden de Russen het stadhuis ontruimen. “Ze nemen computers en documentatie mee.”
De burgemeester vreest dat de Russen een ‘provocatie’ voorbereiden. Omdat het hun niet gelukt is de kerncentrale op het Russische energiesysteem aan te sluiten, zouden ze de locatie alleen nog gebruiken als ‘nucleair schild’.
“We dachten dat Enerhodar de veiligste plek in heel Oekraïne was: de Russen zouden het niet in hun hoofd halen om tanks naar een kerncentrale te sturen”zegt Orlov. “Maar nu concentreren ze hun troepen op het terrein. Ze voelen zich er veilig.” Waarnemers van de IAEA hebben meermaals vastgesteld dat de Russen troepen en oorlogsmaterieel hebben ondergebracht op het terrein.
‘Nucleaire chantage’
Orlov spreekt van ‘nucleaire chantage’. “Als er iets ernstigs gebeurt, kunnen ze altijd zeggen dat ze hebben gewaarschuwd”. Volgens hem hebben de Russen het afgelopen half jaar regelmatig de centrale beschoten. Dan zien de Oekraïners een houwitser vertrekken vanaf de kerncentrale, legt hij uit, wordt er geschoten vanuit een dorp in de buurt, en dan zien ze het oorlogsmaterieel een paar uur later terugkeren. Om vervolgens in het nieuws te horen dat Oekraïne zo onverantwoordelijk was de eigen kerncentrale te beschieten.
De burgemeester denkt dat het Oekraïense leger Enerhodar zal ontzien als het aan zijn lang aangekondigde lente-offensief begint. Bezien vanuit de mogelijke aanvalsplekken ligt de centrale immers relatief in de luwte, aan een bocht in de rivier de Dnjepr. “Misschien zal het Oekraïense leger ons omcirkelen”, speculeert de burgemeester.
“Iedereen wil bevrijding. Iedereen wil terug naar huis. Tegelijkertijd weten we niet hoe het offensief zal verlopen”, zegt de gevluchte Dmytro Gortenko, die zijn ‘belangrijke en verantwoordelijke’ werk bij de kerncentrale mist. “Gevechten rond de centrale vrees ik niet. Het gevaar is dat de Russen er iets slechts doen.”
Lees ook:
IAEA waarschuwt voor verhoogde kans op kernramp Zaporizja
Het hoofd van atoomwaakhond IAEA luidde woensdag de noodklok over ‘verhoogde militaire activiteit’ rond de door Rusland bezette Oekraïense kerncentrale in Zaporizja.