#MeToo-beweging
#MeToo-discussie wordt eindelijk ook Denemarken gevoerd en raakt het progressieve zelfbeeld
De #MeToo-beweging ging in eerste instantie langs Denemarken heen. Nu wordt het land er toch door geraakt – en meteen ook het progressieve zelfbeeld.
Terwijl een tweede coronagolf over grote delen van Europa spoelt, is in Denemarken nog een andere golf door de dijken gebroken: die van #MeToo. Drie jaar nadat die beweging wereldwijd de aandacht had gevestigen op seksueel misbruik, zowel op individueel als structureel niveau, laat een opleving van #MeToo-getuigenissen diepe sporen na in de Deense maatschappij.
De maalstroom werd in gang gezet aan het eind van de zomer, toen de Deense tv-presentatrice Sofie Linde de kijkers van een live-uitzending verbouwereerde met de openbaring dat een grote naam bij de publieke zender twaalf jaar eerder had aangeboden haar carrière een zetje te geven in ruil voor orale seks.
In de weken en maanden die volgden, is het land overrompeld door een beweging die de eerste Deense #MeToo-golf in omvang en impact ver overstijgt. Duizenden (vooral) vrouwen, onder wie beroemdheden, academici, musici en artsen, zijn sinds eind augustus naar buiten getreden met hun ervaringen van seksueel overschrijdend gedrag.
Sinds kort staat ook de politieke arena onder vuur. De hernieuwde #MeToo-beweging culmineerde in het recente aftreden van de sociaal-liberale partijleider Morten Østergaard en de sociaaldemocratische burgemeester van Kopenhagen, Frank Jensen, na een trits beschuldigingen van seksueel wangedrag.
Blind voor seksisme
Toen in 2017 vrouwen over de hele wereld werden gesterkt naar buiten te treden met hun ervaringen van seksisme en misbruik, werd #MeToo in Denemarken vooral neergezet als een “minderheidsprobleem, iets wat niet echt Deens is”, aldus Camilla Mohring Reestorff, hoofddocent Media en Cultuur aan de Aarhus Universiteit, tegen persbureau AFP. “Denen zien zichzelf als progressief, vrij en gelijk. Het kan ons blind maken waar het seksisme betreft.”
Hoewel de beweging drie jaar geleden een discussie aanwakkerde, bleef het momentum voor collectieve verandering en sociale gerechtigheid uit. Nu lijkt dat alsnog gearriveerd. “Het debat is van de opiniepagina’s naar de voorpagina verschoven”, vertelt Henriette Laursen, directeur van het Deense kennisinstituut voor gender Kvinfo. “Er gaat geen dag voorbij dat het onderwerp niet in de krant staat. We hebben de stap gemaakt van complete ontkenning naar erkenning. De Denen lijken eindelijk in te zien dat seksisme een levensecht probleem is.”
In 2017, vertelt Laursen, werd de #MeToo-beweging in Denemarken doorgaans weggezet als ‘heksenjacht’. “De media rapporteerden in negatieve termen over #MeToo of veroordeelden het onderwerp tot de opiniekolommen.” Tot op zekere hoogte, zegt Laursen, was deze reactie verdedigbaar: schuld of onschuld zijn in de context van seksueel overschrijdend gedrag vaak moeilijk vast te stellen. Journalisten waren – terecht – huiverig iemand op basis van een getuigenis terecht te wijzen.
Weerzin vanuit de media
Die terughoudendheid van de grote mediatitels droeg er echter mede aan bij dat verhalen van seksueel geweld weinig gehoor kregen. De journaliste Eva Aagaard publiceerde recentelijk een column in de Deense krant Politiken, waarin ze uiteenzette dat de wijze van verslaggeving over seksisme en seksueel geweld ten dele verklaart waarom de eerste Deense #MeToo-golf zo snel uitstierf. De media — waarvan ze zelf deel uitmaakt — toonden een onuitgesproken weerzin, schrijft ze, het gezichtspunt van vrouwen aan te nemen in debatten over gender en gelijkheid.
“Een evaluatie van het nieuws dat door de Deense media werd gedeeld, wijst uit dat zeven van de negen mediatitels twee keer zoveel negatieve als positieve updates over #MeToo verspreidden.” Die negatieve toon had doorgaans betrekking op de vrouwen die in de openbaarheid waren getreden. Dit type van berichtgeving, schrijft Aagaard, leidde ertoe dat slachtoffers van intimidatie wel uitkeken een boekje over hun belager open te doen. “Tot de stilte in 2020 weer werd verbroken.” Mediastilte was toen niet langer een optie; het was immers een mediapersoonlijkheid geweest die dit keer het onderwerp had aangesneden.
77 duizend Denen zijn blootgesteld aan seksueel wangedrag
Denemarken is een wereldwijde voorloper op het gebied van seksegelijkheid, getuige bijvoorbeeld het aantal vrouwelijke politici, het aandeel vrouwen van de bevolking dat voltijds werkt en de verdeling van het ouderschapsverlof. Immuun voor seksuele intimidatie is het land echter niet: volgens een onderzoek van de overkoepelende Deense vakbond, dat net naar buiten is gekomen, zijn in 2018 77.000 Deense werknemers blootgesteld aan seksueel wangedrag, van wie de helft 34 jaar was of jonger.
“Aan het gegeven dat we op sommige vlakken nog een lange weg hebben af te leggen, wordt al te makkelijk voorbijgegaan”, zegt Laursen. “Vaak is de gedachte: wij zijn er al, wij kunnen achteroverleunen. Het weerhoudt Denemarken ervan actie te ondernemen. Dat is waar ons instituut ten tonele verschijnt; wij proberen de beweging erin te houden.” Het heeft ook te maken met een zekere trots. “We moeten er als land mee leven dat ons imago een deuk oploopt. Dat we toch niet op alle vlakken zo’n voorloper zijn als we denken.”
Begin deze maand werd bekend dat in het overheidsbudget van het kennisinstituut Kvinfo wordt gesneden. “Maar”, zegt Laursen hoopvol, “het besluit over het nationale budget is genomen in de lente, voor deze aardverschuiving plaatsvond. Ik heb er vertrouwen in dat de bezuinigingen worden teruggedraaid. Alle partijen beseffen nu hoe hard onze kennis nodig is. De media vragen ons om hulp, grote bedrijven schakelen ons in.”
“Een paar dagen geleden werd ik benaderd door een liberale parlementariër, die tegen me zei: ‘Nu is het kwartje pas gevallen. Nu realiseer ik me pas hoe groot het probleem van sekseongelijkheid is.’ Een enquête onder parlementsleden van een paar jaar geleden wees nog uit dat de meerderheid van de mannelijke, rechtse politici vond dat de beweging voor gendergelijkheid te ver was gegaan.”
Lees ook:
‘Mannen moeten zich afvragen waarom zij diep van binnen geen echte gelijkheid willen’
Wanneer deug je als man? De Franse historicus en auteur Ivan Jablonka schreef een dik boek over die vraag. Mannelijkheid is aan een grondige herziening toe, meent hij. ‘We staan nog maar aan het begin.’