Hulpverlening
Humanitaire hulp aan Syrië kan nog maar over één grensovergang
Hulporganisaties maken zich grote zorgen over het sluiten van de Syrische grenspost Bab al-Salam.
De Verenigde Naties hebben zaterdag ingestemd met het hervatten van de humanitaire hulp aan Syrië. Een door Duitsland en België opgestelde resolutie zorgt ervoor dat de grenspost Bab al-Hawa, tussen Turkije en Noordwest-Syrië, het komende jaar open zal blijven voor de toevoer van hulpgoederen. Maar onder druk van Rusland en China wordt een tweede grensovergang gesloten. Via grenspost Bab al-Salam zal geen noodhulp meer naar het noorden van de regio Aleppo kunnen worden vervoerd.
De beslissing volgt op een week vol diplomatieke onenigheid tussen Rusland en China aan de ene en de Verenigde Staten en andere leden van de Veiligheidsraad aan de andere kant. Een eerder voorstel van Duitsland en België, om de toevoer van hulp langs beide grensovergangen toe te staan, werd door de twee vetomachten verworpen. Volgens Rusland en China kan de regio ten noorden van Aleppo worden voorzien van hulpgoederen vanuit andere delen van Syrië.
Westerse landen zijn het daar niet mee eens en werpen tegen dat door de Syrische bureaucratie en de politieke keuzes van het Syrische regime de hulp aan gebieden buiten de controle van president Bashar al-Assad niet effectief op gang komt. Volgens hen wordt met het sluiten van grensovergang Bab al-Salam de levenslijn van 1,3 miljoen Syrische burgers afgesneden.
Een teleurstelling voor veel lidstaten
Het is de tweede keer dat de Veiligheidsraad onder druk van Rusland en China grensovergangen voor buitenlandse hulp moet sluiten. Toen de Veiligheidsraad in januari de resolutie uit 2014 voor het toestaan van buitenlandse hulpgoederen aan Syrië wilde verlengen, stelden Rusland en China als voorwaarde dat twee van de vier grensovergangen voor die toevoer zouden worden gesloten. Kon hulp voorheen ook via de grens met Jordanië of de grens met Irak het land in worden gebracht, na januari bleven enkel de twee Turkse grensovergangen over.
Dat de Veiligheidsraad opnieuw is bezweken onder de druk van de bondgenoten van Assad is een grote teleurstelling voor veel andere lidstaten. De Amerikaanse vertegenwoordiger, ambassadeur Kelly Craft, schreef op Twitter: “Dit is niet waar de VS en anderen voor hebben gevochten en is verre van wat het Syrische volk nodig heeft”. De vertegenwoordiging van het Verenigd Koninkrijk schreef op hetzelfde medium: “De Veiligheidsraad had geen andere keuze dan een resolutie goed te keuren die niet voldoet aan de humanitaire behoeften van het Syrische volk. Het vermindert de toegang tot humanitaire hulp en brengt levens in gevaar.”
‘Niet het moment om hulp terug te schalen’
Ook de hulporganisaties die in de regio actief zijn maken zich grote zorgen. Des te meer omdat eind vorige week de eerste coronagevallen werden bevestigd in het noordwesten van Syrië en heel het land momenteel kampt met een economische crisis. Inger Ashing, CEO van Save the Children, schreef in een verklaring: “Dit is niet het moment om hulp terug te schalen”.
Ashing zei blij te zijn dat de resolutie voor de invoer van noodhulp is verlengd met een jaar, in plaats van zes maanden, maar noemde het onacceptabel dat het ertoe heeft geleid dat er nog maar één grensovergang open is. “Dit betekent dat minder kinderen in staat zullen zijn om te eten, gezondheidszorg te krijgen en onderdak te vinden nadat ze uit hun huis zijn gerukt.”
Lees ook:
Ontslag voor de premier van Syrië: zijn opvolger moet de hyperinflatie stoppen
President Bashar al-Assad van Syrië heeft de premier van het land ontslagen. Het ontslag van Khamis volgt op dagen van antiregeringsprotesten in Suweida, een stad in het zuidwesten van Syrië waar voornamelijk Druzen wonen
De wereld is Idlib vergeten
Veel westerse humanitaire hulp aan Idlib viel stil toen de Syrische provincie in handen viel van jihadisten. Miljoenen burgers zijn daar het slachtoffer van.