Diplomatie
Hoekstra moet de handelsrelatie met China behouden, én zijn zorgen uiten
Minister Wopke Hoekstra is dinsdag en woensdag in China, het eerste bezoek van een Nederlandse bewindspersoon aan het land in bijna vier jaar. In de tussentijd zijn de zorgen over China’s rol in de wereld alleen maar toegenomen.
Nederland als koopman en dominee tegelijk – het is een cliché geworden, maar deze week lijkt die uitdrukking speciaal uitgevonden voor het bezoek dat minister Wopke Hoekstra van buitenlandse zaken brengt aan China.
Tijdens dat tweedaagse bezoek (dat deze woensdag eindigt) moet Hoekstra uitdrukking geven aan de groeiende zorgen over China’s rol in de wereld, en tegelijk uitstralen dat Nederland geen verlengstuk is van het hardvochtige Amerikaanse China-beleid.
De Nederlandse handelsrelatie met China is innig, en dat wil Den Haag graag zo houden. Na Duitsland is Nederland voor China de belangrijkste handelspartner binnen de EU. Weliswaar is de Nederlandse chipsfabrikant ASML vanaf komende zomer aan strengere regels gebonden bij de export van hoogwaardige machines aan China, aan de andere kant wil Nederland een eigen koers blijven varen, los van de veel strengere Amerikanen.
Dinsdag sprak Hoekstra met zijn Chinese ambtgenoot Qin Gang en met de Staatsraad, het hoogste bestuurlijke orgaan van China. Op dag twee volgt een gesprek met vicepresident Han Zheng en met Nederlanders die zakendoen in het land.
Aan het einde van de eerste dag kraakt Hoekstra de nodige kritische noten
De laatste keer dat Nederlandse bewindslieden China bezochten, was in 2019. Toen waren toenmalig buitenlandminister Stef Blok en premier Mark Rutte in Peking. De daaropvolgende pandemie en de Chinese opstelling na de Russische inval in Oekraïne hebben de westerse blik op China (en andersom) ingrijpend veranderd.
Dan zijn er nog specifiek Nederlandse zorgen die Hoekstra tussen de verplichte beleefdheden in zal moeten persen, als die kans zich voordoet. Zo bleek vorig jaar dat er illegale Chinese politiebureaus in Nederland waren gevestigd. Van daaruit zouden uitgeweken Chinezen in de gaten worden gehouden.
In de persconferentie na afloop van zijn ontmoeting met minister Qin Gang op dinsdag kraakte de minister de nodige kritische noten. Wat betreft de oorlog in Oekraïne sprak hij de verwachting uit dat de Chinese VN-gezant Li Hui Rusland zal wijzen op de principes van het VN-handvest, waaronder nationale soevereiniteit.
Ook bracht hij mensenrechten ter sprake, met name die van de Oeigoeren. “Nederland deelt de zorgen die onlangs tot uitdrukking zijn gebracht door voorzitter Ursula von der Leyen van de Europese Commissie, over de mensenrechtensituatie in Xinjiang.”
Verder onderstreepte Hoekstra het belang van vrede en stabiliteit rond Taiwan, het eiland dat China als een opstandige provincie beschouwt. “Elke eenzijdige verandering in de status quo – en elk gebruik van geweld – zal enorme economische, politieke en veiligheidsconsequenties hebben.” China beschouwt de kwestie-Taiwan als binnenlandse aangelegenheid waarmee het Westen zich niet moet bemoeien.
Lees ook:
EU blijft zoeken naar effectieve China-benadering
EU-commissievoorzitter Von der Leyen en de Franse president Macron bezochten vorige maand Peking. Door de oorlog in Oekraïne zijn de betrekkingen tussen de EU en China vertroebeld.