ReportageSpanje
Het hoeft niet, maar in Madrid houdt iedereen de mondkapjes gewoon op
Het is al twee maanden niet meer verplicht, maar Spanjaarden hebben hun mondkapjes niet afgezet. ‘Die enorme nadruk op de individuele vrijheid, daarmee zijn wij hier niet opgegroeid.’
Op het beroemde Plaza Mayor in Madrid staan twee jonge Spaanse meisjes, vol bewondering staren ze naar de balkonnetjes die rondom uitkijken over het plein. Allebei hebben ze een medisch mondkapje op. Het is de tweede keer dat de achttienjarige Sara Rodriguez vanuit haar thuisprovincie Asturias in het noorden naar de hoofdstad is gekomen, haar vriendin Carmen Gonzalez was hier nog nooit.
“Normaal gesproken ga ik naar het buitenland”, zegt Rodriguez, studente aan een technische universiteit. “Maar met tests en quarantaines vond ik dat niets.” Haar vriendin knikt en trekt haar mondkapje strak aan het touwtje bij haar oor. Op de vraag waarom ze die nog dragen, antwoordt Rodriguez: “Het was heel slecht in Spanje. Er waren veel ziekenhuisopnames, veel doden. We mochten de deur niet uit aan het begin van de pandemie. Niemand wil daarnaar terugkeren.”
Wie om zich heen kijkt, valt één ding gelijk op: vrijwel iedereen gaat gemaskerd, ondanks dat de mondkapjesplicht in buitenruimtes eind juni werd opgeheven. In de metro, waar mondkapjes nog verplicht zijn, zit zonder uitzondering iedereen braaf met mond én neus bedekt. Hier wordt niet gesjoemeld, zoveel is duidelijk.
Eind juni stelde minister van gezondheid Carolina Darias trots dat “de glimlach zal terugkeren op straat”, toen zij de opheffing van de mondkapjesplicht aankondigde. De rechts-populistische regiopresident van Madrid Isabel Ayuso Diaz juichte de beslissing toe. Eindelijk viel deze ‘last’ van de Madrileense schouders. Vervolgens veranderde er weinig: twee maanden later is het mondkapje nog niet weg te denken uit de straten. Na druk vanuit regioregeringen van bijvoorbeeld Baskenland en Catalonië, die een toename in besmettingen vreesden, werd de landelijke wet toch weer iets aangescherpt. Buiten mag het masker nu enkel af waar men voldoende afstand kan bewaren, maar ook daar blijft hij doorgaans op.
“Natuurlijk draag ik hem”, zegt de 76-jarige Juan Antonio Jimenez, die in zijn eentje het rustige park San Isidro in de gelijknamige buitenwijk in wandelt. De vraag verbaast hem. “Overal houd ik dat ding op. Voor de veiligheid van mezelf en voor anderen. Zo simpel is dat.”
Ook al is intussen twee derde van het land volledig gevaccineerd en de vijfde golf op zijn retour, zit de schrik er duidelijk nog goed in. Vrijwel iedereen noemt de angst oudere familieleden te besmetten. Zo zegt de 28-jarige Alexander Santiago, die alleen op een bankje met zijn telefoon zit te spelen, dat hij het masker draagt omdat zijn moeder op een ic belandde. “Ze had meer dan een jaar last. Ze was moe, kon amper lopen. Mijn vriendin vreest nu voor haar eigen oude moeder en ik wil haar niet besmetten. Dit is geen grapje hè.”
Terug in het park, waar het snerpende getjilp van parkieten in de bomen klinkt, komt net een van origine Peruaanse familie aangelopen. Deze broeierig warme middag gaan ze picknicken met andere familieleden in het park, op een bankje in de buurt van een spuitende fontein. De 34-jarige Alison Sipan vertelt dat zij in het begin van de pandemie ziek werd en tien dagen amper haar bed uit kwam. “Alles deed pijn, echt al mijn spieren. We zijn gevaccineerd, maar wie weet hoe lang dat beschermt?”
Dat de Madrilenen het mondkapje nog niet wegdoen, heeft volgens de in Engeland geboren Giles Tremlett niet alleen te maken met angst voor het virus, maar ook met een gevoel van gemeenschapszin. Dat mailt de schrijver van vier boeken over de geschiedenis van Spanje desgevraagd. “We staan met mondkapje samen in de lift, lopen daarna door wijken waar iedereen elkaar kent. Het is een teken van respect naar elkaar.”
Het beeld van hechte wijken wordt zeker bevestigd, wanneer je ziet hoe de Madrilenen overal zitten te kletsen beneden bij de flatgebouwen. De enige plek waar het masker afgaat, is op het onvermijdelijke terras op elke straathoek: zodra de koffie of het eerste vroege biertje van de dag is besteld.
Maar of het nu echt om gemeenschapszin gaat, dat wordt terug op het Plaza Mayor betwijfeld door de 69-jarige Jose Luis Martinez, die met zijn vrouw op vakantie is in eigen land. “Wij hebben vroeger niet de vrijheid gekend zoals jullie in Nederland hè. Daardoor zijn wij geneigd regels liever strikter te volgen dan laks te zijn”, zegt hij, verwijzend naar de dictatuur onder Franco tot 1975.
Eigenlijk heeft Martinez geen tijd om te praten, het stel wil gaan avondeten – het is intussen half negen ’s avonds en de restaurants beginnen al aardig vol te lopen. Toch wil hij nog even iets kwijt over de Nederlanders. “Jullie zijn zo’n ander volkje dan wij. Die enorme nadruk op de individuele vrijheid zoals jullie die kennen, daarmee zijn wij hier niet opgegroeid. Voor ons was dat echt heel anders. Dat moet je beseffen.”
Lees ook:
Moderne manieren: hoe reageer ik op commentaar op mijn mondkapje?
“Ik voel me zo oenig als volledig gevaccineerde met een mondkapje op. Wat zeg ik bij commentaar op mijn mondmasker in openbare binnenruimtes? Etiquette-specialist Beatrijs Ritsema heeft antwoord.