Déjà vuBankgeheim
Eeuwenlang was Zwitserland een veilige haven voor buitenlands kapitaal, dubieus of niet
Steeds meer vermogenden vonden begin twintigste eeuw hun weg naar Zwitserland, toen tal van Europese regeringen vanwege hun uitdijende takenpakket steeds hogere belastingen gingen heffen. Even daarna, als gevolg van de Eerste Wereldoorlog en de crises en revoluties die het conflict veroorzaakte, ging het pas echt crescendo met de financiële sector in het Alpenland. Officieus bestond er al zoiets als een bankgeheim, maar pas in 1934 werd dit in de wet verankerd.
Deze week werd nog eens duidelijk wat voor types dat ook aantrekt. Volgens een internationaal consortium van onderzoeksjournalisten (van onder meer de Süddeutsche Zeitung, The Guardian en The New York Times) konden misdadigers, corrupte politici en mensenrechten schendende (ex-)dictators jarenlang ongestoord bankieren bij Credit Suisse. Al hun rekeningen samen waren goed voor zo’n 95 miljard euro. Terwijl Zwitserse banken officieel geen crimineel geld mogen aannemen.
De oorsprong van het Zwitserse bankgeheim gaat terug tot de zeventiende eeuw. Geld daar stallen was aantrekkelijk, omdat het Alpenland bekendstond als een oase van stabiliteit in een turbulent Europa. Zwitserse soldaten vochten weliswaar volop, maar hoofdzakelijk buiten de eigen grenzen, ingehuurd door de vreemde mogendheden die daarvoor wilden betalen.
Mooie rente en discretie
De klanten van de Zwitserse banken verlangden behalve veiligheid en een mooie rente vooral discretie. Vooral katholieke machthebbers wilden voorkomen dat uit zou lekken dat zij kapitaal onderbrachten in een protestants land.
De economische crisis van de jaren dertig van de vorige eeuw liet de Zwitserse bankensector niet ongemoeid. Eén grote financiële instelling viel om, een andere moest worden gered met steun van de federale overheid. Bij de meeste andere banken vonden forse reorganisaties plaats. Ondertussen nam vanuit de eigen samenleving de druk toe om tot federale wetgeving te komen voor de financiële sector. Dat was ook urgent, omdat Duitsland en Frankrijk (met invallen bij vestigingen van banken en juridische procedures) eveneens probeerden om de kapitaalvlucht naar de Alpen een halt toe te roepen.
Artikel 47 van de in november 1934 door het Zwitserse parlement aangenomen wet regelde het bankgeheim. Schending daarvan was niet langer een zaak waar alleen civiel recht bij kwam kijken. Voortaan bestonden er ook strenge strafrechtelijke bepalingen: wie namen van bankrekeninghouders en hun gegevens onthulde riskeerde hoge boetes en maximaal een halfjaar gevangenisstraf.
Bij de controle van de hele sector werd de staat op afstand gezet. De indruk mocht niet ontstaan dat de overheid ter plekke toch meekeek.
Financieren van gruwelijke plannen
In die eerste jaren stalden veel Joden uit vrees voor het toenemende antisemitisme in Duitsland en elders hun kapitaal in Zwitserland. Vanaf 1938 konden ze het in elk geval niet meer zelf brengen, want de republiek weigerde niet-ariërs de toegang tot het land. Tegelijkertijd gebruikten Duitse nazi’s en Italiaanse fascisten de Zwitserse financiële sector voor het financieren van hun gruwelijke plannen en het wegsluizen van geroofd geld en goud. Aan het einde van de oorlog hielpen deze tegoeden ook bij het regelen van vluchten naar elders. Een aantal Zuid-Amerikaanse landen gaf nazi’s in ruil voor dit soort kapitaal een nieuw thuis.
Zwitserland profiteerde ondertussen flink van de talrijke rekeningen waarvoor zich als gevolg van de Holocaust nooit meer iemand meldde. Die bleven wel rente opleveren.
Gedurende de oorlog weerstond Zwitserland geallieerde druk om het bankgeheim op te heffen. Daarna bood de Koude Oorlog uitkomst. De republiek in het hart van Europa bleef weliswaar neutraal, maar het Westen wilde het land niet te veel van zich vervreemden, omdat dit mogelijk tot communistische sympathieën kon leiden.
Pas in de 21ste eeuw werd de internationale druk zo groot dat Zwitserland alsnog het bankgeheim ophief. Dat gebeurde in 2018.
Paul van der Steen bekijkt wekelijks het nieuws door een historische bril. Eerdere afleveringen van de rubriek Déjà Vu leest u hier.