ReportageWijntoerisme
De Zuid-Afrikanen kunnen eindelijk weer met de wijntram: ‘Het is toch zonde om goede druiven te verspillen?’
Wijnboerderijen in Zuid-Afrika kregen een dubbele klap van de coronacrisis: maandenlang gold er een alcoholverbod én de grenzen voor toeristen gingen dicht. Maar langzaam krabbelt wijndorp Franschhoek weer op.
De mondkapjes gaan omlaag. Het is pas half elf ’s ochtends, maar toch kan het wijnproeven al beginnen. Robson Soraidema (31) staat voor in de wijntram, die stapvoets het station in Franschhoek uit hobbelt. Hij heeft alle passagiers een bodempje wit ingeschonken in een plastic beker. Soraidema heeft een microfoontje naast zijn mond. De dubbeldekkertram is van binnen van hout. Het ontwerp is gebaseerd op een model uit 1923. De helft van de bankjes is verplicht leeg. Soraidema houdt kort een fles Foundation Stone White van wijnboerderij Rickety Bridge omhoog.
“Deze wijn is een mix van vijf druivensoorten”, legt hij uit. “Je zult lentebloesem proeven, en een vleugje mango en perzik. Boerderij Rickety Bridge is de tweede stop op onze route. We komen zo eerst aan bij Grande Provence.” De sfeer in de wijntram is nog wat beduusd. Passagiers als Sweety Roro en haar drie vrienden uit Kaapstad moeten kennelijk nog even wakker worden. Zachtjes pratend nippen ze aan hun plastic bekers, terwijl de tram door de wijnvallei kruipt.
Franschhoek vormt samen met Stellenbosch en Paarl de beroemde wijndriehoek van Zuid-Afrika, net boven Kaapstad. Eind zeventiende eeuw trokken veel Franse (en Belgische) Hugenoten naar dit gebied – vandaar de naam. Deze calvinisten waren in Europa op de vlucht geslagen voor de katholieke Inquisitie. De Verenigde Oost-Indische Compagnie, die de scepter zwaaide in de Kaap, dwong hen na aankomst snel op te gaan in de dominante Nederlandse cultuur: Hugenoten spraken binnen twee generaties nauwelijks nog Frans. Maar de Hugenoten verloren hun talent om wijn te maken niet. En ze gaven hun boerderijen ook veelal Franse namen: La Motte, Cabrière, Chamonix, Dieu Donné en La Dauphine.
Sinds een jaar of acht verbindt de wijntram, aangevuld met bussen op plekken waar geen spoor ligt, 26 van die wijnboerderijen met elkaar, via acht verschillende wijnroutes. Tot begin dit jaar was dat een doorslaand succes. “Onze aantallen passagiers groeiden jaarlijks met dertig procent”, zegt David Blyth (70). Hij is oprichter en directeur van Franschhoek Wine Tram. “In februari zaten we op duizend passagiers per dag: in het weekend veel Zuid-Afrikanen, doordeweeks vooral Amerikanen en Europeanen.”
Maar toen brak corona uit. Zuid-Afrika is met zo’n 700.000 vastgestelde infecties een van de zwaarst getroffen plekken ter wereld. Het land ging in maart op slot. In dat kader werd ook tot twee keer toe een nationaal alcoholverbod afgekondigd. Opgeteld duurde die drooglegging zo’n drie maanden. Pas sinds half augustus is de verkoop van alcohol weer toegestaan. De wijntram hervatte drie weken geleden, na vijf maanden te hebben stilgelegen, een deel van haar ritten. Voorlopig alleen in het weekend. Doordeweeks is er te weinig animo. Want de landsgrenzen zijn nog altijd dicht voor toeristen. “Deze zaterdag hebben we 287 passagiers, verspreid over de hele dag”, zegt Blyth. “We vertrekken in de ochtend elk half uur.”
‘De afgelopen maanden waren echt één grote puinhoop’
Om twintig voor elf stappen de circa veertig passagiers in de tram uit bij wijnboerderij Grande Provence. Die is van buitenaardse schoonheid. Trekkers met aanhangwagens pikken de bezoekers bij het perron op en rijden hen door weilanden vol wijnranken langs hagelwitte Kaaphollandse herenhuizen naar de proefruimte. Die huist, samen met een restaurant en een kunstgalerie, in een oude villa achter een tuin vol beelden van de contemporaine Zuid-Afrikaanse kunstenaar Anton Smit. De Nederlandse eigenaar Alex van Heeren kijkt tevreden toe hoe de trampassagiers zich op de bar bij zijn proeflokaal storten. “We beginnen eindelijk weer een beetje van de grond te komen”, zegt hij. En hoofdschuddend: “De afgelopen maanden waren echt één grote puinhoop”.
Veertien jaar geleden kocht de 74-jarige Van Heeren Grande Provence. Hij loopt er een rondje in een witte pantalon en lichtblauwe blouse. “Het moeilijkste is om iedereen weer te motiveren. De loyaliteit van mijn werknemers is echt fantastisch. Maar nu we maandenlang hebben stilgelegen, zie je dat hun productiviteit is verdwenen. Dat is altijd de grootste challenge in dit land.” Soms glippen er wat Engelse woorden in zijn verder perfecte Nederlandse volzinnen. “En de productiviteit moet juist omhoog, zodat de winstmarges stijgen en wij weer hogere salarissen kunnen uitbetalen.”
Een land met even van ‘s werelds meest strikte corona-lockdowns
Want in heel Zuid-Afrika schoten de lonen de afgelopen maanden omlaag. De economie stortte in. Veel mensen raakten hun baan zelfs helemaal kwijt. Zuid-Afrika verkeerde eind 2019 al in recessie. En daar kwam vanaf maart nog eens een van ’s werelds meest strikte corona-lockdowns bovenop. In het tweede kwartaal bedroeg de economische krimp 17,1 procent ten opzichte van een jaar eerder. En wijnboerderijen kregen het, ondanks hun goede oogst, dubbel hard te verduren: een langdurig alcoholverbod, tijdelijk zelfs inclusief een exportverbod, én een volledige implosie van de toerismesector.
“Dat uitvoerverbod voor wijn was natuurlijk volstrekt onbegrijpelijk”, moppert Van Heeren. “Maar goed, we zijn inmiddels weer aardig aan het exporteren. Vooral onze betere wijnen leveren nog steeds hun oude prijzen op. Dat wil zeggen: in Zuid-Afrikaanse rand. Die heeft wel veel waarde verloren ten opzichte van de euro en de dollar.” Hij lacht: “Als je een flesje wilt, ik heb er nog 700.000 liggen. Gelukkig hadden we vorig jaar een van onze beste jaren ever. Toen hebben we een financiële buffer aangelegd. Ja, we blijven Nederlanders, hè.”
Van Heeren passeert het proeflokaal, waar Roro en haar drie vrienden enthousiast aan het innemen zijn. Hij groet hen vriendelijk. Roro is ‘in de dertig’ – “Je vraagt een dame toch niet naar haar leeftijd!”– en werkt in de gezondheidszorg in Kaapstad. Ze zet een glas wit aan haar paarsgestifte lippen. Ze wilde er even uit met haar vrienden. “En de wijnboerderijen zijn nu lekker rustig. Normaal vindt in september het Franschhoek Uncorked wijnfestival plaats. Dan is het enorm druk.” Ze wil nog iets zeggen, maar haar vriendin tikt haar aan: er staat alweer een nieuw glas klaar om te proeven.
Aangeschoten lachsalvo’s
De tramrit van Grande Provence naar Rickety Bridge is al een stuk meer uitgelaten. En ook bij die tweede stop wordt een hele serie wijnen geproefd. Om kwart voor één, op weg terug naar het station, waar bussen het van de tram zullen overnemen, luistert inmiddels zelfs helemaal niemand meer naar Soraidema, die via zijn microfoon vertwijfelde pogingen doet om zijn aangeschoten passagiers iets bij te brengen over de omgeving waar de tram doorheen rijdt.
Ook Roro en haar vrienden hebben hun kelen goed gesmeerd. Hun lachsalvo’s denderen vrolijk door de coupé. “Kijk, we doen dit natuurlijk vooral om de wijnboerderijen te helpen”, schatert Roro tussen het maken van selfies met haar vrienden door. “Het is toch zonde om goede wijndruiven te verspillen? Als wij de wijn niet opdrinken, zijn alle geoogste druiven, zo zonder buitenlandse toeristen, alleen nog nuttig als rozijnen. Dat moeten we niet hebben.” Haar vrienden gieren het uit.
De ‘groene route’ die het viertal heeft geboekt, voert na Rickety Bridge via Franschhoek Cellar, Maison, Mont Rochelle en La Bri naar Holden Manz. Op dat eindpunt zit het terras van eigenaar Gerard Holden (56) behoorlijk vol. Het is een van de eerste écht warme en zonnige dagen van het Kaapse voorjaar. Holden is een Brit en was tot 2006 investeringsbankier in Londen. Dat jaar vertrok hij naar Zuid-Afrika. En vier jaar later kocht hij samen met zijn Duitse partner Migo Manz de boerderij. “Ons restaurant is momenteel helaas dicht”, verontschuldigt hij zich. “Want alleen op zaterdagen zijn er, dankzij de wijntram, veel bezoekers.” De rest van de week is het al maanden stil.
Holden schenkt twee proefglazen rosé in, vernoemd naar zijn kinderen: zoon Rothko en dochter Hiro. “Het is financieel overleven op het moment”, zucht hij. Net als Van Heeren (en praktisch alle andere Zuid-Afrikaanse wijnboeren) heeft hij zijn prijzen stevig verlaagd: met zo’n 30 procent. Alleen zo kan hij Zuid-Afrikaanse bezoekers lokken, die vaak minder te besteden hebben dan internationale gasten. “We doen het vooral om een deel van ons personeel aan het werk te houden.” Voor de lockdown had hij 45 mensen in dienst. Nu nog twintig, de meeste in deeltijd. “We moeten het op het moment hebben van gasten uit Kaapstad”, legt hij uit. “En die komen vaak maar één nachtje in ons bed and breakfast logeren, geen hele vakantie. Alleen als zij tijdens hun overnachting stevig wat wijn voor thuis inslaan, verdienen we eraan. Anders hopen we net quitte te spelen.”
De wijnindustrie van Zuid-Afrika
Zuid-Afrika is de op zeven na grootste wijnproducent ter wereld – na Italië, Frankrijk, Spanje, de Verenigde Staten, Argentinië, Australië en Chili. Het land produceert circa 1 miljard liter wijn per jaar, waarvan het in 2019 zo’n 320 miljoen liter exporteerde. Zuid-Afrika weet exact op welke dag zijn wijnproductie begon: de Nederlandse VOC-commandeur die de Kaapkolonie in 1652 stichtte, Jan van Riebeeck, schreef op 2 februari 1659 in zijn dagboek: “Vandaag is, God zij geprezen, voor het eerst van Kaapse druiven wijn gemaakt”.
Zuid-Afrika exporteert per jaar voor 50 miljoen euro aan wijn naar Nederland. Een klein deel daarvan betreft de dure wijn van gerenommeerde wijnboerderijen.
Het grootste deel betreft zogenoemde ‘bulkwijn’, wijn die Zuid-Afrika niet in gelabelde flessen, maar in containers verlaat. Van deze ultragoedkope wijn maken veel supermarkten hun huismerkwijnen.
Slechte timing
Holden is een zwaargebouwde man, maar als hij praat oogt hij jongensachtig. De afgelopen twee maanden – juli en augustus – zijn traditioneel de rustigste op de wijnboerderijen in Zuid-Afrika. De timing van de corona-uitbraak, aan het einde van het hoogseizoen, dat van november tot en met april loopt, was voor de meeste wijnboeren dus een geluk bij een ongeluk. Maar Holden schudt zijn hoofd. “Juist omdat zij weten dat het dan rustig is, komen in die maanden altijd wel een handjevol échte wijnkenners uit de Verenigde Staten langs”, zegt hij. “Zij weten dat zij in die periode meer persoonlijke aandacht krijgen. En zij tikken met gemak 5.000 tot 10.000 dollar af om de nodige dozen wijn naar huis te verschepen. Het is pijnlijk dat we juist die klanten hebben gemist.”
Vanaf september is het normaal gesproken de beurt aan de Europeanen. Die kopen minder, maar zijn met meer. Alleen al in januari tot maart dit jaar landden er in Zuid-Afrika al ruim 400.000 Europeanen, onder wie 32.030 Nederlanders. “Helaas heeft praktisch iedereen inmiddels tot ver in december al geannuleerd”, zegt Holden. De tijd die hij daardoor overheeft, besteedt hij aan het zoeken naar de mogelijkheden om zijn export op te voeren. “We voeren nu ongeveer de helft van onze flessen uit. Maar ik wil dat aandeel de komende twee jaar uitbreiden tot 70 procent. Want de economische crisis in Zuid-Afrika is zó diep, dat het vele jaren gaat kosten om daar weer uit te komen. De binnenlandse vraag zal dus teruglopen.”
Hij kijkt zorgelijk, dan klaart zijn gezicht op. Hij wijst naar twee stelletjes. Die schuiven aan de rand van het terras hun tafeltjes, die coronaproof uit elkaar stonden, tegen elkaar aan. Daarna heffen ze het glas. “Kijk, dat vind ik zó leuk om te zien. Mensen die hier apart binnenkomen, maar die tijdens het wijnproeven vriendschap sluiten.”
Lees ook: Massawerkloosheid in Zuid-Afrika dreigt nu kleine én grote bedrijven omvallen
De lockdown in Zuid-Afrika heeft desastreuze economische gevolgen. Een werkloosheid van meer dan 50 procent wordt gevreesd. Ook iconische bedrijven vallen om.