Staatsgreep
Coup verdeelt boeddhistische monniken in Myanmar: ‘De jongeren willen actie, de ouderen niet’
Anders dan bij de demonstraties in 2007 zijn de boeddhistische monniken nu minder massaal aanwezig bij de protesten in Myanmar. ‘Er zijn helaas monniken die niet begrijpen wat er aan de hand is.’
Een kaalgeschoren monnik zit op straat. Politiemensen en soldaten staan vlakbij. Ze houden geweren en schilden vast. “Als jullie op vreedzaam demonstrerende mensen gaan schieten, schiet dan eerst op mij”, zou de monnik in de Myanmarese stad Kawthaung tegen hen hebben gezegd. Naar verluidt lieten de veiligheidstroepen de demonstranten vervolgens met rust.
Boeddhistische monniken spelen van oudsher een belangrijke rol in Myanmar. Onlangs veroordeelde de hoogste boeddhistische organisatie van het land, de Ma Ha Na, het brute geweld dat het Myanmarese leger tegen demonstranten gebruikt. Het als zeer conservatief bekend staande comité verklaarde dat het overduidelijk is dat de Myanmarezen lijden onder de huidige crisis. “En als de mensen ongelukkig zijn, dan zijn de monniken dat ook.”
Desondanks zijn boeddhistische monniken minder prominent aanwezig bij de dagelijkse anti-junta-protesten dan in 2007, toen zij het voortouw namen bij de Saffraan Revolutie. Toen keerden Myanmarese monniken zich eveneens tegen een militair regime. Maar nu er een andere aanleiding is om te demonstreren, zijn de kloosterlingen onderling meer verdeeld.
‘Zoveel mogelijk steunen, fysiek en mentaal’
“We moeten de mensen zoveel mogelijk steunen, zowel fysiek als mentaal”, zegt Inda Vudha, woordvoerder van de Peace Sangha Union. Deze uit monniken bestaande organisatie zet zich in voor vrede en gerechtigheid in Myanmar. Volgens Inda Vudha zijn er sinds 1 februari, de dag waarop het leger de regering van Aung San Suu Kyi aan de kant zette, zeker acht prodemocratische monniken gearresteerd. Andere monniken raakten bij demonstraties gewond of werden gedood. Ook zijn enkele boeddhistische geestelijken vermist. Vermoedelijk houdt het leger hen op een onbekende plek vast.
Dat de monniken nu minder massaal betrokken zijn, komt volgens Ingrid Jordt, een Myanmar-expert verbonden aan de Universiteit van Wisconsin-Milwaukee, omdat het huidige protest een andere aanleiding heeft dan de Saffraan Revolutie. “Wat de mensen in 2007 echt samenbracht, was de moord op verschillende monniken. Iedereen was het erover eens dat dat de Sasana (de boeddhistische leer, red.) beschadigde. Om de Sasana te beschermen, keerden de monniken uit protest hun aalmoeskom om en begonnen ze een nationale staking.”
Nu draaien de protesten om democratie. Dat leidt tot verdeeldheid. Sommige monniken zeggen zich niet met politiek te willen bemoeien, terwijl anderen de militairen willen confronteren met hun daden. Volgens Jordt debatteren de geestelijken continu over hun rol in de politiek en verschillen jong en oud van mening. “Heb je in een klooster veel jongere monniken, dan willen de jongeren actie en de ouderen niet. Dat was ook zo in 2007. Toen waren het jonge monniken die over democratie spraken en die op internet informatie zochten over geweldloze protestbewegingen.”
David tegen Goliath
Er zijn ook monniken die zich openlijk aan de zijde van de militairen scharen. Juntaleider Min Aung Hlaing omringt zich op foto’s in de staatsmedia geregeld met monniken. De ene keer om hen een oorkonde te overhandigen, de andere keer voor een ceremonie rondom de inwijding van een nieuw Boeddhabeeld.
En terwijl verschillende prodemocratische kloosterlingen kort na de coup werden gearresteerd, kwam Ashin Wirathu juist op vrije voeten. Met zijn hatelijke toespraken was deze extremistische monnik tussen 2012 en 2020 een aanjager van geweld tegen moslims in Myanmar. Wirathu houdt zich sinds zijn vrijlating gedeisd, maar er bestaat weinig twijfel dat hij aan de kant van de militairen staat en zodanig kan worden ingezet. “Er zijn helaas monniken die niet begrijpen wat er aan de hand is”, aldus Inda Vudha van de Peace Sangha Union. “Zij steunen het leger omdat zij denken dat het leger boeddhisme beschermt.”
Het is precies wat Min Aung Hlaing voor ogen heeft: het leger neerzetten als het enige instituut dat de staat, de religie en de boeddhistische cultuur kan beschermen. Veelzeggend is ook het bezoek dat de juntaleider aflegde aan een pagode die sinds de dertiende eeuw geassocieerd wordt met Birmese koningen. Hij voerde er een boeddhistisch ritueel uit, in de hoop religieuze legitimiteit te krijgen voor zijn staatsgreep.
Maar vooral jonge demonstranten laten zich niet meeslepen in het relaas van de junta. Zij voeren een strijd voor democratisch bestuur, en slagen erin mensen met verschillende etnische en religieuze achtergronden te verenigen. “En dat zet Min Aung Hlaing op een achterstand, want nu is het leger niet in staat de lijnen uit te zetten”, zegt Ingrid Jordt.
Al betekent dat niet dat de strijd er eenvoudiger op wordt. Jordt vreest een burgeroorlog die ook de steden zal raken. “Met zo’n gehard leger als dat van Myanmar, wordt het David tegen Goliath.”
Roodgeverfde straten
Demonstranten hebben woensdag op verschillende plekken in Myanmar straten en borden rood – de kleur van bloed – geverfd. De demonstranten willen zo op een symbolische manier laten zien dat het land bloedt en aandacht vragen voor het grote aantal doden dat bij anti-junta-demonstraties is gevallen. Volgens een lokale mensenrechtenorganisatie zijn sinds de coup op 1 februari zeker 714 betogers doodgeschoten, 3054 mensen zijn gearresteerd.
Lees ook:
Inwoners van Myanmar demonstreren met hun boodschappenmand: ‘We willen het volledige systeem platleggen’
Uit protest tegen de militaire coup laten inwoners van Myanmar massaal producten en diensten staan waar de generaals direct of indirect geld mee verdienen. ‘We willen het volledige systeem platleggen.’