InterviewsInternationale Vrouwendag
Wat is feminisme anno 2023? ‘De strijd wordt nu vooral bij migranten en jongeren gevoerd’
Is het feminisme van nu te oppervlakkig? De laatste tijd klinkt er kritiek. In de aanloop naar Internationale Vrouwendag komende woensdag geven vier vrouwen hun visie op wat er op de feministische agenda moet.
Anne-Floor Dekker, genderplatform Wo=men
“Er is een enorme feministische strijd bezig bij migrantenvrouwen en jongeren. Terwijl het in het publieke debat vaak gaat over of vrouwen wel of niet genoeg fulltime werken, zie ik dat zij bezig zijn met de fundamentele strijd om überhaupt te kunnen werken na hun studie in plaats van te trouwen en voor de kinderen te zorgen.
“Over die vrijheidsstrijd gaat het veel te weinig. Het gaat om jonge vrouwen in vluchtelingengemeenschappen en tweede- en derdegeneratiemigranten in Nederland. Zij staan op tegen de beperkingen die hun familie oplegt. Ze vechten voor de acceptatie van hun partner van hetzelfde geslacht, of ze willen op kamers wonen tijdens hun studietijd.
“De verhalen die we horen van vrouwen en jongeren uit conservatieve gemeenschappen, zijn die van vrouwen die eruit stappen. Die willen er vaak niets meer mee te maken hebben. Bij vrouwen die erin blijven wordt gedacht dat zij niet anders willen. Maar ook zij voeren soms elke dag een strijd. Die strijd wordt te weinig gehoord, in de media en door beleidsmakers. Ministeries werken constant aan beleid rondom vrouwenemancipatie en missen die stem.
“Daarnaast hebben we het te weinig over impact van de keuzes van de Nederlandse overheid op vrouwenrechten in het buitenland. Bieden we echt steun aan vrouwen in Iran, als we tegelijk ook onderhandelen met het land over olie? En spreken we ons genoeg uit voor de meiden in Afghanistan die niet meer naar school mogen?
“De Nederlandse overheid heeft een verdrag getekend dat we bij elke exportvergunning van wapens moeten controleren of het land van aankomst voldoende maatregelen neemt tegen gendergerelateerd geweld. Die check doet Nederland vaak niet. Als we vrouwenrechten niet serieus nemen in al ons buitenlandbeleid, hoe feministisch zijn we dan?”
Lianne Ruitenbeek, jurist en bestuurslid SGP-jongeren
“Ik stel me aan vreemden niet zomaar voor als feminist, maar ik vind gelijkwaardigheid van vrouwen en mannen wel degelijk heel belangrijk. Ik vind wel dat feminisme minder mag gaan om vrouwen op hoge posities te krijgen. Er mag wat mij betreft meer waardering komen voor wat de vrouw al allemaal doet.
“De laatste tijd wordt er veel geroepen dat vrouwen voltijds moeten werken, denk aan de fulltime-premie van D66. Natuurlijk moeten vrouwen voor hun carrière kunnen gaan, maar laten we ze niet pushen. Er wordt al ontzettend veel van vrouwen verwacht: mantelzorg verlenen, een gezinnetje, eropuit gaan met vriendinnen, sporten en het liefst ook nog een fulltime baan. Laten we hun eigen keuzes respecteren!
“Wat ik goed vind aan Internationale Vrouwendag, is dat de focus ook ligt op de wereld om ons heen. Er is ontzettend veel ongelijkheid. Vrouwen in bepaalde Latijns-Amerikaanse en Afrikaanse landen kunnen niet zelf land kopen, in de kledingindustrie worden ontzettend veel vrouwen uitgebuit, in Europa is sprake van mensenhandel: allemaal belangrijke onderwerpen.
“Uiteindelijk is mijn feminisme meer sociaal-maatschappelijk. In Nederland maak ik me druk over huiselijk geweld. Thuis is juist de plek waar je je echt veilig moet kunnen voelen, waar je je terug moet kunnen trekken. En het raakt vrouwen meer dan mannen.
“En wat betreft de positie van vrouwen in mijn eigen partij? Tja, binnen de SGP-jongeren is het geen issue meer. Bestuursfuncties staan al heel lang open voor vrouwen en meer dan de helft van de leden is vrouw. Soms hoor ik dat andere meiden wel vragen krijgen of het bijbels is dat zij een positie willen binnen de SGP of SGP-jongeren. Het is nog steeds zo dat de partij zich niet heel duidelijk uitspreekt over de positie van vrouwen. Laat ik het zo zeggen: ik zou het mooi vinden als we actiever een kant zouden kiezen.”
Saida Derrazi, moslimvrouwencollectief S.P.E.A.K
“Ik strijd voor de inclusie van moslimvrouwen in de maatschappij. Dat is nodig, want moslimvrouwen worden nog steeds gediscrimineerd. Ze worden bijvoorbeeld uitgesloten op de arbeidsmarkt of krijgen te maken met verbaal en fysiek geweld op straat. Ook in de politiek worden ze vaak negatief bejegend, puur omdat ze moslim zijn. Of ze een hoofddoek dragen of niet, maakt niet uit. Kijk maar naar Khadija Arib of Kauthar Bouchallikht. Die krijgen allebei vervelende reacties omdat ze moslim zijn.
“Bij sommige banen zoals rechter, boa of bij de politie kun je nog steeds geen hoofddoek dragen. Ik vind dat dat niet strookt met het recht op zelfbeschikking. Je moet zelf kunnen bepalen wat je wel en niet mag dragen. Bij de politie zeggen ze: een politievrouw moet neutraliteit uitstralen. Waarom kan een moslimvrouw niet neutraal zijn? In andere landen zoals in het Verenigd Koninkrijk en Canada zijn er wel politievrouwen met een hoofddoek. En de politie heeft intern problemen met racisme en discriminatie. Ze willen graag diverser worden. Waarom dan geen hoofddoek toestaan?
“Bepaalde feministen van de oude garde in Nederland vinden dat de hoofddoek een symbool voor onderdrukking is. Misschien is dat nog de erfenis van de jaren zestig en zeventig, waarin feministen vooral vonden dat de vrouw ontkleed moest worden. En misschien zijn oudere feministen ook opgegroeid met het beeld van de moslimvrouw als hulpbehoevend, en als onderdrukt door hun man. Tegenwoordig zie ik toch vooral een beweging die zegt: je moet zelf weten wat je aantrekt. Het feminisme is de laatste jaren inclusiever geworden.
“Met mijn inzet voor moslimvrouwen wil ik ook overigens niet zeggen dat die vrouwen meer onderdrukt worden dan witte vrouwen. Als je bijvoorbeeld kijkt naar femicide, moord op vrouwen, zijn er meer witte slachtoffers. We worden allemaal onderdrukt door het patriarchaat, we moeten daar ook samen tegen opstaan.”
Lotte Houwink ten Cate, historicus gespecialiseerd in de tweede feministische golf
“Vrouwenbevrijding, dat is wat de tweede golf van het feminisme aan het einde van de jaren zestig wilde. Dat ging verder dan emancipatie. Vrouwen van toen wilden structurele kritiek leveren op het patriarchaat. Ik denk dat het huidige feminisme daar veel meer op moet teruggrijpen.
“Een voorbeeld: het is nu heel gewoon om te zeggen dat fulltime werken voor vrouwen emanciperend is. Daar worden vrouwen economisch zelfstandiger van, er komen meer topvrouwen, enzovoort. Maar de feministen van de tweede golf hadden kritiek op dat standpunt. Zij zeiden: als je thuis nog het hele huishouden moet doen, wat is er dan emanciperend aan voltijds werken?
“Ze wezen er ook op dat het huishouden en de zorg voor kinderen vaak wordt uitbesteed als vrouwen voltijds gaan werken. Die zorgtaken worden dan tegen betaling uitgevoerd door andere vrouwen, meestal vrouwen van kleur, of vrouwen uit een lagere sociaal-economische klasse. Zo bezien is zo’n voltijds werkweek helemaal geen bevrijding van vrouwen. Feministen van nu zouden veel meer van dat soort systeemkritiek moeten leveren.
“Ik promoveer op de strijd van de tweede feministische golf tegen wat we nu gendergerelateerd geweld noemen. Feministen uit die periode gaven daar voor het eerst taal aan: door hen kennen we nu termen als seksuele intimidatie en is verkrachting binnen een relatie bespreekbaar én strafbaar.
“Feministen uit de tweede golf zagen in dat seksueel geweld een structureel probleem was: het ging niet om geïsoleerde incidenten. Dat mis ik in de huidige MeToo-discussie. Er wordt veel aandacht besteed aan intimidatie door beroemdheden. Het is natuurlijk goed dat slachtoffers gehoord worden. Maar arbeidsmigranten die dit overkomt, halen de voorpagina’s niet.
“Er zijn veel vooroordelen over de tweede golf: het zouden vooral seks- en humorloze mannenhaatsters in tuinbroeken zijn. Mensen vergeten dat het feminisme van toen onderwerpen aansneed die nog steeds actueel zijn. Neem de orgasmekloof. In Amerika werd de tweede golf in 1968 mede gelanceerd door een essay van feministe Anne Koedt, getiteld The myth of the vaginal orgasm. Het kan juist heel krachtig zijn als feministen van nu zeggen: kijk, onze strijd is een historische strijd, die al decennia wordt gevoerd.”
Lees ook:
Feministen van toen in gesprek met de huidige generatie: ‘De vrouwenstrijd is pas net begonnen’
Vijftig jaar na de oprichting van de Dolle Mina’s staan vrouwen en mannen nog altijd op de barricaden. Twee Dolle Mina’s en twee feministen van nu over hun strijd.