Vogelaarwijken
Vogelaar is er niet meer, maar haar beleid is harder nodig dan ooit
Met de dood van oud-minister Ella Vogelaar doemt de vraag op: hoe staat het ervoor met de aanpak van haar achterstandwijken?
Welke minister houdt zich momenteel bezig met de verbetering van buurten als Vreewijk in Rotterdam, Overvecht in Utrecht en Woensel-West in Eindhoven? Geen idee, zullen de meeste mensen zeggen. Maar dat was in 2007 wel anders. Ella Vogelaar, was toen het antwoord, van het heuse ministerie van wonen, wijken én integratie.
“Dat is toch de grote verdienste van Ella Vogelaar”, zegt Evelien Tonkens, hoogleraar burgerschap aan de Universiteit voor Humanistiek in Utrecht. “Hoewel voor en na haar ambtsperiode ook veel aandacht voor deze wijken was, heeft zij haar persoonlijk gewicht achter de aanpak gezet. Zo zeer zelfs, dat ze haar naam aan de ‘pracht-’ en ‘kracht’-wijken gaf. Die heetten in die periode plotseling vogelaarwijken.”
Daar bleef het volgens haar niet bij. Na de mislukking van PvdA-voorman Ad Melkert in het Fortuyn-debat zocht die partij bewindslieden die niet alleen goede bestuurders waren, maar ook het volk aanspraken. Tonkens: “Vogelaar was ‘de vrouw van het volk’ die ‘de man van het papier’ had opgevolgd. Dat deed ze met verve. Als geen ander ging zij de buurthuizen en ouderencentra in en sprak daar duidelijke taal, zonder ingewikkelde zinnen waar een politicus alle kanten mee op kan.” De vraag of haar aanpak resultaat had, is volgens Tonkens een andere, maar Vogelaar heeft de problematiek van de achterstandswijk zichtbaar gemaakt, zegt ze, en door de naamgeving verpersoonlijkt. “Dat kun je een succes noemen.”
Vogelaar was beslist niet de eerste minister die zich bezighield met de oude stadswijken. Minister Kamp droeg in 2003 al 56 wijken voor, minister Winsemius kwam in 2006 nog met een opsomming van 140 wijken. Maar de 40 van Vogelaar zijn blijven hangen, ook al kreeg ook haar lijst kritiek. De wijken zouden te willekeurig gekozen zijn en te veel in de Randstad liggen. Toch zette Vogelaar door. Zij zag die wijken op haar kortere lijst veel meer als iconen, die stonden voor een veel bredere aanpak.
Vogelaar kwam op voor actieve burgers
Tijdens die intensieve en sociale wijkenaanpak werden naoorlogse flats gesloopt, koopwoningen gebouwd en huurwoningen verkocht. De gemeenten, de corporaties en de lokale organisaties organiseerden hulp voor ‘problemen achter de voordeur’, en een groot aantal sociale projecten speelden de buurtbewoners zelf een actieve rol. Ook kregen de wijken extra geld: gemiddeld 388 euro per inwoner.
Toch is, bij het einde van haar leven, de vraag of Vogelaar het verschil heeft kunnen maken opnieuw actueel. Tonkens: “Die vraag is net zo moeilijk te beantwoorden als die waarom je een ernstige ziekte krijgt. Er zijn veel factoren die het lot of succes van een wijk bepalen en die spelen ook nog eens op elkaar in. Of de situatie in de wijken is verbeterd, door haar toedoen, zou ik niet kunnen zeggen. Wat ik wel weet is dat zij een stimulerende kracht was achter het overheidsbeleid ten aanzien van burgerinitiatieven. Tegenwoordig hebben bijna alle gemeenten zulk beleid. Waar zou Nederland zijn zonder betrokken en actieve burgers? Vogelaar kwam daarvoor op.”
Volgens hoogleraar Sociale geneeskunde Karien Stronks van het Amsterdam UMC leek de Vogelaaraanpak destijds ook te leiden tot een geringe verbetering van de volksgezondheid in de wijken, op een beperkt aantal aspecten, zoals dat mensen gemiddeld meer gingen bewegen. “Hoewel dat niet het hoofddoel was, was Vogelaar zeer geïnteresseerd in de gezondheidslink in deze kwestie. Maar omdat haar experiment vroegtijdig werd afgebroken, doofden waarschijnlijk ook deze positieve effecten uit.”
Het gaat niet goed in de wijken van Vogelaar
Het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) hield in 2013 het effect van Vogelaar-aanpak tegen het licht en concludeerde dat er geen onderscheidend gunstig effect was op sociale stijging, leefbaarheid en de veiligheid in deze wijken. De concentratie van mensen met lage inkomens is wel minder geworden, en de tevredenheid is verbeterd. Bewoners zijn ook optimistischer over hun wijk en ervaren minder verloedering.
Die tevredenheid is weer terug te vinden in de huizenprijzen. Onderzoek van de Vrije Universiteit toonde vorig jaar aan dat de huizenprijzen in de veertig aangewezen probleemwijken dankzij Vogelaars inspanningen met 3,5 procent zijn gestegen.
Toch gaat het niet goed in de wijken van Vogelaar, er komen zelfs nieuwe bij, zegt Marnix Norder. Hij was in de tijd van Vogelaar wethouder Wonen in Den Haag en is tegenwoordig voorzitter van Aedes waarbij alle woningcorporaties zijn aangesloten. “Tijdens de Vogelaarperiode stonden in Den Haag alle lichten op groen. Er was meer werk, minder criminaliteit en meer geld. Na de crisis van 2010 mogen woningcorporaties zich alleen nog maar met ‘stenen’ bezighouden, terwijl de grote toestroom van kwetsbare mensen om sociale actie vraagt. Statushouders, psychiatrische patiënten, verslaafden en ex-gedetineerden worden in de oude wijken geconcentreerd en vervolgens aan hun lot overgelaten.” Alleen het toelaten van middenhuur en het spreiden van de probleembewoners over de betere wijken, kan volgens hem een oplossing bieden. “Ella Vogelaar is er niet meer, maar beleid met haar naam blijft nodig, meer dan ooit.”
Lees ook:
Ze zijn mooier nu, die vogelaarwijken, dus wonen mensen er met meer plezier
Ze werd ervoor door het slijk gehaald, maar het krachtwijkenbeleid van oud-minister Ella Vogelaar (wonen, wijken en integratie) blijkt tien jaar na dato toch een succes. Onderzoek van de Vrije Universiteit toonde vorig jaar aan dat de huizenprijzen in de veertig aangewezen probleemwijken dankzij Vogelaars inspanningen met 3,5 procent zijn gestegen.
Ella Vogelaar is voor altijd verbonden met haar krachtwijken
Oud-minister Ella Vogelaar is maandag op 69-jarige leeftijd overleden. Vogelaar leed al langer aan zware depressies en heeft zelf een einde aan haar leven gemaakt, zo maakte haar partij, de PvdA, gisteren op verzoek van haar partner bekend.