Halloween
Van watergeest tot killerclown: waarom de mens graag griezelt
Van verhalen over weerwolven rond het kampvuur tot hysterische Halloween-spooktochten: sinds mensenheugenis wordt er op z’n tijd flink gegriezeld. Waarom doen we dat en wat hebben we eraan?
Wie door het Land van Hulst struint na het invallen van de schemer kan daar zomaar overmeesterd worden door de Ossaert. Volgens de overlevering ligt deze boze watergeest altijd op de loer in het gebied rond het oude vestingstadje in Zeeuws-Vlaanderen. Hij verschuilt zich achter damhekjes en duikt weg in droge sloten. Daar wacht hij watertandend op zijn kans.
Hij sprong eens een argeloze voorbijganger op de rug, zo gaat het verhaal. Hij kneep hem met zijn knokige vingers de keel halfdicht. Hij drukte zijn puntige knieën in de zij van de man. Hij bekwijlde zijn hoofd en nek, joeg hem voort door de velden. Pas bij het ochtendgloren liet de Ossaert de man gaan.
Loopt er al een rilling over uw rug?
De sage, op schrift gesteld in 1934, is één van de vele enge verhalen die de Nederlandse Volksverhalenbank heeft verzameld. Over spokerij alleen zijn al 2449 sagen te vinden. Griezelen is bepaald niet voorbehouden aan Halloween, dat komende maandag gevierd wordt. Al eeuwen jagen mensen elkaar de stuipen op het lijf met verhalen. Waarom eigenlijk?
Magische realiteit
Als iemand al die oude griezelverhalen kent, is het Theo Meder wel. Hij werkt bij het Meertens instituut en is hoogleraar volksverhaal en vertelcultuur aan de Rijksuniversiteit Groningen. Het vertellen van verhalen kun je volgens hem een oerdrift noemen. Enge verhalen waren er altijd, maar vooral in de middeleeuwen zie je een opleving van griezelige sagen, zegt Meder.
“Sagen zijn volksverhalen die in veel gevallen over het bovennatuurlijke gaan. Heksen, spoken, weerwolven, ze komen allemaal langs. Sagen zijn, anders dan sprookjes, bedoeld om te geloven. Via de verhalen bevestigden de mensen destijds hun magische wereldbeeld: zie je wel, heksen bestaan. De verhalen werden ook verteld om anderen te waarschuwen: dat oude wijf moet je niet vertrouwen.”
Het waarschuwende karakter kon ook symbolisch zijn, legt Meder uit. Verhalen over spoken buiten het dorp werden verteld om mensen binnen te houden ’s nachts. “Je moet je voorstellen: het was nog ontzettend donker, in die tijden.” Het verhaal van watergeest Ossaert werd waarschijnlijk verteld om kinderen weg te houden bij de vele kreken in het Land van Hulst.
Killerclowns rond Halloween
De traditionele sagen zijn inmiddels “afgezakt naar de toeristische sector”, zegt Meder. Maar enge verhalen zijn er nog steeds, zeker omdat het geloof in geesten niet is verdwenen. “Denk aan de verhalen over killerclowns rond Halloween, of de angst voor straling.” Door de geschiedenis heen kanaliseren griezelverhalen dus de reële angsten van mensen.
Maar griezelverhalen zijn ook geliefd om de adrenalinestoot die ze geven, denkt Meder. “We willen allemaal wel spanning in onze toch saaie leventjes.”
Dat griezelen lekker kan zijn, weet ook Peter Nikken, hoogleraar mediaopvoeding aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. “Als een griezelverhaal goed afloopt, komt het gelukshormoon dopamine vrij. Dat geeft een kick.”
Emoties verkennen
Nikken onderzocht het nut van griezelen via enge verhalen in boeken of films voor kinderen. “Door enge verhalen kunnen kinderen hun eigen emoties en gevoelens verkennen”, zegt hij. “Hoe ver durf ik te gaan? En wat doe ik als ik me angstig voel?”
Voor adolescenten geldt dit nog extra, zij zitten in een fase waarin ze op alle vlakken hun grenzen aftasten. Niet voor niets vinden horrorfilms gretig aftrek bij pubers.
Al in het begin van de vorige eeuw was de educatieve waarde van enge verhalen onderwerp van gesprek, weet Meder. Kinderpsycholoog Bruno Bettelheim keerde zich toen tegen het kuisen van gruwelijke details uit sprookjes, omdat hij het juist leerzaam vond voor kinderen om op een verhalende manier geconfronteerd te worden met de boze buitenwereld.
“Spannende verhalen helpen kinderen om te gaan met enge ervaringen”, zegt ook Nikken. “Bijvoorbeeld doordat ze in verhalen of enge films zien hoe anderen risico-inschattingen maken en hoe er altijd wel ergens hulp vandaan komt. Aan die zaken heb je iets als je zelf in een gevaarlijke situatie terechtkomt.”
Het leven als gothic novel
Dus: weg met de leeftijdsgrenzen voor horrorfilms, met Halloween de killerclowns vrij de wereld insturen, of gewoon het hele leven inrichten als één grote gothic novel? Nou, nee, waarschuwt Nikken. “Want het verschilt van persoon tot persoon hoe snel je bang bent. Dat ligt deels vast in je DNA, maar het heeft ook te maken met je leeftijd.”
Hoe meer zintuigen horrorverhalen beroeren, hoe enger ze zijn voor kinderen, is een stelregel. Een andere: bij heel jonge kinderen lopen werkelijkheid en fantasie nog zo door elkaar dat je moet oppassen met té enge verhalen en activiteiten, zegt Nikken. Ook met Halloween, want je wilt geen getraumatiseerd kind na een griezelpompoenenspooktocht.
In de Verenigde Staten is er zelfs een woord voor de angst voor alles wat met Halloween te maken heeft: Samhainofobie (afgeleid van het Keltische feest Samhain, zie kader). Deze fobie wordt vaak veroorzaakt door een traumatische ervaring tijdens Halloween. Griezelen is dus menselijk en zelfs leerzaam, maar het kan ook als de grote boze wolf of de Zeeuwse watergeest Ossaert zijn: klaar om je te verorberen.
Heidens feest of aftreksel van Allerheiligen?
De wortels van het nu vooral commerciële horrorfestijn dat is overgewaaid uit Amerika, zijn onderwerp van discussie. De hamvraag: ligt de oorsprong in het Keltische feest Samhain, of is Halloween slechts een seculiere uitwerking van All Hallow’s Eve, de Engelse naam voor allerheiligenavond, de avond voor Allerheiligen?
Allerheiligen, het feest waarmee de katholieke kerk haar heiligen gedenkt, valt op 1 november, en Allerzielen, waarop de doden herdacht worden, valt de dag daarna. Op All Hallow’s Eve werden deze feesten voorbereid, bijvoorbeeld door een bezoek aan het kerkhof of het branden van kaarsen. Na de Reformatie werden deze feesten verboden.
Ze leefden echter voort in Groot-Brittannië als wereldlijk feest. In sommige gebruiken die toen ontstonden, zagen negentiende-eeuwse onderzoekers overblijfselen terug van het Keltische feest Samhain, waarop het einde van de zomer gevierd werd. Op deze dag zouden dode zielen kunnen terugkeren naar hun vroegere woonplaatsen.
Bewijs is er niet, aldus het Meertens Instituut, dat taal en cultuur in Nederland onderzoekt en documenteert. Maar deze heidense oorsprong wordt juist in de Europese adaptatie van Halloween (sinds de jaren tachtig ook in Nederland) sterk benadrukt. ‘Zo wordt ingespeeld op een toenemende ontvankelijkheid van het publiek voor magie en New Age’, schrijft het Meertens Instituut op zijn website.
Lees ook:
In je eentje verdwaald raken in een spookhuis
Je laten opsluiten, vastbinden of ontvoeren: horrorfanaten doen alles om zich de stuipen op het lijf te laten jagen. Trouw-redacteur Amber Dujardin bezocht voorafgaand aan Halloween het grootste spookhuis van Nederland om haar eigen angstbehoefte te testen.