Wet open overheid
Uitstel na uitstel: groeit de onwil van de overheid om informatie openbaar te maken?
De Wet open overheid is een aantal maanden van kracht. Toch kwamen verschillende overheden de afgelopen tijd in het nieuws met schendingen van het recht op informatie. Groeit de politieke onwil?
Dat de Nederlandse overheid slecht scoort op openheid en transparantie, is al langer bekend. Sinds 1 mei is daarom de Wet open overheid (Woo) van kracht, die overheden transparanter moet maken en ervoor moet zorgen dat overheidsinformatie beter vindbaar en uitwisselbaar is. Desondanks blijven de nieuwsberichten over een tegenstribbelende overheid zich opstapelen.
Burgers en journalisten hebben binnen vier weken recht op informatie van de overheid, zo staat in de Woo. Maar in de praktijk doen overheidsinstanties daar veel langer over: gemiddeld 161 dagen, blijkt uit onderzoek van de Open State Foundation, een onafhankelijke stichting die wil bijdragen aan een digitaal transparante overheid.
Eerder deze week bleek dat ook de gemeente Amsterdam lang doet over de afhandeling van een Woo-verzoek, te weten dat van HP/ De Tijd om informatie over wethouder Shula Rijxman. Opvallend is dat een ambtenaar volgens het opinieblad heeft bevestigd dat dit komt door de ‘politieke gevoeligheid’ van de gevraagde documenten.
Een woordvoerder van de gemeente weerspreekt dit en stelt dat vanwege het zomerreces nog niet iedereen die betrokken is bij het Woo-verzoek naar de stukken heeft kunnen kijken. Daarbij krijgt de gemeente naar eigen zeggen veel Woo-verzoeken en heeft de gemeente onvoldoende capaciteit om die binnen de gestelde termijnen af te handelen.
Hoge dwangsommen
Ook het ministerie van volksgezondheid, welzijn en sport zegt al langer last te hebben van tijdgebrek. Dat zou verklaren waarom de documenten over de mondkapjesdeal met Sywert van Lienden bijna een jaar lang niet zijn vrijgegeven. Zelfs niet nadat de rechter een maximale dwangsom van 15.000 euro had opgelegd.
Volgens minister Helder (langdurige zorg) was er meer tijd nodig om de stukken te beoordelen. Dinsdagavond heeft het ministerie een deel van de documenten vrijgegeven. De opgevraagde sms- en chatberichten worden naar verwachting pas volgende maand gepubliceerd.
In Utrecht zag de rechter zich eveneens genoodzaakt om meerdere dwangsommen op te leggen aan het college vanwege het uitblijven van beslissingen. In totaal gaat het om ongeveer 195.000 euro dat het college aan een inwoner moet betalen. Eind juli sprak de rechter zich opnieuw uit over de zaak en zei een ‘ongemakkelijk gevoel’ te krijgen bij het feit dat de financiële prikkel niet lijkt te werken. “Als een overheidsorgaan lang onrechtmatig handelt, en zelfs grote geldbedragen niet helpen om dat onrechtmatige handelen te stoppen, wat helpt dan wel?” vroeg de rechter zich hardop af.
Slechte informatiehuishouding
Volgens de directeur van de Open State Foundation, Serv Wiemers, is het probleem dat de Nederlandse overheid geen politieke prioriteit geeft aan transparantie. Zo werd vier jaar geleden 60 procent van de verzoeken te laat beantwoord, inmiddels ligt dat percentage zelfs op 80 procent. “Terwijl de hoeveelheid Wob-verzoeken niet is geëxplodeerd.”
Toch heeft dat niet alleen te maken met onwil, denkt Annemarie Drahmann, universitair hoofddocent staats- en bestuursrecht aan de Universiteit Leiden. Zij ziet dat de slechte informatiehuishouding van overheden het moeilijk maakt om Woo-verzoeken snel af te handelen. Soms worden er duizenden e-mails opgevraagd en zijn ambtenaren genoodzaakt die handmatig in het systeem op te zoeken. Het kan nog wel zeven jaar duren voordat alle ICT-systemen op orde zijn, vreest Drahmann.
Het verkeerde voorbeeld
Wiemers denkt daar anders over. Want hoewel de informatieberg inderdaad is toegenomen, zijn er ook meer ICT-systemen ontwikkeld die het doorzoeken makkelijker maken. “Het is gewoon een kwestie van willen.” Hij verwijst naar Noorwegen, waar Woo-verzoeken binnen drie dagen worden beantwoord.
Volgens Wiemers geeft premier Rutte met zijn Nokia al het verkeerde voorbeeld. Zijn telefoon zou te weinig ruimte hebben om de sms’jes van de premier te bewaren. Ook dat is anders in Noorwegen, daar laten ministers iedere week hun telefoon uitlezen. “Laten zien dat het prioriteit heeft, is belangrijk als je het vertrouwen in de politiek wil herstellen.”
Dat zelfs een dwangsom van de rechter geen effect lijkt te hebben, vinden beide experts zorgelijk. Als laatste redmiddel ziet Drahmann een politieke oplossing: “Als een minister of wethouder opzettelijk en structureel de wet blijft schenden, moet dat reden zijn voor aftreden”.
Lees ook:
Ministerie van VWS blijft weigeren app-verkeer vrij te geven over mondkapjesdeal
Het ministerie van VWS blijft weigeren de stukken, het whatsapp-verkeer en de sms’jes vrij te geven over de mondkapjesdeal in 2020 met Sywert van Lienden.