Vlada Sylka (voor) en Olena Sokolova (achter) in het tuinhuis van familie Vonk.

Opvang Oekraïners

Tot Olena en Vlada terug kunnen naar Kiev is Renswoude hun thuis

Vlada Sylka (voor) en Olena Sokolova (achter) in het tuinhuis van familie Vonk.Beeld Bram Petraeus

Het Utrechtse Renswoude, met nog geen 6000 inwoners, vangt meer dan 180 Oekraïners op. De vluchtelingen zijn onderdeel geworden van de gemeenschap. ‘Op het dorp zorgen we voor elkaar.’

Gatool Katawazi

Olena Sokolova en Vlada Sylka wonen sinds het uitbreken van de Oekraïne-oorlog in Renswoude. De twee vriendinnen (beiden 25) vluchtten uit Kiev en verblijven sindsdien in het tuinhuis van Gert en Ada Vonk. “We zijn altijd samen”, zegt Sokolova terwijl ze vanaf de bank naar het bed wijst. “We slapen zelfs in hetzelfde bed. We beginnen steeds meer op elkaar te lijken.”

De vriendinnen voelen zich thuis bij Gert en Ada. “Het voelt als familie”, zegt Sylka. Ook Gert Vonk is enthousiast: “We vinden het echt gezellig. Een keer per week eten we samen, verder geven we ze veel ruimte.”

Sokolova en Sylka zijn niet de enige vluchtelingen uit Oekraïne in het dorp. Volgens het CBS worden in Renswoude relatief de meeste Oekraïners opgevangen van alle Nederlandse plaatsen. De Utrechtse plaats telde in 2022 precies 5651 inwoners, waarvan meer dan 180 vluchtelingen uit Oekraïne. “Het is een klein dorp, dus de impact van de vluchtelingen is groot”, zegt Renswoudenaar Jan Pronk.

Toen ze in Renswoude van de oorlog hoorden, organiseerde burgemeester Petra Doornenbal een bijeenkomst voor bewoners. Daar werd besproken hoe mensen konden helpen. “Er kwamen zoveel bewoners op af, dat we niet in het gemeentehuis pasten”, zegt Pronk. Sindsdien coördineert Pronk met andere vrijwilligers alle hulp voor de vluchtelingen in het dorp.

Jan Pronk bij het Oekraïne-inzamelpunt in Renswoude. Beeld Bram Petraeus
Jan Pronk bij het Oekraïne-inzamelpunt in Renswoude.Beeld Bram Petraeus

Renswoude in actie: opvangplekken en maaltijden

Na die bijeenkomst ging het snel. Opvangplekken werden geregeld, van een schuur op een boerderij tot nieuwe containerwoningen. Er kwam een tijdelijk schooltje voor de Oekraïense kinderen en er werden spullen en geld ingezameld. “Oekraïners gingen snel in de maatschappij op. Velen zijn door lokale bedrijven in dienst genomen. We zijn een klein dorp, dus we komen elkaar vaak tegen”, zegt Pronk.

Ook Daniël Tulen, eigenaar van brasserie De Kraai, heeft Oekraïners in dienst. De eerste vier maanden organiseerde hij met zijn leveranciers elke dag om vijf uur een gratis diner voor vluchtelingen. “We helpen elkaar altijd als iemand het moeilijk heeft op het dorp.” Pronk vult aan: “Ik deed een oproep dat we fietsen nodig hadden. Binnen een uur stonden er vijftig klaar. Dat is typisch Renswoude.”

‘Op het dorp zorgen we voor elkaar’

Pronk snapt waarom Renswoude bovenaan de lijst van het CBS staat. Meer dan tien jaar geleden protesteerden bewoners nog tegen een mogelijke fusie met twee grensdorpen. Die fusie ging nooit door en het behouden van de eigen dorpsgrenzen wordt elk jaar herdacht. Bij het gemeentehuis staat sindsdien zelfs een monument met de tekst ‘Renswoude, zelfstandigheid behouden’. “Die zelfstandigheid is een groot thema hier. Op het dorp zorgen we voor elkaar.”

Ook Sokolova en Sylka krijgen veel hulp. Toch zijn ze met hun gedachten altijd nog in Oekraïne. “Het voelt als een lange winter. We kunnen niets anders dan wachten tot de oorlog voorbij is”, zegt Sokolova. “Renswoude is een goede plek daarvoor. Alles is dichtbij en ik word blij van boerderijdieren, maar het voelt dubbel. Onze vrienden en familie zitten in Oekraïne. Veel zijn er dood of leven in angst om dood te gaan. Soms voel ik me schuldig dat wij hier veilig zitten”, zegt Sylka .

‘Het leven in Renswoude is dubbelzinnig’

Natalija Borysova herkent dat gevoel. Ook zij vluchtte vorig jaar uit Oekraïne naar Renswoude. Toen de burgemeester hoorde dat Borysova psycholoog is, nam ze haar in dienst. Vanaf dat moment gaf zij samen met collega Irina Sviderska, die ook uit Oekraïne vluchtte, therapie aan Oekraïners in Renswoude. “De mensen die ik spreek hebben het moeilijk. Vrouwen missen hun mannen, broers of vaders die aan het front staan. Het zwaarste is dat mensen niet weten hoe lang de oorlog nog doorgaat. We weten niet hoe onze toekomst eruitziet.”

Irina Sviderska (links) en Natalija Borysova. Beeld Bram Petraeus
Irina Sviderska (links) en Natalija Borysova.Beeld Bram Petraeus

“Hier leven voelt heel dubbel", zegt ook Sviderska. “Aan de ene kant zijn de mensen uit Renswoude geweldig. We worden gesteund, we lachen samen en bidden samen. Aan de andere kant mis ik thuis en mijn leven voor de oorlog.”

Ook Borysova mist thuis. Zij vluchtte vorig jaar niet voor het eerst, in 2014 vertrok ze al uit Loehansk naar Charkiv. “Ik heb een huis in Charkiv en eentje in Loehansk, maar ik woon in Nederland. Ik weet niet of ik mijn huizen ooit nog zal terugzien”, zegt ze.

Sokolova en Sylka zitten met dezelfde onzekerheid. “Als de oorlog voorbij is ga ik meteen terug naar Oekraïne”, zegt Sylka. “Nederland is prachtig, maar het eten hier is lang niet zo lekker als in Oekraïne”, vult Sokolova lachend aan. “Ik kan niet wachten tot ik dat eten weer proef.”

Lees ook:

Patrick van Baalen vangt Oekraïners op, ook al zit hij zelf in de schulden

Patrick van Baalen (24) vangt al een jaar Oekraïners op in zijn kleine flat. Hij slaapt zelf in de woonkeuken, maar heeft daar helemaal geen moeite mee. ‘De bank ligt ook lekker.’

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden