4 en 5 mei
Syrische Sara (16) en Nederlandse Trijneke (87) waren beiden bang in een andere oorlog
Sara Denno en Trijneke Blom-Post overleefden allebei een oorlog. Samen spreken ze over wat vluchten en vrij zijn voor hen betekent.
Veel lijken Trijneke Blom-Post en Sara Denno niet gemeen te hebben. Maar de 16-jarige Syrische Denno en 87-jarige Nederlandse Blom-Post hebben één gemeenschappelijke deler: ze overleefden allebei een oorlog. Denno was tien jaar oud toen zij vanuit Aleppo naar Nederland vluchtte vanwege de oorlog in Syrië. Blom-Post was zes bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Als dochter van de bekende verzetsman Johannes Post moest zij onderduiken. Nadat hij voor het eerst was opgepakt en was ontsnapt, liep het gezin Post gevaar.
Blom-Post en Denno leerden elkaar kennen door een initiatief van Vluchtelingenwerk, Nationaal Comité 4 en 5 mei en Landelijk Steunpunt Gastsprekers. Al eerder gingen zij voor dit project het gesprek aan over hun oorlogsverleden. De film die daarvan werd gemaakt, wordt vertoond op scholen om jongeren duidelijk te maken wat het betekent te moeten vluchten en ze ervan te doordringen dat oorlog nog steeds een actueel thema is. Op verzoek van Trouw spreken Blom-Post en Denno elkaar opnieuw bij Blom-Post thuis en praten ze naar aanleiding van 4 en 5 mei over twee thema’s waar zij beiden ervaring mee hebben: vluchten en vrijheid.
Op de vlucht: “Ik dacht eerder te overlijden in de oorlog, dan ooit veilig te zijn”
De oorlog in Syrië rukte het gezin Denno uit elkaar. Twee jaar lang verbleef Sara met haar moeder en zusje in Libanon. Haar vader, die hulp wilde verlenen, bleef achter in Aleppo. Vijf jaar geleden vluchtten de Denno's definitief naar Nederland.
“’s Avonds voor mijn slaapkamerraam in Aleppo telde ik altijd de sterren samen met mijn zusje. Op een gegeven moment waren de sterren niet meer te zien door de rook van alle bommen die dicht bij ons huis vielen. Toen zijn we maar bommen gaan tellen", vertelt Denno. Blom-Post kijkt even geschokt naar Denno, maar realiseert zich dan dat zij een soortgelijk spelletje speelde als kind. “Ik ging in het gras liggen en telde alle vliegtuigen die naar Duitsland vlogen om daar te bombarderen.” De vrouwen glimlachen even om de gelijkenis tussen hun beider oorlogservaringen.
Blom-Post: “Had jij ooit gedacht aan vluchten?”
Denno: “Nee, ik was ervan overtuigd dat ik nog eerder zou overlijden in de oorlog, dan dat ik ooit op een veilige plek terecht zou komen.”
Blom-Post: “Wat een gedachte voor een kind, maar ik begrijp het wel. Voor mij kwam het moment van vluchten ook erg onverwachts. Ik werd op een dag door mijn oom en tante van school gehaald en moest met ze mee naar huis. Ik kon niets meenemen.”
De familie Denno vertrok midden in de nacht. “Dan konden de scherpschutters ons niet zien”, legt vader Denno uit. Hij bracht Sara naar het tweegesprek en breekt nu even in om zijn dochter aan te vullen. Hij vertelt over een straat in Aleppo die het gezin moest oversteken om de stad te verlaten. “Scherpschutters aan beide kanten van de straat schoten op mensen die wilden oversteken. Gelukkig is ze nu veilig”, zegt hij terwijl hij zijn dochter liefkozend over haar haren strijkt.
Blom-Post: “Was je bang op dat moment?”
Denno: “Ja, ik wist dat ik elk moment kon sterven, dus ik moest heel voorzichtig zijn. Ik denk er nog steeds wel eens aan terug. Als mijn vader bijvoorbeeld een nieuwsapp opent en ik iets over Aleppo zie staan.”
Blom-Post: “Ik leefde tijdens de oorlog eigenlijk continu in angst. Ik herinner me een moment, waarop de Duitsers een huiszoeking deden op mijn onderduikadres. Mijn moeder verbleef daar toen ook even, maar de Duitsers mochten haar niet ontdekken, omdat zij wisten dat zij de vrouw van een verzetsman was. Toch besloot ze onder het bed vandaan te kruipen. Toen was ik zó bang dat haar iets zou overkomen. Gelukkig is ze die avond niet opgepakt, maar het was wel op het randje.”
Vrijheid: ‘Vrijheid is voor mij: kunnen genieten’
Als Blom-Post terugdenkt aan het moment waarop zij zich voor het eerst echt vrij voelde, denkt ze aan narcissen. In de oorlog was zij letterlijk niet vrij, maar zat ze ook gevangen in angst. Toen zij na de bevrijding in Rijnsburg aankwam, waar zij met haar familie zou gaan wonen, zag ze de gele bloemen staan die haar nog altijd een geluksgevoel geven. “Voor het eerst dacht ik weer: dat is mooi. Dat had ik al lang niet meer gehad. Daarom gaat vrijheid voor mij vooral over kunnen genieten van dingen en niet meer bang hoeven zijn.”
Blom-Post: “Voel jij je nu vrij in Nederland, Sara?”
Denno: “Ja, vrijheid is voor mij dat mijn familie bij elkaar kan zijn. Dat had ik voor het eerst in Nederland. De jaren daarvoor had ik mijn vader soms lang niet gezien.”
Blom-Post: “Ik vind wel dat ook in Nederland de vrijheid steeds meer onder druk komt te staan, vanwege de discriminatie die ik aan alle kanten zie toenemen.”
Denno: “Ik heb zelf ook wel eens meegemaakt dat mensen zeiden: ‘Ga terug naar je eigen land.’ Dat was in groep zeven. Het raakte mij op dat moment niet echt, omdat ik wilde laten zien dat hun negatieve mening niets met mij doet.”
Blom-Post: “Dan ben je pas echt vrij, ook vanbinnen. Als je je niet laat beïnvloeden door andere mensen of door je omstandigheden.”
Lees ook:
Assad ziet Syriërs graag terugkeren, maar kan dat wel? ‘Zodra ik terugga, word ik gearresteerd.’
De Syrische president Bashar al-Assad acht de tijd rijp dat Syrische vluchtelingen na tien jaar burgeroorlog terugkeren naar hun thuisland. Sommige Europese lidstaten nemen het in overweging. Maar Syriërs in Nederland vrezen een terugreis. Ze zien het vaak misgaan.