InterviewPieter van Twisk
Projectleider Anne Frank-coldcase: ‘Zes jaar integer onderzoek is uitgelopen op een hetze’
‘Het unieke aan ons onderzoek is dat het juist níet wetenschappelijk was’, zegt Pieter van Twisk, onderzoeksleider van Het verraad van Anne Frank. Hij vindt dat er sprake is van een hetze.
Acht deskundigen en wetenschappers op het gebied van de Tweede Wereldoorlog verklaarden woensdag in Trouw niet tot het team te behoren dat het omstreden onderzoek naar het verraad van Anne Frank uitvoerde. Zij werden echter wel in een subsidieaanvraag daarvoor opgevoerd. Volgens de verbouwereerde projectleider Pieter van Twisk is hun verklaring onderdeel van een ‘hetze’ tegen het onderzoek. “Het gaat in feite om een storm in en glas water.”
Op de namenlijst van het onderzoeksteam voor een subsidieaanvraag bij de gemeente Amsterdam, staan in ieder geval zes deskundigen die geen lid waren van dat team en van die presentatie niet op de hoogte waren. Hoe verklaart u dat?
“We waren nog in een vroege fase van ons onderzoek, waarbij we veel deskundigen spraken. Iedereen was laaiend enthousiast over de aanpak met big data, met behulp van een voormalig FBI-rechercheur Vince Pankoke. Ze wilden hun medewerking verlenen en ze wisten ook dat we geld nodig hadden, zo’n onderzoek is enorm duur. De namen van de deskundigen hebben jarenlang op onze website gestaan zonder een woord van kritiek. Het zou inderdaad best kunnen dat niet iedereen ervan op de hoogte was dat zijn naam op die subsidieaanvraag in 2017 stond. Maar op het moment van aanvraag was ook nog niet precies duidelijk hoe het onderzoeksteam ingericht zou worden.”
Deze deskundigen, wier namen wel genoemd worden in het boek, steunen de manier waarop het onderzoek is uitgevoerd niet. Geschiedwetenschap had de kern moeten vormen, daarna pas de forensische aanpak met gebruik van big data.
“Het was een aanpak die ze in 2017 allemaal heel interessant vonden. En nu ons onderzoek ineens controversieel geworden is, distantiëren ze zich ervan. David Barnouw presenteerde zich in de media in 2017 zelf als ‘consultant’ bij het coldcaseteam.
“Niet alle deskundigen zijn door de jaren heen even betrokken gebleven. We werkten met een klein toegewijd kernteam van mensen die geheel op de hoogte waren en actief mee rechercheerden. Daaromheen kwam de schil van adviseurs op specifieke deelgebieden. We vroegen alleen advies wanneer daar aanleiding toe was. In het onderzoek stroomde informatie alleen naar binnen en niet naar buiten en dus waren de adviseurs vaak niet, soms gedeeltelijk en een enkele keer geheel op de hoogte. Het beheersen van de informatie is cruciaal binnen een onderzoek omdat naar buiten lekkende informatie het onderzoek kan frustreren of anderszins beïnvloeden.”
Ligt de kritiek ook niet aan het resultaat van het onderzoek: een Joodse man die zich niet meer kan verweren als verrader aanwijzen?
“Wij komen niet met een verrader. Wij komen met de meest waarschijnlijke verdachte. Dat is echt een heel belangrijk onderscheid. De man was al genoemd als verdachte, dat deden wij niet. Wij brachten zijn naam ook niet naar buiten. Wij zeggen nergens dat hij de verrader is of de dader.
“Nog voordat iedereen ons boek gelezen had, barstte de kritiek al los. Niemand benoemt dat wij tientallen mogelijke verraders nalopen. Ik durf te zeggen dat niemand deze zaak zo goed kent als Vince Pankoke, ik en mogelijk Gertjan Broek van de Anne Frank Stichting. We hebben zes jaar lang integer onderzoek gedaan, er ligt enorm veel materiaal. We hebben ook heel veel mensen vrijgepleit, maar daar is geen aandacht voor. We komen inderdaad met een de meest waarschijnlijke verrader. Je wil niet weten wat wij daarover nu over ons heen krijgen.”
In een lange verklaring op de website van het coldcaseteam wordt donderdag puntsgewijs ingegaan op de kritiek die het boek de afgelopen week kreeg vanwege de conclusie dat de familie Frank verraden zou zijn door de Joodse notaris Arnold van den Bergh.
De grootse presentatie van de verrader van Anne Frank heeft zich tegen het project gekeerd. Het wekte een commerciële indruk. Heeft u daar spijt van?
“Niemand is rijk geworden van dit onderzoek, alles is in het project gaan zitten. Dus dat beeld klopt helemaal niet. De nadruk die er op de persoon van de verrader is komen te liggen, heeft inderdaad wel verhuld wat het onderzoek allemaal nog meer aan informatie heeft opgeleverd en dat is ontzettend jammer.”
Wanneer gaan jullie inhoudelijk reageren op de kritiek die er op het onderzoek geleverd is?
“Na de publicatie van ons onderzoek, buitelden de critici over elkaar heen. Er werd ons niet eens meer om een reactie gevraagd. Donderdag of vrijdag komen wij met de punten waarop we inhoudelijk gaan reageren, zoals de SD-lijsten, het briefje aan Otto Frank waarin de verrader wordt genoemd en over de onderduik van Van den Bergh.”
Reactie historicus David Barnouw:
“In het begin heb ik een paar keer met Pankoke gesproken en één bijeenkomst bijgewoond en was ik Historical Advisor of zoiets. Maar om verder mee te doen, moest ik een geheimhoudingsverklaring tekenen en daar had ik geen zin in en dus hoorde ik verder niets meer.”
Ronald Leopold van de Anne Frank Stichting liet eerder al in het Nieuw Israëlietisch Weekblad weten:
“Laat ik duidelijk zijn: onze medewerker Gertjan Broek is geen lid geweest van het onderzoeksteam. Niemand van ons was lid. Wij hebben alleen in het begin van dit project onze archieven ter beschikking gesteld. Dat hoort bij onze publieksfunctie. Daarvan is door het team een paar keer gebruikgemaakt. Het contact verliep stroef.”
Lees ook:
Coldcase-team Anne Frank gebruikte namen van deskundigen zonder hun toestemming
Zonder hun medeweten zijn namen van experts genoemd in een subsidie-aanvraag voor en het dankwoord bij het omstreden onderzoek naar het verraad van Anne Frank. In een reactie donderdag erkent het coldcase-team dit donderdag, maar stelt dat er niet onjuist is gehandeld.