InterviewDeeltijdwerk
Parttimeprinses? Aan onbetaald werk hangt een flink prijskaartje
Vrouwen verrichten in Nederland meer onbetaald werk dan mannen, maar krijgen daar te weinig krediet voor, betoogt Lynn Berger. De zorgjournalist liet uitrekenen hoeveel geld onbetaald werk waard is.
‘Parttimeprinsesjes’. Ja echt, ze heeft het horen zeggen. Zo worden Nederlandse vrouwen die in deeltijd werken soms genoemd, weet Lynn Berger. Zij is de schrijver van het net verschenen manifest Ik werk al (ik krijg er alleen niet voor betaald) dat sinds deze week hoog in de Bestseller 60 staat.
Berger schrijft dat Nederland te boek staat als deeltijdparadijs, 4,6 miljoen Nederlanders werken op dit moment parttime. Tegelijk staan er ook ruim 450.000 vacatures open, meer dan ooit. De arbeidsmarkt schreeuwt om nieuwe aanwas, zeker in essentiële sectoren als onderwijs en zorg. Ook in de toekomst: volgens de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid zou in 2060 één op de drie werkenden in de zorg moeten werken om aan de vraag te voldoen.
Nederlandse deeltijders moeten dus aan de bak, is een steeds vaker gehoorde opinie. Dat daarbij vooral naar vrouwen wordt gekeken, die in verhouding meer in deeltijd werken dan mannen, steekt Berger. “Als we die discussie gaan voeren, dan moeten we wel het hele beeld in kaart hebben. Want naast ons betaalde werk verrichten vrouwen ook veel onbetaald werk, zoals zorg voor kinderen en het huishouden.”
Al dat onbetaalde werk is namelijk veel meer waard dan we denken, gaat de 38-jarige schrijver verder. “Het is het werk dat al het andere werk mogelijk maakt. En het behelst veel meer dan met de kinderen thee drinken terwijl de man hard aan het werk is, zoals in het debat soms wordt gesuggereerd.”
Om de waarde van dat werk aan te tonen, heeft u het Instituut voor Publieke Economie ingeschakeld. Hoe heeft die denktank de omvang berekend?
“Veel mensen zijn niet zo gevoelig voor argumenten als ‘kinderen hebben zorg nodig’, maar ze zijn wel gevoelig voor harde cijfers en geld. Geld is een taal die iedereen spreekt. Dus wilde ik uitzoeken: wat is de waarde van al dat onbetaalde werk?
“Het cijfer in mijn boek is gebaseerd op de hoeveelheid tijd die mensen besteden aan de zorg voor kinderen, naasten en het huishouden. Aan die tijd is een prijskaartje gehangen. Een bescheiden prijskaartje: voor huishoudelijk werk is bijvoorbeeld het minimumloon gerekend. Daar kwam uiteindelijk een bedrag uit rollen.”
215 miljard, zoveel als een kwart van het Bruto Nationaal Product.
“Een enorm bedrag, ja. Toch was ik niet heel verrast. Ik wist wel dat we hier met z’n allen heel veel tijd aan besteden. De verdeling? Het huishoudelijke werk is goed voor 170 miljard euro, de zorg voor onze kinderen voor 15 miljard en de mantelzorg voor 30 miljard.’’
Waar hoopt u dat uw boek toe leidt?
“Er wordt nu een appel gedaan op vrouwen om meer te gaan werken om zo bijvoorbeeld de gaten in de professionele zorg te dichten. Maar 80 procent van de Nederlanders blijkt tegelijkertijd te vinden dat een moeder van jongere kinderen hooguit drie dagen per week buiten de deur zou mogen werken. Dat is onverenigbaar.
“Ik voel zelf veel voor ‘Man Vrouw Maatschappij’, een feministische beweging idee uit de jaren zeventig. Die pleitte onder meer voor een vijfurige werkdag voor iedereen. Dan zouden mannen en vrouwen ook nog tijd hebben voor hun onbetaalde werk. De afgelopen jaren is in veel landen geëxperimenteerd met een vierdaagse werkweek: werknemers zijn vaak net zo productief maar ook gelukkiger, want ze hebben tijd om ook te zorgen.”
Lees ook:
Voor jonge mannen is een geëmancipeerde vrouw nog altijd een bedreiging
Het lijkt niet langer vanzelfsprekend dat gendergelijkheid in westerse democratieën toeneemt. Vooral jonge mannen zien vrouwenemancipatie als bedreiging, zo blijkt uit een groot Zweeds onderzoek.