Kunstmatige intelligentie: Overheid moet kaders stellen

De opkomst van kunstmatige intelligentie gaat ons leven fundamenteel veranderen. Nederland moet de verandering beter voorbereiden, om te voorkomen dat ons land kansen mist, en om te zorgen dat de samenleving niet ‘opgescheept wordt met een technologie die onze belangen niet dient’.

Dat zegt de belangrijkste wetenschappelijke adviseur van het kabinet, de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR), in een advies dat donderdag is verschenen. De WRR vergelijkt de invloed van de komst van Kunstmatige Intelligentie met de uitvinding van elektriciteit en die van de verbrandingsmotor.

Kunstmatige intelligentie wordt op uiteenlopende manieren gebruikt: voor gezichtsherkenning en vertaalapps. Maar ook in de algoritmen die bepalen wat we op sociale media te zien krijgen, of die de Belastingdienst gebruikte om vermeende fraudeurs vaak onterecht op zwarte lijsten te plaatsen.

De WRR vindt dat de overheid het gebruik van kunstmatige intelligentie (AI) moet reguleren door de wettelijke kaders scheppen. Ook moet de overheid zich inspannen om te zorgen voor een realistisch beeld van AI in de maatschappij. “AI is geen kwaadaardige robot, maar ook geen oplossing voor alles”, stelt de raad. Dat moet teleurstellingen voorkomen, en ervoor zorgen dat burgers de technologie durven te gebruiken. Verder moet de overheid voorkomen dat grote bedrijven dominant worden bij de ontwikkeling van AI, en dat sommige bevolkingsgroepen van de ontwikkeling worden uitgesloten. Ook moet Nederland zich inspannen voor internationale regels, vindt de WRR.

Lees ook:

Arme en zwarte mensen lijden meer onder kunstmatige intelligentie, toont deze documentaire

Bedrijven, politie, overheid: allemaal controleren ze burgers door middel van algoritmen. De documentaire Coded Bias laat zien waarom de gevaren hiervan vrouwen, minderheden en arme mensen vaak het hardst treffen.