Wateroverlast
Komende dagen is de eerste en ultieme stresstest voor de Maaswerken
De regen mag dan gestopt zijn, ook de komende dagen komen er nog grote hoeveelheden water via de rivieren ons land binnen. Het is de ultieme stresstest voor de Maaswerken en andere versterkende maatregelen.
Na regen komt zonneschijn, luidt het bekende gezegde. In Limburg hoopt iedereen vurig dat het waar is. Toch komt er ook met een betere weersverwachting niet direct een einde aan de spanning. Want door de grote hoeveelheden neerslag die de afgelopen dagen viel in ons land, maar vooral ook in België en Duitsland, blijft de waterstand in de rivieren voorlopig hoog.
Uitzonderlijk hoog zelfs, zegt Piet Dircke, directeur watermanagement bij ingenieursbedrijf Arcadis. Hij wijst erop dat afvoer in de Maas nu vergelijkbaar is met die van 1993, en 1995, toen grote delen van Limburg overstroomden en in Gelderland zeker een kwart miljoen mensen werden geëvacueerd.
Die overstromingen waren destijds aanleiding voor een scala aan nieuwe maatregelen. Onder het motto ‘meer ruimte voor de rivieren’, werd onder meer gewerkt aan de zogenaamde Maaswerken. Rondom de Maas werden uiterwaarden verlaagd, dijken werden verlegd en op cruciale punten werden de vaargeulen dieper gemaakt zodat het water in de rivier minder snel zou opstuwen.
Hoewel deze maatregelen er dus voor zorgen dat de Maas de hoge afvoer uit het zuiden beter aankan dan in de jaren negentig, blijft het volgens Dircke de komende dagen spannend in Limburg en Gelderland. “Dit is eigenlijk de eerste grote test voor die Maaswerken”, zegt hij. “En ondertussen wordt nog gewerkt aan de volgende stap.”
‘Nog niet alle maatregelen zijn uitgevoerd’
Daarmee doelt Dircke op het hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP). Een samenwerking tussen de waterschappen en Rijkswaterstaat, met als doel het toekomstbestendig maken van dijken en waterkeringen. Het is werk in uitvoering, weten ze bij Arcadis. “Voor Limburg zijn nog niet alle maatregelen uitgevoerd die we hadden voorzien. De laatste slag is nog niet af. In totaal gaat het in Limburg om 34 projecten. Van die projecten zijn er nu twintig gereed.”
Bovendien: niets is grilliger dan het weer, behalve misschien een crisissituatie. Er kan altijd iets onverwachts gebeuren, zoals de dijkdoorbraak bij Meerssen, langs het Julianakanaal vrijdagmiddag, bewees.
Dircke, die als ingenieur de wereld over reist, zag het ook bij overstromingen in onder meer New York en New Orleans. “Je moet er altijd op voorbereid zijn dat het mis kan gaan”, zegt hij. “Als alle plannen zijn uitgewerkt dan is de Maas helemaal klaar voor de ontwerpsituatie. Maar er is natuurlijk geen ramp die het handboek erop naslaat. Misschien gaat deze ramp wel gepaard met een tweede golf, en begint het volgende week gewoon opnieuw te regenen terwijl de buffers nog vol zijn. Of misschien breekt er nog ergens iets door, terwijl niemand daar op gerekend had. Dat kan een kademuur zijn ergens, maar het kan ook een stuwmeer bovenstrooms in België zijn.”
Dircke pleit dan ook voor een betere voorbereiding op rampscenario’s. Niet in de laatste plaats omdat wetenschappers verwachten dat Nederland onder invloed van klimaatverandering veel vaker te maken zal krijgen met extreem weer.
Dat zegt ook Maarten Kleinhans, hoogleraar fysische geografie aan de Universiteit Utrecht en gespecialiseerd in rivierlandschappen en klimaatverandering. “Het is fascinerend om te zien hoe het ook in het nieuws wordt neergezet”, zegt hij. “‘Dit is een ramp, dit komt heel plotseling, dit hadden we niet verwacht’. Het spijt me, maar dit hadden we wél verwacht. Dat betekent dus dat je er rekening mee moet houden. Want met de klimaatverandering gaan dit soort extreme gebeurtenissen frequenter voorkomen.”
Een rivier is ook het achterland
Hij pleit dan ook voor een ambitieuzer rivierenbeleid. In plaats van alleen te kijken naar maatregelen die binnen de winterdijken van de Nederlandse rivieren worden genomen, moet het gehele stroomgebied erbij worden betrokken, vindt hij. “Mensen denken bij een rivier aan een lijn op de kaart van water. Maar een rivier is óók het achterland. Al het water dat valt binnen een stroomgebied van een rivier komt in die rivier terecht.”
Een succesvolle hoogwaterstrategie moet volgens Kleinhans dan ook oog hebben voor de landbouw en de steden rondom rivieren. “Nu is het stroomgebied dichtbebouwd. Omdat het water nergens heen kan, komt het met een noodgang in de rivier terecht. We moeten echt meer gaan nadenken over natuurontwikkeling op de juiste plekken, zodat water wordt vastgehouden. Want we zullen ook vaker te maken krijgen met droge periodes.”
De green deal van Frans Timmermans, die de afgelopen week in het nieuws was, moet Nederland dan ook heel serieus nemen, als het aan Kleinhans ligt. “De uitstoot moet omlaag, daar hebben ook wij enorm veel belang bij. Het is niet realistisch te denken dat wij ons wel redden met hogere dijken, dat blijkt wel.”
Lees ook:
De inrichting van Nederland is niet op extreem weer berekend. Is daar snel verandering in te brengen?
De dijken waren op orde, maar nu kwam het water van de heuvels. Had deze overlast voorkomen kunnen worden?
Ook in 1995 kwam het water angstwekkend hoog. ‘Hopelijk gaat de schadeafhandeling nu beter dan toen’
Het stijgende water brengt herinneringen boven bij inwoners van het Land van Maas en Waal en De Betuwe. In 1995 moesten zij massaal hun biezen pakken.