Coronaklachten
Hoe krijgen we mensen met een loopneus naar de teststraat?
Slechts een fractie van de mensen met klachten laat zich testen op corona. Hoe kan de overheid het tij keren?
De akelig lage bereidheid tot testen onder mensen met coronaklachten leidt tot kopzorgen bij het ministerie van volksgezondheid en het RIVM. Wetenschappers zijn eensgezind: testen en contactonderzoek zijn cruciaal voor een succesvolle bestrijding van het coronavirus. Maar slechts een op de acht Nederlanders met coronaklachten tijgt gedwee naar een teststraat, zo bleek woensdag na gedragsonderzoek onder ruim 50.000 Nederlanders.
Dat er iets moet gebeuren, daar is men op het ministerie van doordrongen, zegt een woordvoerder. De lage testbereidheid is iets waar ze naar kijken. “Zijn teststraten toegankelijk genoeg? Kan de communicatie beter? Als er drempels zijn, dan willen we die wegnemen.”
Wat moet er gebeuren om mensen met een loopneus of wat benauwdheid naar de teststraat te krijgen? Om antwoord te geven op die vraag is het volgens gedragsonderzoeker Marijn de Bruin van het RIVM belangrijk om te weten wat de motivatie van niet-testers is. Het merendeel van hen schat milde symptomen niet in als corona. Ze menen last te hebben van chronische klachten zoals astma, hooikoorts of rokershoest. Of ze zien de klachten als een simpele verkoudheid.
‘Je laten testen is een goede daad’
De overheid vertrouwt in deze crisis op het gezonde verstand van de burger, zo bleek eerder uit de ‘intelligente lockdown’, de anderhalvemetermaatregel en nu uit het vrijwillig in plaats van verplicht thuisblijven bij klachten. “Maar we zien nu gebeuren dat mensen zelf beoordelen of hun klachten Covid-19 zijn. Het lastige is dat Covid-19-klachten vaak niet anders voelen dan bijvoorbeeld een gewone verkoudheid”, zegt De Bruin. “Onze boodschap is: ook bij milde klachten of de minste of geringste twijfel, bel de GGD. Die boodschap moeten we nog beter naar buiten brengen.”
Hoogleraar gezondheidscommunicatie Julia van Weert (Universiteit van Amsterdam) is een van de adviseurs van het RIVM. Ook zij hamert op heldere communicatie. “Benadruk niet dat je kunt testen, maar waaróm het bij milde klachten heel belangrijk is om je te laten testen. Spreek mensen aan op hun verantwoordelijkheidsgevoel en benader ze positief: je laten testen is een goede daad. Niet alleen voor jezelf, vooral je omgeving heeft er baat bij.”
De gevolgen voor het collectief moet je zichtbaar maken, zegt Van Weert. “Het lijkt erop dat veel mensen zich niet laten testen omdat ze het voor zichzelf niet zo nuttig vinden. De moeite is groot in verhouding tot de opbrengst. Dus moeten we duidelijker uitleggen waarom dat niet zo is”, zegt Van Weert. “Ik las dat er afgelopen week drieduizend corona-infecties zijn voorkomen met testen. Dat is zo’n positief frame.”
Te ver? Dan haken mensen af
Een tweede groep niet-testers noemt praktische barrières. Uit de interviewdata van het RIVM komt soms naar voren dat contact leggen met de GGD moeizaam ging en dat testlocaties (te) ver weg zijn. De Bruin: “De logica is simpel: als iets meer moeite kost, haken meer mensen af”.
Een voorbeeld: de ruim een half miljoen inwoners van Den Haag kunnen zich niet in hun eigen stad laten testen, maar moeten daarvoor met de auto of bus naar Nootdorp, of lopend of met de fiets naar Naaldwijk of Leidschendam. Tot irritatie van veel Hagenaars.
Zomaar een testlocatie in het centrum neerzetten is makkelijker gezegd dan gedaan, zegt een woordvoerder van de GGD Haaglanden. “Die wens is er bij ons al langer. Maar er is een grote locatie nodig waar dagelijks tot tweeduizend mensen terechtkunnen.” Dat levert verkeer op – en toeloop, de aanvoer van materialen moet veilig verlopen. “Dat kan niet zomaar in een zijstraatje in de stad”, aldus de woordvoerder. Omdat de locatie ook voor mensen uit Delft en Zoetermeer goed bereikbaar moest zijn, werd in eerste instantie gekozen voor Nootdorp.
Inmiddels is er voor de Hagenaars een oplossing in zicht. In de laatste week van juli opent een extra testlocatie bij het Haags Medisch Centrum, midden in de stad.
Populariteitsprijs
De Bruin: “Er zijn in no-time tachtig teststraten ingericht en bemand. Er zit een grens aan wat zomaar mogelijk is. Ik denk dat wij ons beter kunnen richten op kleinere praktische barrières: wie doet de boodschappen als iemand thuis moet blijven? Hoe kan iemand worden ondersteund?”
Door het dagen verplicht thuisblijven bij milde klachten in afwachting van een uitslag, wint testen niet de populariteitsprijs, denkt Van Weert. “Ik ga niet over het beleid en ben geen viroloog. Maar gevoelsmatig is dat thuisblijven een erg hoge drempel. Als thuisblijven echt nodig is, kunnen we dat beroep op mensen misschien anders brengen en ondersteuning bieden in het afwegingsproces bij heel milde klachten.”
Lees ook:
Moe en lusteloos? De coronaburn-out ligt op de loer
De coronacrisis put mentaal uit, zeggen neuropsychologen. Wacht ons een toestroom van coronaburn-outs?