Onafhankelijkheidsoorlog
Het grote dekolonisatie-onderzoek Indonesië: eenzijdig of juist gebalanceerd?
Donderdag verschijnt een gigantisch dekolonisatie-onderzoek naar het Nederlandse geweld tijdens de Onafhankelijkheidsoorlog in Indonesië. Wat staat er op het spel? Het onderzoek in vier tegenstellingen.
1. Excessen of structureel geweld
Kampongs (kleine dorpen) die met kogels doorzeefd werden, mishandeling tijdens verhoren, standrechtelijke executies: hoe structureel misdroeg het Nederlandse leger zich tijdens de Onafhankelijkheidsoorlog in Indonesië? Dat is de grote vraag in het onderzoek Onafhankelijkheid, dekolonisatie, geweld en oorlog in Indonesië, 1945-1950.
Eerdere studies wezen al op veel structureler geweld, of zelfs systematische oorlogsmisdaden, dan de Nederlandse overheid eind jaren zestig stelde in een eerste onderzoek, de Excessennota. Het woord zegt het al – het zou gaan om uitzonderingen, niet om systemisch geweld. Dit grote onderzoek zal dit waarschijnlijk nogmaals ontkrachten.
Hoe zat het ook alweer met die Onafhankelijkheidsoorlog? Vlak na de Tweede Wereldoorlog werden Nederlandse militairen naar de Republiek Indonesië gestuurd, voorheen de kolonie Nederlands-Indië. Nederland wilde het oude gezag herstellen en er volgde een oorlog met veel geweld die duurde tot Nederland de onafhankelijkheid in 1949 erkende.
Schattingen van het aantal Nederlandse en Nederlands-Indische burgerdoden als gevolg van de bersiap (eerste gewelddadige periode) lopen uiteen van 3500 tot 30.000. Het aantal gesneuvelde militairen ligt tussen de 4600 tot 5300, aldus David van Reybrouck in zijn boek ‘Revolusi’. Aan Indonesische zijde stierven volgens Nederlandse militaire rapporten 97.000 mensen, maar mogelijk veel meer.
2. Finaal of voorlopig
De vraag is of dit onderzoek de discussie over de Nederlandse wandaden in Indonesië beslecht. Door een flinke smak geld (4,1 miljoen) beschikbaar te stellen om het echt goed uit te zoeken, hoopt de Nederlandse overheid dit wel te bereiken. De oorlog is alleen zo lang geleden, dat je je kunt afvragen of er nog een compleet beeld te krijgen is van het geweld.
Veteraan Joop Hueting, die eind jaren zestig een onthullend televisie-interview gaf over oorlogsmisdaden die hij had gezien, toonde zich om deze reden sceptisch: “In de archieven zullen ze niks vinden, die moordpartijen werden gewoon niet gerapporteerd. De mensen die het echte verhaal kunnen vertellen, zijn bijna allemaal dood”, zei de klokkenluider, inmiddels overleden, in Vrij Nederland.
Het onderzoek is in elk geval ambitieus genoeg opgezet. Er verschijnen in totaal twaalf boeken – niet allemaal in een keer trouwens. Hoewel alle conclusies in het samenvattende boek Over de grens al wel gepresenteerd worden, liggen straks nog maar vijf boeken in de winkel. De rest liep vertraging op omdat in coronatijd de archieven een tijdlang dicht waren.
3. Eenzijdig of gebalanceerd
Dit grote onderzoek – overigens niet in opdracht van de overheid, zoals onderzoeken naar adoptie of geweld in de jeugdzorg, maar alleen gefinancierd door de overheid – riep al vanaf het begin veel weerstand op. De kritiek komt uit allerlei hoeken.
Vooringenomen, noemen Indische Nederlanders de opzet, want het Nederlandse geweld staat centraal en er is maar in één deelstudie aandacht voor de bersiap, de beginperiode van de oorlog, waarin Indonesische strijdgroepen extreem geweld gebruikten tegen Indo-Europeanen, Molukkers, Nederlanders, Chinezen – met name burgers.
De vrees is dat er in het onderzoek alleen plaats is voor Indonesisch slachtofferschap, terwijl Nederlands leed wordt gebagatelliseerd. Veteranen zijn daarnaast ook bang dat er ‘aan de hand van het morele kompas van nu simplistisch en onhistorisch wordt geoordeeld’ over toen, valt te lezen in het veteranenblad Checkpoint.
Onvolledig, vinden sommige wetenschappers en activisten de onderzoeksopzet, waaronder Jeffry Pondaag, de man achter de rechtszaken van nabestaanden van de oorlog tegen de staat. Want de Onafhankelijkheidsoorlog kun je niet zomaar loskoppelen van de koloniale periode ervóór, vinden zij.
Tegemoetkomen aan al deze kritiek kunnen de onderzoekers sowieso niet. Deze oorlog zal een punt van discussie en verwijten over en weer blijven. In het onderzoek wordt overigens wel degelijk gekeken naar de ‘context’ waarin het geweld plaatsvond, valt uit de brochure van het onderzoek op te maken.
4. Verzoenend of polariserend
Het doel van de studie is wel om de verschillende perspectieven op de Onafhankelijkheidsoorlog met elkaar te verbinden. Onder andere daarom werd de samenwerking met Indonesische historici een ‘speerpunt’ van het onderzoek genoemd.
Maar de praktijk bleek weerbarstig. De Indonesiërs die meewerkten aan het onderzoek, opereerden uiteindelijk toch los van de Nederlanders. Dat heeft vooral met de gevoeligheden in Indonesië te maken, zei projectleider Frank van Vree eerder in een interview. “Die waren groter dan wij dachten.” Wat hij daarmee precies bedoelde, wilde hij niet zeggen.
Het is dus de vraag of dit onderzoek gaat bijdragen aan verzoening tussen Indonesië en Nederland. Maar wie weet. De beroemde taalkundige en historicus Noam Chomsky zegt in elk geval dat het onderzoeken van de geschiedenis zeker kan bijdragen aan het normaliseren van relaties tussen vroegere vijanden.
Lees ook:
Joop Hueting (1927-2018) kantelde het beeld over Indië
Klokkenluider Joop Hueting, die als eerste verhaalde over gruwelijkheden in Indië, overleed in 2018. Wie was hij?